Hoofdstuk 60

1.7K 113 6
                                    

Fleur:

blip...blib...blip

Kan iemand alsjeblieft dat idiote gebliep uitzetten, het bezorgd me nog meer hoofdpijn dan dat ik nu al heb. Net zoals mijn buik, ik vraag me af hoe het komt maar ik heb een stekende pijn in mijn buik. Ik wil mijn ogen openen maar het lukt niet. ik voel iemand mijn hand vastnemen en wil erin knijpen maar ook dat lukt niet. Wat is dit? Waarom doet mijn lichaam niet wat ik wil dat het doet?

'Ik hoop dat je snel terug komt Fleur, ik heb je nodig'

Wat bedoel je 'snel terug komt', ik ben toch gewoon hier? Maar waar is hier? Op dit moment is hier, een groot zwart gat waar ik niet uit raak. Als ik kon zou ik het roepen, roepen dat ik er wel ben en dat ik alles kan horen, maar dat is blijkbaar teveel gevraagd aan mijn lichaam. De geluiden in de kamer dempen weg en een soort mist valt neer.

De mist is weer wat opgeklaard en ik probeer het gesprek dat om me heen gevoerd wordt te volgen.
'Hoe gaat het nu met haar?'
'Haar toestand is stabiel maar god weet wanneer ze zin heeft om wakker te worden volgens de dokter kan het ieder moment zijn maar evengoed pas volgende maand of later.' Hoor ik Samuel zeggen tegen mijn moeder. Hoe het komt dat ze tegen hem praat is me een groot raadsel. Een raadsel dat ik maar al te graag wil oplossen maar wat nogal moeilijk gaat in deze toestand.
'Ik heb je verkeerd ingeschat Samuel, de manier hoe je er voor haar bent, bij haar blijft en de manier hoe je naar kijkt. Daaraan zie ik dat ik fout zat. Ik heb te snel conclusies getrokken dat zie ik nu in. Het spijt me'
Woa, mijn moeder die haar excuses aanbied dan moet ze het wel echt menen. Dat hoop ik dan toch. Zou zij het nu wel accepteren: Samuel en ik? Eerder dan mijn vader alleszins dat heb ik wel gevoeld. De pijn is nu wel verdraaglijk maar dat komt waarschijnlijk door verdovingsmiddelen of dergelijke.
Die verdoving zorgt er voor dat de mist weer overheerst en alles rond me heen weer laat wegvallen.

'Het mes heeft niets ernstig geraakt dus is ze er nog goed vanaf gekomen het kon ook heel anders zijn uitgedraaid'
'Wauw, en dat allemaal omdat ze voor jou heeft gekozen. Deze is een blijvertje Samuel. Ik had al wel zo mijn vermoedens maar nu..., ze heeft haar ouders tegengesproken met alle gevolgen van dien en dat voor jou. Je moet echt veel voor haar betekenen.'
'Weet ik, net zoals zij zoveel voor mij betekend maar ik zal het haar nooit kunnen bewijzen, zeggen of tonen zolang ze hier zo blijft liggen' hoor ik Samuel tegen het meisje zeggen, ik gok Sarona. Hij grijpt mijn hand vast en geeft er een kus op. Ik probeer erin te knijpen en probeer al mijn kracht ernaar toe te brengen maar het lukt niet. Ik tracht nog een poging te doen maar geef het op en laat mijn spieren weer verslappen waardoor alles weer wegvalt.

Dat zwart begint nu echt wel te vervelen, ik wil terug andere kleuren kunnen zien, ik wil weer voorwerpen kunnen zien, mensen zien. Ik wil Samuel terug kunnen zien.
'Dit is ze dus, het meisje dat je terug op de rails heeft gebracht' hoor ik een onbekende vrouwenstem zeggen. Ik probeer me te concentreren misschien dat ik de stem dan wel herken. 'Spijtig dat ik nu niet met haar kan praten zodat ik haar kan bedanken dat ik mijn zoon terug heb!' Zoon? Is dit serieus? Staat Samuel zijn mama voor mij en ik kan haar niet eens zien. Waarschijnlijk zie ik er nu ook zeer flatterend uit, ik kan er mij alleszins al iets bij voorstellen. Wat een geweldige eerste indruk moet ik nu wel niet hebben achtergelaten. Maar buiten dat wilt dat ook zeggen dat hij met ze gepraat heeft en dus naar me geluisterd heeft. Hij heeft het goed gemaakt met zijn ouders speciaal voor mij. Want waarschijnlijk had hij dit nooit gedaan moest ik er niet op hebben aangedrongen. 'Ik ga er vandoor, denk ook aan jezelf Samuel je hebt ook je rust nodig' 'ik blijf bij haar mam, ik wil er voor haar zijn als ze wakker wordt'
Samuel pakt opnieuw mijn hand vast. Dat is het enige wat ik echt kan voelen mijn hand in de zijne.

'Waarom word je toch niet wakker' fluistert hij, hij moest is weten het liefst zou ik nu gewoon mijn ogen willen openen hoor. Misschien moet ik nog een keer proberen om in zijn hand te knijpen, misschien dat het nu wel lukt. Ik zet al mijn kracht op mijn hand en probeer het nog een keer.
Ha, zie je wel dat ik het kan, "Fleur", ik probeer mijn ogen te openen en ook dat lukt. Ik staar in de ogen van Samuel. Zijn ogen stralen geluk uit, geluk en verbazing. "Niet te geloven je bent weer wakker", hij neemt mijn gezicht vast tussen zijn twee handen en kust me alsof zijn leven er vanaf hangt. "Ik haal een dokter, moet je nog iets hebben, ben je voor de rest wel oké" vraagt hij haastig als hij me loslaat. "Water" zeg ik zacht, mijn keel voelt als schuurpapier en water lijkt mij de enige oplossing om dat gevoel weg te krijgen. Samuel drukt nog een kus op mijn voorhoofd en loopt dan weg en met lopen bedoel ik dan ook echt lopen.
Samuel komt terug de kamer binnengelopen met een plastic bekertje in zijn handen en een super grote glimlach. Hij geeft het bekertje aan mij en ik drink er met grote teugen uit. Ik geniet van het water dat door mijn keel stroomt.

Er komt een vrouw van middelbare leeftijd binnengelopen, ze stelt zich voor als dokter Adams. Dokter Adams heeft blond haar dat ze heeft vastgebonden achter haar hoofd en is groot en slank. Ze heeft een geruststellende uitstraling en glimlacht vriendelijk naar me. Ze begint met een lichtje voor mijn ogen te schijnen en blijkbaar moet ik het volgen. Ze doet daarna nog een paar testjes en verlaat dan de kamer. Samuel heeft me de hele tijd zitten aanstaren met een mega grijns die nu zelfs lichtjes eng begint te worden. Ik zou moeten zeggen dat hij er goed uitziet maar dat is alles behalve. Hij heeft wallen tot op de grond, zijn haar ligt hevig in de war, nog meer als anders, nu ligt het hooguit slordig en zijn shirt is gekreukt. Samuel komt naast me zitten op het bed met zijn gezicht naar me toegericht, hij grijpt mijn handen en brengt ze naar zijn mond beide voorziet hij ze van de nodige kusjes en ik glimlach al is het wel een vermoeiende glimlach. "Je wilt niet weten hoe blij ik ben dat je eindelijk na vijf dagen weer wakker bent" "Wacht, wow, wat? Vijf dagen? Ben ik vijf dagen weggeweest?" Vraag ik geshockeerd, even grinnikt Samuel maar die maakt al snel plaats voor een waterige geknik. "Ik hoop voor jou dat je hier geen vijf dagen hebt gezeten " zachtjes knikt hij weer en glimlacht verlegen naar me. "Mijn hemel, Samuel" zucht ik, ik grijp zijn shirt en trek hem dichter naar me toe "jij bent gek leijten" fluister ik en en druk mijn lippen op de zijne.
"Weet je ik heb je gesprekken gehoord" fluister ik als we elkaar loslaten. "Wat bedoel je? " Vraagt hij verbaast, "dat ik een blijvertje ben en dat ik je terug op de rails heb gebracht" "ow dat" zegt hij zacht.
"Ja, dat ja, wanneer ben je naar je ouders geweest?"
"De tweede dag dat je hier lag."
"Ik dacht dat je het nog niet wilde?"
"Is ook zo, maar toen ik je hier zag liggen wist ik dat ik het moest doen je zou het zo willen. Stel dat je niet meer wakker werd dan had ik toch iets gedaan dat je graag wou."
"Maar ik ben er weer, je weet toch wat ze zeggen? Onkruid vergaat niet" Samuel moet grinniken van mijn opmerking en kijkt me daarna vertederend aan.
"Inderdaad, je bent er weer"
"Heb je er spijt van?"
"Van wat?"
"Dat je eindelijk met je ouders gepraat hebt na al die tijd"
"Nee, eigenlijk niet het is precies of er een grote last van mijn schouders gevallen is" antwoordt hij met een kleine glimlach waardoor ik even in zijn handen knijp.
Een geeuw verlaat mijn mond.
"Ga maar slapen, je hebt je rust nodig. Wanneer je weer wakker wordt ben ik er weer, beloofd" zegt Samuel zacht en drukt een kus op mijn voorhoofd. Ik laat me terug wat dieper in het kussen zakken en dommel zachtjes weg, op weg naar dromenland.

The internet guyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu