9. Mies

1.1K 16 0
                                    

Michelle Helsing
Ik trek haar aan haar hand tegen me aan. Geschrokken kijkt ze naar me op. 'Je hoeft het niet perse te zeggen.' Er glijdt een eenzame traan over haar wang. Zacht veeg ik die weg met mijn duim. Zodra ze doorheeft dat ze huilt, drukt ze haar gezicht tegen me aan. 'Het is niet erg om te huilen, Ally.' 'Wel.' Het klinkt een beetje raar omdat ze haar gezicht in mijn shirt drukt, maar ik kan haar wel verstaan. 'Nee. Bij mij kan je altijd huilen.' Ze slaat haar armen om mijn middel en knijpt me bijna fijn. 'Al, lucht.' Ze kijkt me weer lachend aan. Ik houd ervan als ze lacht. Ze heeft nog rode ogen, maar het maakt me niet uit. Ik steel een vlugge kus van haar, waardoor ze grinnikt. We lopen verder.

'Mijn moeder heeft me lichamelijk en mentaal mishandeld voor jaren. Mijn ouders waren namelijk gescheiden toen ik acht was. Ik ging bij mijn moeder wonen. Ze werd een drankverslaafde en kon haar handen niet thuishouden.' We zitten tegen een boomstam aan en de zon komt net op. Het geeft een wonderbaarlijk zicht, maar ik ben alles behalve rustig. Haar moeder mishandelde haar? Dit verklaart wel waarom ze zo onzeker is. 'Mies.' Ik schrik op door haar zachte stem en merk dat ik haar dichter tegen me aan heb getrokken. 'Sorry.' Ik slik lastig. Ik moet mijn woede verbergen. 'Het is niet erg. Ze zit nu wel in de gevangenis sinds mijn dertiende verjaardag. Maar binnenkort komt ze waarschijnlijk vrij.' 'Serieus?' Ik pak die vrouw. Echt. Al zit ze in de gevangenis. Niemand doet mijn Ally wat aan! 'Mies, alsjeblieft, doe rustig.' Ze legt haar hand op mijn wang en probeert me aan te kijken, maar ik ben te gefocust op de boom voor me. Waarom deed haar moeder dit? Ally is geweldig. Ze verdiende dit niet. Ongelofelijk dat- Mijn gedachtestroom wordt meteen gestopt zodra haar zachte lippen de mijne raken. 'Mies?' Ik kijk in haar blauwe ogen. 'Ja?' 'Wat deed je?' 'Niks.' 'Jawel. Je zat in je gedachtes.' 'Het maakt niet uit.' 'Jawel.' 'Het was gewoon een woedeaanval of zoiets. Ik... Ik weet het even niet.' Ik sta gefrustreerd op. Het valt niet uit te leggen aan mensen. Ze denken allemaal dat ik gek ben. Dat het aan mij ligt. Dat ik medicijnen ervoor moet krijgen. Maar het wordt alleen maar erger van die dingen. Dan maak ik mezelf alleen maar meer kapot vanbinnen. 'Ey, Mies.' Ik bal mijn handen tot vuisten uit machteloosheid. Ik kan niks nu en daar ben ik kwaad om. 'Even niet.' Ik kijk expres haar kant niet op. Ze is eigenwijs en legt haar hand op mijn schouder. Ik span al mijn spieren aan om mezelf tegen te houden. Ik weet ook niet waar het vandaan komt, die woede. Misschien zijn de medicijnen uitgewerkt. Of komt het door haar moeder. Maar alles is nu klote. 'Wat is er?' 'Ga weg,' probeer ik nog, maar het werkt niet. Waarom begrijpt ze niet dat ik haar probeer te beschermen tegen mij? 'Alsjeblieft, Mies, vertel me wat er is.' 'Ga!' Ze schrikt duidelijk. Ik wil wraak, wraak op iedereen die me pijn heeft gedaan. 'M-Michelle?' Zonder nog te reageren loop ik dieper het bos in. Het boeit me niet of ze nu daar blijft staan of me volgt. Ze zoekt het maar uit. Ik wil eerst wraak.

That Damn Girl NLΌπου ζουν οι ιστορίες. Ανακάλυψε τώρα