Ultraviolet

Galing kay Evita__M

40.3K 2.5K 967

Een nieuwe ziekte, de Zwarte Pest, teistert de inwoners van Valis. Kinderen worden verplicht om zich te laten... Higit pa

Proloog
1. Nieuwe kansen
2. Voorbereidingen
3. Stijgende adrenaline
4. Steek van verlamming
5. Eeuwige slaap
6. Premiejagers
7. Race tegen de dood
8. Pijnlijke wonden
9. Dodelijke stilte
10. Een brandend litteken
11. Aangewakkerd vuur
12. De prijs van magie
13. Rondleiding
14. Onverwachtse reflex
15. Een stap achteruit
16. Overprikkeld
17. Confrontatie
18. Naelin's dood
19. Verterende vlammen
20. Deadman's Alley
21. Spoor van angst
22. Vechten of vluchten
23. Opgezet plan
24. Vergelijkbare woede
25. Het verkeerde pad
26. Een laatste bericht
27. Verborgen documenten
28. Achtervolgende hallucinatie
29. Dansende schaduwen
30. Uitgehongerd en alleen
31. Onzichtbaarheidsgloed
32. Tien stappen vooruit
33. Nieuwe veranderingen
34. Sleutel tot de waarheid
35. Schieten en ontwijken
36. Sparren en zweten
37. Prikkels onderscheiden
38. Elektrische lading
39. Verwarde terugkomst
40. Lege teleurstelling
41. Koude voeten
42. De drukke tafel
43. Gebrandmerkt
44. Guardian's blokkade
45. Afgeleid
46. Vermiste vriendin
47. Huiverende aanraking
48. Vrouwelijke wraakactie
49. Gevoel van leegte
50. Slechte voorsprong
51. Basistraining
52. Dorstige slokken en vurige woorden
53. Wat zou Scarlett doen?
54. Ongeduldige blikken
55. Stap voor stap
56. Een sprong wagen
57. Met pieken en dalen
58. Verzwegen wonden
59. Spiegeltje, spiegeltje aan de wand...
60. "Stilte er wordt hier gemediteerd"
61. De Zonnehoogten
62. Een teken van hoop
63. De vechtdans
64. Bont en blauw
65. De slapende schoonheid
66. Tweede poging
67. Gewichtloos
68. Zwakke plekken en onverwachte wendingen
69. Uitrusting en wapens? Check.
70. Het Meisje van de Lapis Magis
71. Blind vooruitzicht
72. Geluiden van de nacht
73. Vallend puin
74. Hulp is gearriveerd
75. Redding in zicht
76. Compleet uit controle
77. Het is niet wat het lijkt
78. Glazige ogen van de toekomst
79. Overheersende Saber
80. Licht en... actie!
81. Emornische Spelen
82. Vlammende finish
83. Verbonden vijanden
84. Do-over
85. Alles op gevoel
86. Bam! Te laat.
87. De tijd tikt...
88. Terug bij zinnen
89. Toekomstblik
90. Altijd een stapje voor
91. Niet verdrinken
92. Stelen en rennen
93. Weer terug bij af
95. Teisterende schimmen
96. Dubbele doodsvonnis
97. Sonische knal
98. Bekentenis
99. Volg je hart
100. Versoepelingen
101. Felle koplampen
102. Een gevaarlijk spelletje
103. Risico's durven nemen
104. Payback-time
105. Van intens fijn naar intense angst
106. Alle lichten uit
107. Rood tegen blauw
108. Dit was nog maar het begin

94. Dag na dag

270 17 14
Galing kay Evita__M

Vier donkerblauwe muren staarden me aan.

Een streepje licht scheen door het wit omlijste raam, tegenover de ijzeren deur. Om het raamhendel zat een slot, met als doel mij binnen te houden.

Gele gordijnen hingen kaarsrecht tot aan de grond en hier en daar hingen posters om het wat minder op een isoleercel te laten lijken.

Wat niet hielp.

Ik zuchtte diep.

'Hallo?', riep ik door het luikje in de deur. Ik klopte op de deur, wachtend tot ik een geïrriteerde stem zou horen, of zware voetstappen die naderden.

Of meneer Zwartbaard of mevrouw Chagrijnig zou vandaag aan de beurt zijn om mij te bewaken. Waren ze zo bang dat ik zou ontsnappen, of dat iemand mij zou komen vermoorden? Ik vermoedde beide.

Wellicht had ik een snaar geraakt bij Elysian toen ik vertelde dat ik hem haatte. Dat wekte niet bepaald medelijden op, want ik zat hier al bijna twee weken te verstoffen.

'Is daar iemand?', riep ik nogmaals, waarna het klepje weer dichtviel. Ik keek naar de klok op de muur.

Zeven uur. Mijn dagelijkse wandelmoment.

'Moet ik harder roepen of gaat iemand mijn benen strekken voor mij?', ging ik ongeduldig verder.

Deze kleine ruimte verpestte mijn humeur. Mijn SIM was stuk en al was 'ie waarschijnlijk allang gerepareerd, die kreeg ik voorlopig niet terug.

Eindelijk hoorde ik een paar voetstappen naar de deur toelopen. Het was niet het slome geslof van Zwartbaard, die altijd rustig zijn tijd nam om mijn gezeur aan te horen, maar het was ook niet het zware gedreun van Ria, die nog humeurig dan mij was, en leed aan onstopbare vreetbuien tussen haar wachten door.

Ik kon haar van meters af horen smakken.

Nee, deze voetstappen waren lichtvoetig en vlug.

Klik.

De deur zwaaide open en ik verwachtte een nieuwe bewaker te zien, die mij als slachtoffer kreeg, maar in plaats daarvan keek ik in de diepblauwe ogen van Ryder.

Ik sloeg mijn armen over elkaar. 'Wat doe jij hier?', vroeg ik verbaasd. 'Ach laat maar, haal je me hier weg?'

Hij grijnsde, alsof er geen tijd tussen ons verstreken was.

Heel even was ik bang dat hij mij terug de cel in zou duwen, de deur dicht zou gooien en zou zeggen dat dit "voor mijn bestwil is".

In plaats daarvan legde hij zijn vinger op zijn mond, een gebaar dat ik stil moest zijn, en greep hij mijn hand vast. Zachtjes trok hij me de kamer uit, waarna de frisse bries van buiten zich door de gangen wurmden en mij bereikten.

Heerlijk.

Hij gebaarde mij de deur te sluiten, terwijl hij alert om zich heen bleef kijken. Ik gebruikte alle technieken van Aiden om mijn gewicht zo over mijn voeten te verdelen, dat ik compleet geluidloos was.

Door alle prikkels die binnenschoten, nu ik uit de isoleercel was, schoten mijn zintuigen enthousiast op scherp.

Ryder keek mij aan, bij elke gang die we insloegen, om er zeker van te zijn dat we geen bewakers tegemoet gingen. Als een duo gingen we te werk, om weet ik veel waarheen te gaan.

Wat was er zo belangrijk dat Ryder mij laat ontsnappen? Elysian zou woedend op ons worden.

'Waarom doe je dit?'

'Ben je niet blij dan?', vroeg hij, zijn blik naar voren gericht. 

Ik snoof. 'Nee, want ik houd ervan om in zo'n koude stinkcel te zitten. Waar jij mij nota bene in liet zitten.'

'Dat was niet mijn schuld', verdedigde hij. Ik kneep hard in zijn hand.

'Maar je deed er niks aan. Je keek toe hoe ik werd weggehaald. Hoe mijn trots me werd weggenomen. Hoe ik als een stuk vuil werd behandeld, nadat ik alles heb gedaan voor dit Instituut', gromde ik, waarna ik mijn hand los trok van zijn greep.

Hij leek nu niet meer te lachen.

'Denk je niet dat ik je niet wilde helpen? Ik zat dat maar gebalde vuisten. Maar ik wist dat ik er niks aan de kon veranderen en... dat het misschien voor het beste was', legde hij uit.

We sloegen een opslagruimte in, toen er twee bewakers de hoek omsloegen. Ryder drukte mij tegen de kast en gaf mij een blik, die zei: 'Verroer je niet.'

​Na een paar minuten waren ze ver genoeg om uit de opslagruimte tevoorschijn te komen. We vervolgden onze weg, naar wat Ryder uitlegde als een "geheime uitgang".

'Op welke manier zou mij opsluiten het beste zijn? Is een schild niet genoeg opsluiting?', ging ik koppig verder.

Ik had twee weken met vragen gezeten. Zonder echt contact met vrienden, behalve dat ik ze af en toe zag bij mijn dagelijkse wandeling, onder begeleiding, waarbij ik ze alleen maar kon zien, een zwaai kon geven, of een knik kon geven.

Elke keer stond Prudence klaar, precies om zeven uur, en elke keer zag ik een traan opwellen in haar ogen. Het gemis stroomde van haar af, net als bij mij. ​

Ik miste onze late-avond gesprekken. Ons gelach als één van ons 's nachts wakker werd en een gekke droom uitlegde. Onze badkamer routine, waarbij de één zingend ging douchen en de ander dansend zijn tanden ging poetsen.

Het samen studeren op elkaars bed. Het roddelen over irritante Emonen of arrogante Emory's.

Ik miste hoe haar energie zich zo perfect aansloeg bij de mijne. Hoe zij mijn woede kalmeerde en ik haar enthousiasme gaf en leerde om meer te durven, zoals ik had gedaan door Scarlett.

'Opletten, Adelyn. Je moet hierdoorheen kruipen', sprak Ryder me toe.

We waren in het uiterste hoekje van het gebouw geland, waar geen mens te bekennen was. Voor ons hing een hoog, grijze luik. Ryder was lang genoeg om de schroefjes los te draaien en het luik op de grond te laten kletteren.

'Daar kom ik niet bij', mopperde ik, jaloers op zijn lange benen.

Hij rolde zijn ogen, niet van woede, maar amusement, gokte ik. Voor ik het doorhad, boog hij zich naar voren, greep hij mijn benen vast en tilde hij me op.

Het luik kwam tot ooghoogte en ik greep de binnenkant vast om mezelf op te hijsen. Dit was een oppeppertje voor mijn conditie.

'Lukt het?', riep Ryder ongeduldig, terwijl ik nog met twee benen uit het luik bungelde.

Ik kroop op handen en knieën door de smalle, stikhete schacht en mopperde: 'Ja hoor.'

Toen ik mij er helemaal ingewurmd had, hees Ryder zich soepel in het luik. Alsof, je zou het maar raden, hij dit vaker deed.

'Links, links, rechts, dan een kleine sprong en we zijn eruit', legde hij me uit. Genoteerd.

Klauterend schaafde ik mijn nog onbeschadigde knieën over de ijzeren platen, die zo luid weergalmden, dat iedereen het zou kunnen horen. Al snel zette zweetdruppels zich op mijn voorhoofd, net toen het licht van buiten zich opdoemde. Ik ving stemmen op, ver en dof.

De geur van het bos was sterk en fris, zeker nu de zomer was aangebroken.

'Gewoon rammen', zei Ryder, net voordat ik mijn vuist tegen het luik knalde en hij met een zachte plof in een container terecht kwam, die na een paar zakken met vuile was, leeg was.

Verafschuwd van de versterkte stank, kneep ik mijn neus dicht en liet ik mij genadig naar beneden vallen. Mijn schouder schampte de zijkant van de container en een kleine pijnscheut schoot door me heen.

Snel schoof ik opzij om Ryder de ruimte te geven. Hij sprong charmanter dan mij en maakte halverwege een draai, waardoor hij niet zoals mij, klungelig op de kop terecht kwam, maar rechtop.

Hij keek over de rand heen, waarna hij uit de container sprong en een hand naar me uitstak.

Ik weigerde die, ergens nog steeds boos om zijn negerende gedrag die ertoe had geleid dat ik vastzat, en klom er zelfstandig uit met een sprong aan het einde.

'Hier is een andere uitgang in het schild, die niemand behalve de Elite weet, en eigenlijk ook niet gebruikt mag worden. Ik heb een vriend een gunst in laten lossen en gevraagd de meldingen te hacken, zodat ze niet zien dat we het schild uit gaan. We hebben niet alle tijd, dus we moeten nu gaan', legde hij me uit.

Ik knikte, nog steeds onwetend over wat we gingen doen.

Na een korte sprint bereikten we een plek, bedekt met schaduwen en afgesloten door een gammel hek. Hij toetste wat in op het schild, die geactiveerd werd, en een doorgang verscheen.

Het bos was donkerder en dichter bebost aan deze kant van het terrein. ​

'Wel heel leuk dat ik nu uit die cel ben, maar wat doen we hier? En krijgen we niet enorm veel gezeik met Elysian?', vroeg ik.

We liepen op een gestaag tempo over een meanderend zandpad.

'Omdat dit niet kon wachten. Ik heb misschien iets doms gedaan, door het Instituut en haar regels te negeren, maar dat doe ik vanwege mijn verstand', legde hij uit.

Zijn stem klonk nors en zijn gezicht fronste. Dit was niet iets om grappen over te maken. Dit kon onze plek in het Instituut in gevaar brengen. Onze opgebouwde reputatie.

'Je bedoelt, het verstand die jou vertelde om mij te halen op het feest?'

Het was alsof ik aanvoelde wat hij bedoelde, want hij knikte.

'De chaos in het Instituut, het heeft Elysian onhelder gemaakt. Hij denkt niet goed meer na en is bang voor wat Axon van plan is. Hij is bang voor jou. Daarom sloot hij je op. Je bent onvoorspelbaar, een doelwit, en dus een gevaar.'

Woede en frustratie kookte in mijn naar boven, gepaard met verdriet. Ik werd als een gevaar gezien, na alles wat ik had gedaan om te bewijzen dat ik dat niet was. Dat ik mezelf kan redden. Dat ik een onderdeel kan uitmaken van het team.

'Wat is er de afgelopen dagen verandert?', vroeg ik aarzelend. Zijn schouders leken te verstijven en de haren in zijn nek gingen overeind staan.

'Veel', antwoordde hij ruw, met teleurstelling die fonkelde in zijn ogen, 'Iedereen wordt gecontroleerd, gecheckt, ondervraagd en gescand. Er zijn strikte tijden voor eten, buitenactiviteiten en zelfs slapen. Er is een avondklok, waardoor iedereen op zijn kamers moet blijven en alle SIM-berichten worden in de gaten gehouden. Het voelt...'

'Als een gevangenis', onderbrak ik hem. Hij knikte langzaam.

Al die tijd dacht ik als enige onrecht te hebben gekregen, maar iedereen ervaarde het.

'En wat vertelde je verstand?'

We passeerden een vijver en liepen richting de bewoonde wereld van Valis, waar alle gebouwen in de verte opdoemden.

Hij schraapte zijn keel.

'Dat we bewijs moeten vinden, tegen Axon. Ik heb gepraat met dr. Cullens, in vertrouwen, en hij vertelde dat als wij een Desdemona regelden, hij kon bewijzen dat de vaccinatie al die tijd de oorzaak was voor de "Zwarte Pest". Als we dat bewijs rond kunnen sturen in Valis en het volk op de hoogte kunnen brengen, maken we misschien een kans tegen Axon.'

Ik lachte, hardop. 'Maar dat is toch geweldig nieuws? Dan kunnen we Axon onderuithalen door middel van het publiek! Waarom vertel je dat niet aan Elysian?'

Ryder schudde zijn hoofd. 'Dat heb ik geprobeerd. Elke keer dat ik erover wilde beginnen, al was het maar een subtiele hint van het hele plan, hij was te geconcentreerd met zijn nieuwe regels en de Zuivering.'

Ik kreunde en sloeg mijn hand voor mijn hoofd. 'Dit is onze kans en hij is te druk met het wantrouwen van zijn eigen mensen? Geen wonder dat je mij om hulp vraagt. Ze hebben hun verstand verloren.'

Daar was die lichte glimlach weer. Ik had het ijzige masker weggetrokken en nestelde me onder die geheime, mysterieuze laag.

'Dus... wat is je geniale plan?', ging ik verder, met vernieuwde hoop.

Ryder krapte ongemakkelijk in zijn nek. 'Uhhh, die heb ik nog niet.'

Ik stopte om hem een aantal seconden ongelovig aan te staren. 'Herhaal dat eens.'

'Ik heb geen plan. Ik hoopte dat ik met jou wat kon bedenken. Of dat jij wat... kon voelen ofzo.'

'Ik ben geen helderziende!', riep ik verstomd,
'Dan had je Audrey moeten vragen.' 

Hij haalde zijn schouders op. 'Mijn verstand zei dat ik jou moest halen. Kun je niet wat zien? Wat terughalen? Je zei dat je in de toekomst kon kijken.'

'Hoe moet de toekomst gebeuren als ik in de toekomst moet kijken om te kijken wat ik in de toekomst moet doen?', kaatste ik.

Ryders hoofd leek rood te trekken van kleur, waarna hij iets in zijn zakken zocht. Uiteindelijk trok hij een zwart stofje uit zijn broekzak.

'Mag ik?', vroeg hij, waarna hij achter me kwam staan en het stofje om mijn ogen bond.

'Dit is geen spelletje toch?', vroeg ik. Hij schudde zijn hoofd.

'Het is een idee. Misschien als je je hard genoeg op je zintuigen focust, dat je kunt terugdenken aan de dag waarop je de vaccinatie kreeg. We hebben iemand nodig die daar op die dag was.'

Het plan was duidelijk en vol twijfel deed ik wat hij zei. Het werd donker voor mijn ogen en al snel versterkten de overige zintuigen. Geur, geluid, gevoel.

De geur van maiskolven op het akkerveld hier verderop.

Het geluid van rennende kinderen in het park ver verwijderd van ons.

Een dreun tegen mijn schouder, waardoor ik van mijn plek werd geduwd.

'Hé, kijk uit, Elliott', snauwde ik.

Zijn verwarde stem antwoordde: 'Ik deed niks.'

Huh?

Opnieuw voelde ik een dreun tegen mijn schouder, gevolgd door een beuk in mijn rug.

'Pas op waar je loopt!', riep de stem van mijn moeder.

Overladen door een gevoel van gemis probeerde ik naar het geluid toe te lopen.

Achter mij klonk een boze stem: 'Kan mij niks schelen. Ik ben hier om míj́n dochter te beschermen tegen die ziekte. Dat jij ze zo zachtaardig laat zijn, is niet mijn probleem.'

De duisternis nam plaats voor het figuur van mijn moeder. Ze leek nog zo jong, met haar zwarte lokken die toen nog lang waren. Haar diepgroene ogen fonkelden van woede.

'Dat jouw dochter op wordt gevoed door zo'n verschrikkelijk persoon, dat is mijn probleem. Sluit je aan in de rij, zoals iedereen dat doet', kaatste ze terug.

Ze kwam beschermend om mij en Alyssa staan en legde haar handen ieder op onze schouder.
​Een traan rolde over mijn wang en prikkelde warm op mijn gezicht.

De vader van het meisje die mij had geduwd, kwam zich verontschuldigen tegenover mijn moeder. ​

'Het spijt me voor het gedrag van mijn dochter. Ze is nog jong en we zijn gewoon bang, net als iedereen.'

'Zeg sorry tegen het meisje', moedigde de vader aan. Het meisje schudde haar hoofd.

En daar was het moment, waarop mijn ogen kruisten met die van het lichtbrunette meisje. Haar amberkleurige ogen en verwende uitstraling.

Gevolgd door de corrigerende stem van haar vader: 'Alexa, toe nou.'

Hijgend trok ik de blinddoek van me af, waarna Ryder voor me kwam staan.

'Is het gelukt? Heb je een naam?', vroeg hij.

Ik knikte en slikte de brok in mijn keel weg. De persoon die we nodig hebben, was het meisje die mijn leven had verziekt.

'Je zult me niet geloven...'

Ipagpatuloy ang Pagbabasa

Magugustuhan mo rin

26 2 1
In het land Occularia moeten kinderen van 17 jaar vechten om te overleven. Slechts enkele zijn het waard om te blijven leven en zullen dus schatrijk...
902 29 7
Ga mee op de avonturen van de Sith Lord Darth Inferus De geadopteerde zoon van Darth Vader.
10 1 1
The Bolt
1 0 1
De toekomst is niet wat het geweest is. Hij is duister, maar kan vermeden worden. Wat wij nu doen beïnvloed de toekomst. Doen wij genoeg?