hoofdstuk 17

174 14 0
                                    

'Mam, volgens mij is ze wakker.' Een stem... Sarah? Het is te ver weg.

'Stephanie?' Ik probeer me aan het geluid vast te klampen maar ik word steeds teruggezogen in een waas van hoofdpijn, vreemde lichtvlekken en een boel leegte. Alsjeblieft, zeg nog iets, maak me wakker, haal me hier uit.

'Stephanie, ik ben het.' Ik probeer mijn ogen open te doen en tussen de lichtvlekken door zie ik Sarah. In een flits ben ik weer in de werkelijkheid en het duurt niet lang voor ik me realiseer dat dat deze niet veel beter is dan de lege waas waar ik me zojuist nog in bevond.

'Is ze wakker?' Een vrouwenstem in de verte. Nadat mijn moeder in een flits voorbij schiet in mijn hoofd herken ik de stem van Sarah's moeder.

'Ja,' bevestigt Sarah. Ik lig op de bank bij Sarah thuis met een zachte fleecedeken om me heen. Sarah zit naast me. Ik kijk haar recht aan en probeer overeind te gaan zitten. Mijn hoofd bonkt en ik weet niet waarom.

'Hee Steph,' zegt Sarah zachtjes. 'Gaat het weer een beetje?' Ik voel een scheut van paniek, woede en angst door mijn lijf gaan. 'Dat kan ik beter aan jou vragen.' Ik realiseer me nu pas echt dat Sarah bijna dood was. Door Boy. De gedachte maakt me zo bang dat ik het snel uit mijn hoofd probeer te zetten.

'Met mij gaat het prima...' begint Sarah. 'Denk ik' voegt ze er aarzelend aan toe.

'Nog pijn?'

'Nee, niet echt meer. Meer verwarring.' Ik wil iets zeggen maar ik weet niet wat dus begint Sarah verder te praten. 'Ik weet niet of het waar is,' ze trekt de fleecedeken die over me heen ligt iets verder omhoog en haar moeder is op een stoel schuin tegenover de bank gaan zitten. 'Maar volgens mij praatte je met iemand.'

Iemand. Boy. Sarah weet natuurlijk helemaal van niets... Ik heb haar nooit over Boy verteld, het was ons geheim en Boy smeekte me het niemand te vertellen.

'Het spijt me Sarah, maar ik heb dingen achtergehouden voor je...' Ik voel me schuldig. Ik kijk beschamend naar de grond maar zie dan in mijn ooghoek hoe geschokt Sarah is dus snel praat ik snel verder. 'Er was een jongen, Boy. Hij... Wij... Ik mocht niemand van hem vertellen en...' Langzaam voel ik mezelf kilo's lichter worden. Dit zit er al zo lang en het überhaupt hardop uit te spreken voelt als een soort bevrijding.

'Hij was het,' zeg ik twijfelend. Sarah lijkt het nog steeds niet te snappen.

'Wie? Wie is die jongen dan? En waarom heb je niets verteld?' Ik voel nog meer schuldgevoel, het blijft zich maar vergroten.

'Ik weet het niet. Hij was er gewoon, elke avond, in mijn kamer... Al heel lang hoor. Voor mama zelfs.' Ik denk even na. 'Hij wilde niets over zichzelf vertellen. Ook niet wat hij bij mij deed. Hij was nogal mysterieus, zeg maar.' Nu ik het zo uitspreek klinkt het te bizar voor woorden. Dat vind Sarah aan de blik in haar ogen te zien ook. Ze lijkt te veel vragen te hebben om iets te zeggen.

'En wat heeft hij ermee te maken dan?' Vraagt Sarah's moeder, die nogsteeds op de stoel zit.

'Hij was het,' wanneer eigenlijk? Het is ochtend zo te zien, dus het zal wel gisteravond geweest zijn. 'Gisteravond.' Het antwoord lijkt nog steeds niet duidelijk genoeg.

'Bij Sarah...' Nog steeds niet. 'De jongen die Sarah probeerde te... Vermoorden.' Stilte. Ik kijk naar een nog steeds verwarde Sarah en verwacht haar golf van vragen nu over me heen. Maar ze stelt geen vraag.

'Ik zat alleen beneden,' Ze kijkt me verward aan. 'Er was niemand die mij heeft geprobeerd te vermoorden.'

Boy; between love and deathWhere stories live. Discover now