~Hoofdstuk 19.~

6K 308 268
                                    

A/N: YEEYY EEN XXL HOOFDSTUK!!

Ik voelde me anders.

Zodra ik in de ruimte stapte, voelde het alsof ik omver werd geblazen door negatieve energie.

En op de een of andere manier voelde het vertrouwd aan.

Alsof het mijn thuis was. Het voelde alsof ik er bij hoorde...

Misschien werd ik gek. 

Ik liet mijn adem ontsnappen toen ik weer werd geslagen door de rare, overheersende energie. Voor even wankelde ik en zag ik zwarte stippen, maar dat verdween zodra Owen mijn hand vastgreep. Van waar dook hij nou weer op? Het voelde prettig aan, tintelingen schoten dwars door me heen. 'W-wat doe je met me?' vroeg ik zacht aan hem, terwijl ik mezelf uit zijn greep losmaakte. Hij keek me met glinsterende ogen aan. 'Niets. Je zult hier aan moeten wennen, Amara.'

Ik kneep mijn ogen dicht voor een paar secondes. Toen ik ze weer open deed, zag ik dat iedereen in de ruimte me aanstaarde. Ik deinsde achteruit, waardoor ik tegen de deur aankwam- die inmiddels gesloten was...

'Yo, motherfuckers! Raad eens wie er-' 

De stem stierf af toen ze mijn zag. Haar hakken tikten op de trap, waar ze van afliep. 'Oh, kijk eens wie we daar hebben! Is dat niet toevallig mijn nieuwe kamergenoot?' Ze liep mijn kant op, waardoor ik bijna ineenkromp. Hoe dichter ze in mijn buurt kwam, hoe gevaarlijker ze eruit zag. Nog even en ik zou door de grond zakken.

Toen ze voor me stond, begon ze te spreken: 'Dus, hoe heet je, grietje? Heb je het leuk gehad bij de engelen?' Owen gromde waarschuwend, ik perste mijn lippen op elkaar. 'Oh, hou je mond dicht, Fletcher. Laat me met mijn nieuwe kamergenoot praten. Toch, Amara?' Mijn mond viel nog net niet open. Hoe wist ze mijn naam? Ik dacht dat ze net vroeg hoe ik heette...? 'Dus, Amara. Of zal ik zeggen Mara, demon die ieder--' Owen onderbrak de boosaardige demon door haar aan haar arm te trekken. 'Zo kan het wel weer, Lilith.' Hij keek haar woedend aan. 

Intussen leek het alsof mijn zuurstofpijp werd dichtgeknepen. Ik had moeite met inademen. De energie werd me teveel. Alsof Seth het merkte, pakte hij mijn arm stevig vast en keek me doordringend aan. 'Owen, ik denk dat het tijd is dat ze naar haar kamer gaat. Ze ziet er een beetje... bleek uit.' Hij keek Owen doordringend aan. Moeizaam haalde ik adem door mijn mond. Ik zou niet flauwvallen. Niet.

'Tesoro,' fluisterde Owen op mysterieuze wijze, terwijl hij achter me kwam staan en me vastpakte. Zijn stem gonsde door mijn hoofd heen, als een echo. In één beweging tilde hij me op, zacht geroezemoes klonk op de achtergrond. Ik was al te ver weg om me er druk over te maken. Owen begon te lopen en negeerde iedereen die om ons heen was. Voordat de stippen groter werden en mijn blikveld overnamen, hoorde ik Owen nog iets in mijn oor fluisteren: 

'Ik beloof dat alles goed komt, Tesoro.' 

Toen viel ik flauw, in zijn armen.

.

.

Mijn ouders waren mijn echte ouders niet.

Ik was een demon.

Ik... hield van Raphael, een engel.


Happend naar adem schoot ik overeind. Mijn hart ging tekeer, terwijl mijn ogen wijd open schoten. Verwilderd keek ik om me heen. Ik lag op een bed met zwarte lakens. In de kamer was ook nog een ander bed, aan de andere kant van de kamer. Er was een groot bureau dat dicht bij de deur stond. Een mannelijk postuur stond bij het enige raam in de kamer; toen ik beter keek zag ik dat het Owen was. Ik staarde naar zijn perfecte lichaam. Het was nog licht, bundels daglicht scheen door het raam heen. Owen had zijn armen over elkaar geslagen, waardoor je zijn opbollende spieren zag.

He's the Angel, I'm the Demon ✔ || #Netties2017Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu