17. Fynn

116 26 5
                                    

'Dat is een ernstige beschuldiging, jongen, één waar we heel zeker over moeten zijn voor we hem serieus gaan onderzoeken,' zei Nestor toen ik hem vertelde over Miranda. 'Als we daar staan en hij blijkt niet te kloppen, dan verspreidt het nieuws dat de Patronus zich met onterechte aanklachten bezig houdt zich als een lopend vuurtje door de stad. Dat is voor mij verschrikkelijk. En het is voor jou ook vervelend, want het is dan voor mij duidelijk dat jij blijkbaar makkelijk te overtuigen bent van zaken die niet kloppen. Ik denk niet dat ik je hoef te vertellen dat dat een slechte eigenschap is voor een toekomstige Patronus. Ik heb echt moeite dit te geloven. Weesmoeder is al een jaar lang geliefd in de hele stad, ook bij de weeskinderen zelf. Ben je er serieus van overtuigd dat ze een boosaardige heks is?'

Ik knikte. 'Helemaal. Ik heb het gerucht van meerdere mensen op de markt gehoord en ben daarna zelf op onderzoek uitgegaan. Ik heb de weesmoeder gezien en gevoeld wat ze uitstraalt. Ze is een gevaar voor alle kinderen in haar buurt, geen twijfel over mogelijk.'

'Nogmaals, het zou desastreus zijn als we een fout maakten. Dit is onze laatste kans om te stoppen zonder gevolgen. Als we dadelijk in vol ornaat de stad binnengaan en mensen ons richting het klooster zien rijden, is er geen weg terug meer. Dan zitten we in de penarie als de beschuldiging onterecht is.'

Ik snapte Nestors bezorgdheid, hij had immers dertig jaar lang gewerkt om zijn reputatie zo goed te krijgen als hij was. Patronussen hadden altijd goed werk geleverd, maar in tegenstelling tot Nestor waren zijn voorgangers altijd minder geliefd geweest onder de gewone bevolking. Ze waren onvriendelijk, hielden zich dikwijls bezig met zaken die belangrijk waren maar die de Karthezen bang maakten en zaten er regelmatig naast als het ging om het oppakken van mensen die samenwerkten met monsters. Nestor deed bijna alles wat zij fout deden juist goed, waardoor hij goed lag bij de inwoners van Karthes. En ik kon dat nu in één van mijn eerste dagen als leerling al verpesten.

Maar hoewel zijn bezorgdheid te begrijpen was, was er voor mij natuurlijk geen reden om me zorgen te maken. Ik had het gevoeld. De duivelse energie, de angstaanjagende kou die rillingen over mijn hele lichaam had veroorzaakt. Miranda was een heks. Nestor zou niet teleurgesteld zijn. 'De beschuldiging is niet onterecht. Je kunt me vertrouwen.'

Hij zuchtte, alsof hij het laatste beetje weerstand uitademde en nu echt toegegeven had. 'Goed. Dan is je middagtraining bij deze afgelast. Trek je Patronusmantel aan en zadel de paarden op, we gaan naar het weeshuis.'

Enkele minuten later waren we op weg naar het weeshuis. We gingen te paard, Nestor op zijn oude ros Aldred, ik op Vlugvoet. Mijn meester had een donkerpaarse mantel aangetrokken waarop het drakenlogo groter was dan op mijn mantel en waarvan de zomen ingezet waren met gouden stof. Ik droeg mijn eigen mantel, die ik met mijn riem kreukloos had moeten dichtbinden. Dit was een officiële aangelegenheid, dus moesten we er onberispelijk uit zien.

Nestor wierp een blik opzij en begon te praten toen ik terugkeek. 'Je moet goed naar me luisteren en dadelijk precies doen wat ik je nu vertel. Niet meer en niet minder. Is dat duidelijk?'

'Ja.'

'Het belangrijkste wat je moet onthouden is dat ik het woord ga voeren. Jij zegt niks, behalve als er iets aan je gevraagd wordt. Dit voelt misschien aan als jouw ontdekking en dus jouw missie, maar dat is het niet. Je bent nog maar net een leerling en ik doe dit al dertig jaar, dus het officiële gedeelte van het onderzoek naar de weesmoeder voer ik uit en niet jij.'

Toen ik besefte dat Nestor een bevestiging van me verwachtte, knikte ik snel. Ik begreep hem, maar ik vond het wel vervelend. Normaal gesproken zou die reactie veroorzaakt worden door mijn tegenzin om anderen de leiding te laten nemen—ik was er immers aan gewend geraakt dat dat fout ging, omdat de boerenjongens waar ik mee opgegroeid was niet bepaald slim waren—maar dat was nu niet zo. Nestor was namelijk ouder en wijzer dan ik, dus het was zonder twijfel goed voor de missie als hij alles deed.

Het geheimWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu