Hoofdstuk 11

24 2 0
                                    

Yuki

Diep haal ik adem en weet, na deze uitbarsting, mezelf weer wat meer in de hand te krijgen. Het is me niet gelukt om de irritatie weg te stoppen, om het brandje te blussen. Om alles van me af te laten spoelen en met de zee mee te laten gaan. Het voelt als falen. Een heel ander soort brandend gevoel verspreid zich door mijn lichaam, het gevoel van mislukking en tekort schieten. Niemand heeft een idee van de ellende die ik heb moeten doorstaan in mijn leven, helemaal toen ik besloot de weg van Sifu in te slaan. Het was een keiharde en meedogeloze weg, maar ik heb het helemaal zelf gehaald. Van iedereen, werkelijk iedereen, heb ik strijd gekregen vanaf het moment dat ik mezelf officieel Sifu mocht noemen. Vanuit alle kanten werd ik, word ik, dag in dag uit uitgedaagd. Pas wanneer ze doorkrijgen dat mijn kracht inderdaad die van een Sifu is, laten ze me met rust. Ik had gedacht dat de tijd op dit eiland een tijd zou zijn zonder die constante uitdaging, want ik ben er dood en dood moe van. De tijd hier op het eiland zou rustgevend, ontspannend en zelfs leuk moeten zijn. In plaats daarvan ben ik opgescheept met iemand die me mateloos irriteert, me van mijn Sifu-manieren af weet te brengen en zelfs niet eens watersturen wil leren. Diep vanbinnen weet ik dat het in hem zit, ik kan het voelen. Ook weet ik dat hij dit eiland niet mag of kan verlaten zonder te kunnen watersturen. Wat nou als ik hier jaren met hem zit opgescheept, puur om zijn koppigheid? Het idee alleen al zorgt ervoor dat ik mezelf het liefst op een scherpe partij rotsen laat storten.
'Respect has nothing to do with your sleep. Stop me if I'm wrong, but from the first moment you laid eyes on me you assumed I was the servant of a Sifu. Excuse me for being rude, but you talk about mutual respect where there is a huge lack of, starting from your side.' zeg ik en schud daarbij zacht mijn hoofd met een kleine glimlach die voortkomt uit ongeloof. Door zijn opstaan en het feit dat hij boven me uit torent, laat ik me niet intimideren. In plaats daarvan blijf ik hem strak aankijken, hoewel ik daarvoor omhoog moet kijken. We weten beiden dat ik hem binnen een halve seconde onderuit heb. We weten beiden dat met het water om me heen, hij geintimideerd moet zijn door mij. Toch is hij dat niet. Iets fundamenteels mist in deze Sifu-leerling relatie. Wel meer dan een iets, een hele hoop mist. Waaronder manieren van hem. 'I never said "leave", I said "leave me be", thats different. Maybe if you started to listen what I said, you would understand what I meant. I don't want talk just to be heard, I'm here to be listened to.' zeg ik en kijk hem daarbij aan. Zacht zucht ik om zijn woorden, maar kijk niet weg van zijn ogen. 'I'm sorry, but I'm not here to have fun. I got hired, by your family I might add, to teach you how to waterbend. Why would I have fun? I'd much rather teach you and get the hell out of here. See the world. Have adventures, on my own.' zeg ik, met een nadruk op de laatste drie woorden. 'You don't honestly think I'd go on an adventure with you, after you insult me time after time? You don't respect me as a Sifu, let alone for me as a human being.' kaats ik terug en wil aanstalte maken om ook op te staan en weg te lopen.
Voor ik dat kan doen, weerklinkt zijn stem. Opnieuw onderdruk ik een vlaag irritatie en kijk inderdaad om me heen. Het enige wat ik zie en wil zien, is het water. Ik kan hem alleen maar gelijk geven. Overal waar ik kijk, zie ik mysterie. Hij ziet echter een ander soort mysterie, een soort waar ik geen interesse in heb. 'I honestly couldn't care less about that island.' zeg ik zacht, mompelend, meer tegen mezelf dan tegen hem. Wanneer ik mijn hoofd draai om hem weer aan te kijken, zit hij al bovenop me en heeft hij mijn polsen vast. Mijn ogen vergroten zich en de behoefte om hem van me af te werpen is immens groot. Toch krijg ik het niet voor elkaar, het is de manier waarop hij me vast heeft. Zijn gezicht hangt plots zo dicht boven dat van mij, dat ik mijn mond een beetje droog voel worden. Adrenaline giert door mijn lichaam en in gedachten ga ik na of ik hem eerder heb zien kijken zoals hij dat nu doet. Zijn blik kan ik niet plaatsen en hoe diep ik ook graaf, hij heeft nooit eruit gezien alsof hij op het punt stond me te vermoorden. Dit alles gebeurt in een fractie van een seconde en voor ik ook maar kan denken aan mezelf losvechten, begint hij te praten. Van verbazing hangt mijn mond een stukje open en kan ik hem alleen maar aanstaren, terwijl hij terug staart. Mijn borst beweegt snel op en neer, te snel om natuurlijk te laten ogen. Zijn lippen bewegen, maar het duurt even voor ik de woorden hoor en begrijp. Net zo plots als hij er was, is hij ook weer verdwenen. Uit een reactie die ik niet begrijp, worden mijn wangen warm en kan ik even niets anders dan verwoed met mijn ogen knipperen. Het besef wat er zojuist is gebeurd begint langzaam binnen te komen, waarbij ik razendsnel omhoog kom. Woedend staar ik naar zijn rug en overweeg mijn opties. Ik zou hem kunnen bespringen en met mijn minimale lessen in chi-blokken hem kunnen verlammen. Of een vloedgolf over hem heen laten komen en hem dan bevriezen. Misschien kan ik hem keer op keer laten verdrinken door water in zijn longen te sturen en er dan weer uit te- oké, nee, te duister.
'You fucking asshole! This is exactly what I meant! Now I know you don't only disrespect me as a human, but also as a woman! Freaking pig, who do you even think you are?!' roep ik razend uit en gris een van mijn sandaaltjes van het zand en gooi die zo hard als ik kan in zijn richting. Tot mijn genoegen raakt de sandaal zijn achterhoofd en ik kan niet anders dan zelfvoldaan grijnzen. Toch neemt de woede het al snel weer over, waarbij ik woest mijn jurk van het zand gris en naar mijn eigen cabin loop. 'Fucking royal cunt, piece of shit.' mompel ik hard genoeg voor hem om te horen, waarbij ik mijn deur met zo'n harde knal dichtgooi dat zelfs als er een vuurnatie tribe woonde, ze zouden vluchten.

We live in the water, we love by the moonWhere stories live. Discover now