37. Bailee: Boxershorts met cupcakes (zijn misschien toch te kitscherig)

Start bij het begin
                                    

En voor hem had ze het schema weggegooid. In een vlaag van verstandsverbijstering. Ze voelde hoe haar hart sneller begon te slaan toen ze zich realiseerde dat ze haar schema kwijt was.

‘Ik kan me niet voorstellen dat je vergeten bent wat de volgende stop wordt, Cupcake. Niet jij, want jij bent altijd in control. Ook als jij je schema weggooit. En gelukkig weet ik het wel, want ik heb dat schema van je ook bekeken. De volgende stop is Berlijn.’

‘Berlijn,’ mompelde ze. ‘Ik heb eigenlijk geen idee waarom ik die stad opgeschreven heb. Ik zou niet weten wat er te doen is.’

‘We kunnen naar de Berlijnse Muur,’ opperde Blake, terwijl hij op het stuur trommelde. Ze legde haar handen over die van hem om hem te laten stoppen. ‘Maar dat is nu niet echt leuk.’

Ze ging een beetje achterover in de stoel hangen en liet de mp3-speler in haar schoot vallen. ‘We kunnen ook doorrijden naar Nederland,’ zei ze uiteindelijk zachtjes.

‘Wow, Bailee die van haar plannen afwijkt. Dat is bijzonder!’

Ze rolde met haar ogen. ‘Ik meen het. We kunnen doorrijden naar Utrecht.’

Daarmee negeerde ze het knagende gevoel dat ze op die manier de tijd die ze nog over hadden, ingekort werd. Ze wist dat ze daaraan moest denken, maar ze wilde het niet.

‘Het is jouw reis, Cupcake, dus jij mag het zeggen.’

‘En jij hebt er geen mening over?’ vroeg ze met opgetrokken wenkbrauwen.

‘Natuurlijk wel,’ zei Blake schouderophalend. ‘Maar jij bent degene die uiteindelijk moet beslissen.’

‘Sla Berlijn maar over,’ zei ze toen. ‘Laten we maar doorrijden naar Nederland.’



De Domtoren deed Bailee een beetje denken aan de Eiffeltoren in Parijs in het begin van de reis. Ze had toen niet geweten dat Blake hoogtevrees had en dat hij het doodeng gevonden had. Ze keek naar boven, naar de gigantische toren van ruim zeshonderd jaar oud die boven de stad uitstak. Toen keek ze naar de twee kaartjes in haar hand. Ze had een kaartje voor hem gekocht. Deels omdat ze het zich nu pas realiseerde, deels omdat ze hem niet af had willen laten gaan door geen kaartje te kopen. Over een paar minuten zouden ze naar boven gaan met een gids en nu keek ze Blake aan.

‘Ga je mee naar boven? Ik heb een kaartje voor je.’ Om dat te demonstreren zwaaide ze met het ding. ‘Maar als je niet mee wilt…’

‘Natuurlijk ga ik mee, Cupcake,’ zei hij en hij grijnsde naar haar, maar ze had het idee dat hij niet helemaal eerlijk was en het doodeng vond. Ze vroeg het hem niet, omdat ze niet wilde dat hij zich schaamde en ze greep zijn hand, waar ze wat harder in kneep dan ze normaal gedaan zou hebben. De gids was midden in zijn verhaal tegen het groepje mensen dat rond hem stond.

‘... De kerk is in 1674 deels verwoest door een tornado. Of nou ja, het schip,’ de gids gebaarde om zich heen naar de ruimte die zat tussen een deel van de kerk en de toren, ‘is nooit afgebouwd voor die tornado kwam en vandaag de dag is de Dom daardoor zo interessant. Er is geen andere kerk in Nederland zoals deze gotische kerk. Overigens is deze toren van 112 meter ook de hoogste kerktoren van Nederland.’

De man had een behoorlijk Utrechts accent waar Bailee heel zachtjes om moest grinniken. Blake gaf haar een zachte por ten teken dat ze zich moest gedragen.

‘Goed, gaan jullie mee naar boven via de 465 traptreden?’ De man keek met een glimlach om zich heen voor hij zich omdraaide en naar de toren stampte.

‘Weet je het zeker?’

Zijn antwoord was een knik en toen sleepte ze hem mee, achter de rest van de groep aan.



Hijgend stonden ze boven. Het was niet dat ze geen conditie hadden, maar zoveel treden beklimmen was niet iets dat je vaak deed, zelfs niet met conditie. De toren werd steeds smaller en een paar keer had Bailee gegrapt dat het maar goed was dat ze geen dikke kont had. Ze hadden achter aan de groep gelopen en af en toe had ze zich omgedraaid om Blake een kusje te geven. Hij had haar gretig terug gekust. En nu stonden ze boven op de toren, terwijl de gids vertelde over de klokken in de toren die totaal 32.000 kilo wogen, maar het was niet heel boeiend en het kon Bailee niet zoveel schelen. De toren was boven behoorlijk smal. Ze voelde hoe Blake zijn armen om haar heen sloeg. Ze vermoedde dat hij het nog steeds eng vond, maar dat hij dat niet toe zou geven.

Het uitzicht, over de stad die ooit gesticht was door de Romeinen, was fenomenaal.

Blijkbaar had ze toch beter geluisterd naar al die gidsen dan ze verwacht had. Als ze weer thuis kwam, dan zou ze vast alle weetjes over alle plaatsen aan haar ouders kunnen vertellen. Ze slikte toen ze daaraan dacht, toen ze aan thuis dacht. Bailee beet op haar lip om niet in huilen uit te barsten. Terug naar huis, naar Amerika. Een compleet ander land, een ander continent. Ze bleef liever hier, maar haar oma zag haar aankomen. En haar ouders zouden het waarschijnlijk ook niet zo waarderen als ze zei dat ze hier wilde blijven.

‘Hoezo wil je blijven, Bailee? Is het om hem? Heeft hij je omgepraat?’ zou haar vader zeggen. Ze kon het hem zo horen zeggen en hij zou waarschijnlijk nooit geloven als ze zei dat het haar eigen keuze was.

Ze zou een keuze moeten maken en wat ze ook besloot, er zouden mensen teleurgesteld worden.



‘Hier zijn de parkeerkosten een stuk lager,’ zei Blake grappend, terwijl hij doelde op de torenhoge prijzen om te mogen parkeren in het centrum van Utrecht. Ze had geen idee hoeveel geld Blake uiteindelijk in de parkeermeter gestopt had. Twintig euro? Zoiets in elk geval en dat terwijl ze niet eens zo heel lang in de stad geweest waren. Na de Dom hadden ze nog even op een terrasje gezeten om uit te zoeken wat de volgende stop zou worden aan de hand van brochures over de omgeving. Het was Bailee geweest die gekozen had voor dit kasteel. Slot Zeist. Niet dat ze het woord slot goed uit kon spreken en Blake had haar uitgelachen om haar accent waarop ze hem een mep verkocht had en gebromd had: ‘Ik lach jou ook niet uit om dat Engels van je met dat belachelijke Britse nep accent.’

Ze keek nu naar het prachtige kasteel met de lange oprijlaan en de trappen bij de voordeur en zei grappend: ‘Misschien zouden we hier moeten trouwen.’  Ze voelde hoe Blake verstijfde en voegde er gauw ‘grapje!’ aan toe. ‘Ik wil niet trouwen, Blake.’

‘Nooit?’ vroeg hij een beetje schor. ‘Of bedoel je dat je het niet met mij wilt?’

‘Hoezo?’ vroeg ze lachend. ‘Was je van plan om me ten huwelijk te vragen dan?’

Hij schudde zijn hoofd en keek naar het kasteel aan het einde van de oprit. ‘Nee, dat niet, maar je woorden waren een beetje onaardig. Alsof je niet met mij wil trouwen, omdat ik ik ben.’

‘Ik wil sowieso nu niet trouwen. Met niemand. Vroeger wel,’ zei ze zachtjes. ‘Toen ik met Nate was. We waren een soort van verloofd, al zie ik dat nu als puberaal gedrag.’ Ze lachte even, maar het was geen hartelijke lach.

Hij keek haar met grote ogen aan. ‘Je was verloofd?’

‘Niet echt,’ zei ze schouderophalend. ‘Niet serieus in elk geval.’

‘Misschien moeten we naar binnen gaan, want we zijn hier niet gekomen om dit kasteel te bewonderen als trouwlocatie,’ mompelde Blake en hij kon niet voorkomen dat zijn wangen een beetje kleurden.

‘Blake, we moeten praten. We moeten praten over het feit dat ik over maximaal een week terug vlieg naar Amerika, naar een ander land.’ Ze staarde naar haar tenen, omdat dit gesprek pijnlijk was. Te pijnlijk. ‘We moeten praten over de beslissing die ik genomen heb.’

Hij tilde haar kin op, zodat ze hem wel aan moest kijken en ze zag iets pijnlijks in zijn blik. Iets dat door haar ziel sneed als een mes en ze wilde niets liever dan haar kop in het zand steken. Maar dat kon niet en dat wist ze.

‘We kunnen het niet negeren, Blake. We zijn bijna thuis en ik heb besloten...’

Hij schudde zijn hoofd en drukte zijn lippen op die van haar ten teken dat hij niet wilde dat ze de rest van de zin uit zou spreken tot het echt niet meer anders kon, tot het echt onvermijdelijk was.

Op Schiphol.

Roberts #1: My American Apparel Underwear #netties2016#netties2016Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu