Hoofdstuk 11

32 0 0
                                    

Mia's zicht was wazig terwijl ze haar ogen opende. De zon was net opgegaan en het was nog koel. Ze ging overeind zitten. Ze keek naar de nagloeiende kooltjes van het kampvuur en luisterde naar het geruis van de wind. Haar maag begon te knorren want ze had al sinds eergisteren niets gegeten. Als het al eergisteren was. Ze draaide zich om. Jack weet jij hoe we eten kunnen vinden vroeg ze. Maar Jack lag niet naast haar. Verbaast keek Mia het kamp rond. Matthew, Simone en Mayka waren ook weg. Mia sprong op en keek angstig om haar heen. Jack! Schreeuwde ze. Ze rende het bos in en bleef zijn naam schreeuwen. Ze kwam op een grote open vlakte. Er klonken krijsen achter haar. De lucht was zwart. Duizenden van die monsters met kooihanden zweefden in de lucht. Mia gilde en rende zo snel als ze kon. Ze duwde wat riet opzei en wou weer verder rennen. Maar voor ze het besefte begon ze te vallen. Een enorm diepe klif lag ineens voor haar voeten. Ze zag de grond snel op haar af komen. En op het moment dat ze de grond raakte voelde ze hoe al haar botten braken. De pijn was erger dan ze zich ooit had kunnen voorstellen. Mia draaide haar hoofd opzei. Naast haar lag nog iemand op de grond. Er klonk zwaar ge adem en harde kreunen. Jack fluisterde Mia geschokt. Jack had tranen in zijn ogen en over zijn beide wangen. Mia fluisterde hij, terwijl de tranen nog harder begonnen te stromen. Nee fluisterde Mia, dit kan niet waar zijn. Zorg dat ik thuis kom fluisterde hij. Mia klom overeind en kroop naar hem toe, al protesteerde haar gebroken botten. Blijf bij me Jack huilde ze. Laat me hier niet achter. Jack keek haar aan. Laat me niet alleen zei hij. Mia knikte en hield hem stevig vast. Maar plots werd ze weggerukt en vloog naar achteren. Ze zag dat Jack zijn hand naar haar uitstak. En toen viel hij langzaam op de grond en bewoog niet meer. Nee! Schreeuwde en huilde Mia. Jack! Toen voelde ze opeens allemaal water om haar heen. Ze deed haar ogen open en keek recht in het gezicht van...

Jack was rustig aan het slapen. Toen hij plots iets hoorde. Hij deed zijn ogen open. Jack weet jij hoe we eten kunnen vinden vroeg Mia. Jack ging overeind zitten. Hij keek Mia aan. Ja dat weet ik antwoorde hij. Mia keek hem verbaast aan. Wat is er vroeg hij. Mia sprong op en schreeuwde zijn naam. Wat is er vroeg Jack bezorgd. Matthew werd wakker. Wat is er aan de hand vroeg hij slaperig. Ik weet het niet riep Jack. Mia begon rondjes te rennen. Wat ben je aan het doen vroeg Jack. Mia keek heel bang en bleef zijn naam roepen. Toen ze weer stil stond ging Jack achter en Matthew voor haar staan. Mia hoor je me vroeg Jack. Maar Mia draaide haar om en begon weer te schreeuwen. Ze duwde Jack opzij en rende weer rondjes. Plots stond ze stil en maakte rare bewegingen met haar armen. Dit werkt niet riep Matthew. Hij duwde Mia op de grond Jack probeerde met haar te praten maar ze lag doodstil. Ik zie wat bewegen zei Matthew, er ziet iets in haar haar. Jack fluisterde Mia. Jack pakte haar hand. Mia zeg me wat er aan de hand is zei hij bezorgt. Gast haar haren zitten vol mieren riep Matthew. Mia begon te huilen. Blijf bij me Jack fluisterde ze. Jack keek haar aan en veegde haar tranen weg. Ik ga nergens heen fluisterde hij. Jack riep Matthew. Wat riep Jack pissig. Die mieren bijten haar hele hoofd open riep Matthew. Ze moeten eraf. Jack keek snel rond en zag een klein riviertje. Pak jij haar benen riep hij. Matthew knikte en ze begonnen Mia naar het riviertje te dragen. Nee! Schreeuwde Mia. Jack! Het komt allemaal goed vertrouw me riep hij. Ze legden mia neer op de oever en Jack liet haar hoofd in het water hangen. Alle mieren spoelden weg en Mia opende haar ogen weer. Ze keek Jack aan en kon geen woord uitbrengen. Ze greep hem vast en huilde. Ik dacht dat je dood was fluisterde ze. Na een paar minuten liepen ze terug maar het kamp. Mia vertelde wat ze allemaal had gezien, en Jack en Matthew vertelden wat ze allemaal had gedaan. Gelukkig is het nu voorbij zei Jack opgelucht. Het leek zo echt fluisterde Mia. Ik voelde mijn botten breken, en ik ben nog steeds moe van het rennen. Matthew was ondertussen terug gelopen naar de plek waar Mia had liggen slapen. Er zat een klein gaatje in de grond. Daaruit kropen een aantal mieren. Ze waren veel te groot voor mieren, ze waren zo groot als bijen. En ze waren geel. Je sliep op een mierennest riep Matthew. Mooi, nog iets om op onze lijst toe te voegen zuchtte Jack. Pas op voor de grote gele mieren. Simone werd gapend wakker. Ze keek Mia, Jack en Matthew vragend aan. Heb ik iets gemist vroeg ze. De drie keken elkaar aan. Nee zeiden ze tegelijkertijd. Niets bijzonders.

Monsters in het DuisterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu