Hoofdstuk 15

925 37 38
                                    

Hallo lieve lezers! Hier is een extra lang hoofdstuk. :) Opgedragen aan RedTears als dank voor de mooie kaft en de banner, die bij hoofdstuk 14 staat. Het einde van Het einde...? begint te naderen! xD Laat me weten wat jullie ervan vinden. Ook als het langdradig wordt! Dan kan ik het namelijk beter/ spannender proberen te maken...Enjoy!

Kapitein McGraig fronste, zodra hij geïnformeerd werd over de huidige situatie. Het was niets voor de andere twee kapiteins om zich niet aan de afspraak te houden. Ze hadden gedrieën bedacht achter de Skandiërs aan te gaan, gewoon om de dagelijkse sleur te doorbreken. Het plan was simpel, maar sluw: de andere twee schepen zouden in vol zicht achter het kleine scheepje aan gaan, terwijl de Wily, McGraig’s schip, net achter de horizon zouden blijven, zodat de achtervolgden hen niet op zouden merken. Dit plan was gemakkelijk uit te voeren: McGraig zorgde ervoor dat de andere twee schepen voor hem nog net op de horizon te zien bleven. De Reiger, het schip dat ze op oog hadden, zou hen dan onmogelijk op kunnen merken. Op Skorghijl zouden de Skandiërs hun ondergang tegemoet gaan. Bij de gedachte aan alle actie die hij zou missen, trok McGraig een zuur gezicht. Hij wist best dat zijn schip het meest geschikt was om de genadeslag toe te brengen, maar hij vond het ronduit saai om achter te moeten blijven.

                Eén van de andere kapiteins zou een signaal geven wanneer de Reiger in Skorghijl klem lag. De Wily zou dan de laatste mijlen afleggen en de Skandiërs zouden geen enkele kans op ontsnappen meer hebben. Het probleem was, dat het signaal nog steeds niet afgegeven was, ondanks dat ze Skorghijl toch allang bereikt hadden moeten hebben.

“We wachten nog een uur,” verkondigde McGraig aan zijn geduldige stuurman. “Als ze dan nog niet van zich hebben laten horen, gaan we er zelf op af.” De man knikte.

“Begrepen!” zei hij kortaf, om zich vervolgens om te draaien om bevelen uit te delen. McGraig schudde verontrust zijn hoofd. Dit was of verraad van zijn kameraden, of er speelde iets anders, iets waar hij geen weet van had. Het frustreerde hem om zo machteloos te staan, wat woede in hem aan wakkerde.

                Gedurende het grootste deel van het genoemde uur, ijsbeerde de kapitein over het dek van zijn gevreesde oorlogsschip, zijn bemanning op de zenuwen werkend. Hij had er een hekel aan niet te weten wat er aan de hand was. Een gevaarlijke glans lag over zijn ogen, wat zijn vertrouwelingen ervan af liet zien hem te benaderen. Ze kenden allemaal de verhalen over zijn onvoorspelbare woede uitbarstingen. Niets verstoorde de kalmte van de zee tijdens dat uur. Geen hoorngeschal, geen roeibootje dat op het grote schip af kwam. Het signaal werd niet geluid.

                Briesend van woede gaf McGraig zijn bemanning de opdracht om te maken dat ze naar Skorghijl kwamen. De twee volgende uren staarde hij zonder onderbreking naar de horizon, waar Skorghijl dan uiteindelijk toch in beeld kwam. Ze arriveerden precies op tijd om een klein scheepje met driehoekige zeilen de zee op te zien koersen.

Hal voelde zich uiterst gelukkig. Ze waren van hun achtervolgers af, niemand had ernstige verwondingen en ze waren eindelijk weer op weg naar Skandia, naar huis. De andere Reigers en Will en Evanlyn straalden dezelfde blijdschap uit. Iedereen voelde zich opgelucht. Hal voelde zich wel een beetje schuldig wat betreft de vernielingen op Skorghijl. Hij nam zichzelf voor te helpen met het reparatiewerk.

                Nu ze nergens meer voor wegvluchtten, besloot hij dat ze het zich konden permitteren om ’s nachts halt te houden. Sinds ze uit Araluen weg waren gevlucht, hadden ze telkens dag en nacht doorgevaren. Daarom waren ze ook zo snel bij Skorghijl aangekomen. Iedereen aan boord kon wel een goede nachtrust en wat kalmte gebruiken. Hij keek naar de horizon, waar zijn thuisland over enkele dagen zou verschijnen. Een vreemd gevoel stak in hem op. Hij wist niet precies wat het was, maar het stemde hem somber. Hij keek toe hoe Jesper een sterk verhaal aan Will en Thorn begon te vertellen. Met groot enthousiasme en uitgebreide gebaren vertelde hij, af en toe even nadenkend, over heldhaftige gebeurtenissen. Het duurde een tijdje voor Hal zich realiseerde dat het een zeer overdreven versie was van hun reis om de Andomal terug te krijgen. Hal herkende slechts zo weinig van wat Jesper vertelde, dat hij eerst dacht dat het een ander verhaal was. Hij grinnikte zachtjes en concentreerde zich toen weer op de horizon.

Het einde...? (Grijze jager/ Broederband fan-fiction)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu