Verhalen schrijfwedstrijd

By _NightMary

1.4K 84 109

In dit boek zullen mijn inzendingen van schrijfwedstrijden waar ik aan mee doe/heb gedaan komen te staan. More

Inleiding
Schrijfopdracht 2
Schrijfopdracht 3
Schrijfopdracht 4
Opdracht 1
Opdracht 2
Harry Potter schrijfopdracht 1
Harry Potter schrijfopdracht 2
Harry Potter schrijfopdracht 3
Harry Potter schrijfopdracht 4
Harry Potter schrijfopdracht 5
Schrijfopdracht 1 - schrijfwedstrijd 2.0
Schrijfopdracht 2 - schrijfwedstrijd 2.0
Schrijfopdracht 3 - schrijfwedstrijd 2.0
Schrijfopdracht 4 - schrijfwedstrijd 2.0
Schrijfopdracht 5 - schrijfwedstrijd 2.0
Amori2005 - Schrijfopdracht 1
Schrijfwedstrijd 2.0 Deel 2: opdracht 1
Schrijfwedstrijd 2.0 Deel 2: opdracht 2
Schrijfwedstrijd 2.0 Deel 2: opdracht 3
Schrijfwedstrijd 2.0 Deel 2: opdracht 4
Schrijfwedstrijd CrazyGirlllyy - opdracht 1
Schrijfwedstrijd CrazyGirlllyy - opdracht 2
Schrijfwedstrijd CrazyGirlllyy - opdracht 3
Schrijfwedstrijd CrazyGirlllyy - opdracht 4
Schrijfwedstrijd CrazyGirlllyy - opdracht 5
Schrijfwedstrijd CrazyGirlllyy - odpracht 6
Schrijfwedstrijd Britt_NYD - opdracht 1
Schrijfwedstrijd Britt_NYD - opdracht 2
Schrijfwedstrijd famkewritings - opdracht 1
Schrijfwedstrijd famkewritings - opdracht 2
Schrijfwedstrijd famkewritings - opdracht 3
Schrijfwedstrijd famkewritings - opdracht 4
Schrijfwedstrijd famkewritings - opdracht 5
Schrijfwedstrijd famkewritings - opdracht 6
Schrijfwedstrijd karlimbo - opdracht 1
Schrijfwedstrijd karlimbo - opdracht 2
Schrijfwedstrijd karlimbo - opdracht 3
Schrijfwedstrijd karlimbo - opdracht 4
Schrijfwedstrijd karlimbo - opdracht 5
Schrijfwedstrijd Dragongrimm - opdracht 1
Schrijfwedstrijd lexicophile en Melenemerel - opdracht 1
Schrijfwedstrijd lexicophile en Melenemerel - opdracht 2
Schrijfwedstrijd lexicophile en Melenemerel - opdracht 3
Schrijfwedstrijd lexicophile en Melenemerel - opdracht 4
Schrijfwedstrijd lexicophile en Melenemerel - opdracht 5
Schrijfwedstrijd Watwed - opdracht 1
Schrijfwedstrijd Watwed - opdracht 2

Schrijfopdracht 1

122 5 0
By _NightMary

Dit is een schrijfopdracht uit de wedstrijd van perfectpencil

Bij deze opdracht ging het erom dat het karakter van jouw personage uitblinkt. Hij of zij moet een opvallend personage hebben. Het genre, de lengte van het verhaal en waar het verhaal over gaat was allemaal eigen keuze. Mijn verhaal is gebaseerd op de film "Circle" ofwel "Kring". In deze film staan 50 mensen, allemaal verschillend, in een cirkel. Elke twee minuten moeten zij samen stemmen op de persoon die zij willen laten doodgaan. Dit is mijn verhaal.
-


Als verdoofd laat ik mijn hand door de lucht glijden en laat ik mijn ogen op de vloer gericht. Ik zie hoe de driehoek, die de plaats van de advocaat moet voorstellen, op begint te lichten als ik mijn hand erop richt. Het is simpel: bal je hand tot een vuist. Bal je hand tot een vuist en breng je stem uit. Ik kijk naar mijn hand, die in plaats van lichtelijk nu heviger aan het trillen is. Dan kijk ik naar de advocaat. Hij kijkt niet naar mij, want hij is druk in discussie met de studente geneeskunde. 'Dus omdat zij nog nooit van anticonceptie gehoord heeft, moeten wij nu állemaal sterven?! Voor háár?!' buldert hij. 'Ongelooflijk!' De bankdirecteur valt hem bij. 'Precies! Wij moeten onze levens opgeven, zodat zij hierna naar buiten kan wandelen als enige overlevende, alleen maar omdat ze een kind baart? Omdat ze een gezin heeft?! En wij dan? Hebben wij géén gezinnen?! Wíllen wij geen gezinnen?!' Mijn hand gaat nu van de advocaat naar de bankdirecteur.

Ik heb nog niet gestemd. Nog nooit. We zijn begonnen met vijftig mensen. Vijftig mensen, waarvan er tien al dood waren voor ze überhaupt wisten wat er gaande was. Toen de Aziatische jongen doorkreeg dat wij zélf kiezen wie sterft, door op diegene te stemmen, barstte de hel los. Sommigen waren bang om te spreken, bang om dood gestemd te worden, terwijl anderen juist meteen aan het woord wilden komen om mensen aan hun kant te krijgen.

Ik was in shock. Misschien ben ik dat wel nog steeds. Of ik hier nou levend uit zal komen of niet, ik weet dat ik het nooit kan vergeten. Het beeld van schokken die op deze mensen neerkomen, die hun laatste ademuitstoot ooit symboliseren, zal voor altijd op mijn netvlies gebrand staan. Het stemgeluid van deze mensen, dat soms abrupt ophoudt wanneer zij de dodelijke schok toegediend krijgen.. Het gaat maar niet uit mijn hoofd.

Ik heb nog nooit gestemd, omdat ik niemands leven wil beëindigen. Overal om me heen gebeurt het, maar ik wil niet degene zijn die daar de verantwoordelijkheid voor moet nemen. Ik wil niemand doden. Ik wil niet zorgen dat hun dierbaren ze nooit meer terug zullen zien. Ook al gebeurt het overal om me heen, ik heb er niet aan meegedaan. Maar nu twijfel ik.

De studente geneeskunde blijft erop hameren dat de zwangere vrouw degene moet zijn die hier levend uitkomt, want zij geldt voor twee. Twee levende mensen, twee kloppende harten. Of ze het meent of dat ze wil zorgen dat zij zelf als één van de laatsten overblijft, weet ik niet. Hoe dan ook, ze is steeds meer terrein aan het winnen. Mij heeft ze ook gewonnen. Ik vind het afschuwelijk wat er nu gebeurt. Ik vind het afschuwelijk om te moeten toekijken hoe deze mensen verbaal ruzie staan te maken om wie die laatste persoon moet worden. Maar toch vind ik dat het de zwangere vrouw moet zijn.

'Vrouw en kinderen eerst?! Hier geldt dat niet! Hier is het ieder voor zich!' roept de advocaat. Mijn hand gaat weer naar zijn driehoek. Zou ik het kunnen? Hoe zou het voelen? 'Zij geldt voor twee!' roept de studente. Ze kijkt om zich heen en zoekt steun. Ik kijk haar niet aan. Ik kijk niemand aan. Ik wil namelijk niet de aandacht trekken, omdat ik – ik zal het toegeven – zelf niet aan de beurt wil zijn. Het voelt raar. Ik wil zelf nog niet aan de beurt zijn, zelf die schok nog niet krijgen, terwijl ik wel van plan ben om mijn leven af te staan aan de zwangere vrouw.

Waar ben ik bang voor? Voor de dood? Voor die schok, die na de aftelseconden op degene met de meeste stemmen afgevuurd wordt? Ben ik daar bang voor? Maar zo'n schok is maar even. Het is snel. Het komt op je af en dan is het er niet meer, net zoals je er zelf niet meer bent. Nee, daar ben ik niet bang voor. Misschien ben ik wel helemaal niet bang. Misschien wil ik wel gewoon, simpelweg, nog niet doodgaan. Net zoals de andere mensen hier.

'Willen jullie allemaal dood, dan?!' roept de advocaat door de Kring. 'Zijn jullie allemaal bereid om je eigen leven op te geven, voor dat van iemand anders? Een onbekende? Zijn jullie echt bereid om je familie en je dromen in de steek te laten voor iemand anders?!' Dat is de vraag die ik mezelf ook de hele tijd maar stel. Mijn hand gaat naar de studente. 'Je bedoelt: Zijn jullie bereid om het goede te doen?' kaatst de studente terug. 'Om te kiezen voor de levens van twee mensen? Zijn jullie bereid om die aliens, om de wereld, om iedereen te laten zien dat je voor het goede kiest? Om jullie laatste daad een moedige daad te maken?' Mijn hand gaat terug naar de advocaat.

Hoe lang duren twee minuten? Mijn hart schrikt op als ik de teller hoor. De teller begint steeds sneller te slaan en ik weet dat er nog maar een paar seconden over zijn. Dan stopt de teller. Dan deelt de ronde bol zijn fatale schok uit. En ik heb niet meegestemd. Ik heb het alweer niet gedaan. Er zijn nog veertien mensen over.

'Nee!' roept een man van rond de vijftig jaar oud. Zijn stemgeluid klinkt hartverscheurend. 'Niet mijn Bertha!' Mijn ogen schieten naar de man, die zijn handen voor zijn ogen slaat. 'Bertha!' Naast hem, op de grond, ligt een vrouw die er even oud uitziet als hij. Die er even uit uitzág als hij. De man bukt en steekt zijn hand naar de vrouw uit. Zodra zijn hand uit de ruimte van de cirkel komt, licht deze rood op. De man trekt zijn hand snel weer terug. Hij jammert. 'Mijn Bertha.. wat hebben ze je aangedaan.' Dan staat hij weer rechtop en kijkt hij de Kring rond.

'Jullie zijn slechte mensen! Hoe kunnen jullie hier nou aan meedoen?! Mijn Bertha heeft niet één keer gestemd! Ik heb niet één keer gestemd! Hoe kunnen jullie nou zomaar mensen wegstemmen alsof het niks is?! Alsof je daar geen leven mee verwoest?! Hoe kunnen jullie nou zo egoïstisch voor je eigen leven kiezen, terwijl je daardoor die van een ander beëindigt?!' Ik wil niet naar de man kijken, omdat zijn verdriet en woede recht door me heengaat. Omdat het als messteken in mijn hart lijkt te steken. Deze man is een goede man, net zoals zijn vrouw een goede vrouw was. Tientallen goede mensen zijn al gestorven in deze Kring. Er zullen er alleen nog maar meer bijkomen.

Dan kijkt de man naar mij. Dan houden zijn ogen de mijne vast. Mijn hart lijkt stil te staan en begint daarna drie keer harder te slaan. 'Jullie denken allemaal dat je het verdient om te blijven leven?! Nou, jullie hebben het mis. Iemand die bereid is een leven te verwoesten om dat van zichzelf te redden, verdient het niet om te leven. Zíj is de enige die het verdient.'

Iedereen kijkt naar mij. Ik krijg het benauwd als ik plotseling in de schijnwerpers sta. 'Heeft zij nog nooit gestemd?!' bromt een andere oude man. 'En is ze al zo ver gekomen?!' Hij kijkt mij aan. 'Dacht je zo verder te komen?! Dacht je zo te winnen?! Door niet te stemmen? Door niemand te vermoorden en zo zelf te winnen, zonder bloed aan je handen? Hypocriet!' De advocaat valt de man bij. Dan kiest de bankdirecteur natuurlijk ook hun kant. Hun handen gaan mijn richting op.

Ik weet niet wat ik moet zeggen. Toch spreek ik voor het eerst sinds ik hier ben. 'Ik weet het niet. Ik weet helemaal niks meer. Het enige dat ik weet, is dat ik niemands leven wil beëindigen.' Het is stil. Ik ben bang dat ik, omdat ik opgevallen ben, weggestemd zal worden. 'Stem op haar!' roept de bankdirecteur. Ik sta op het randje van de afgrond als ik zie dat velen het ook doen. Maar ik neem niet de tijd om mezelf te verdedigen. Ik ga mensen niet overtuigen om iemand anders te doden, alleen om zelf niet gedood te worden. Ik wil niet dat iemand dood gaat door mij.

'De man heeft gelijk,' zegt de studente. 'Dit meisje verdient het! Dit meisje verdient het méér dan hij!' Ze knikt naar de bankdirecteur. 'Op hem!' Haar volgelingen kiezen haar kant, maar ik weet niet of het genoeg is. Misschien moet ik daar niet eens meer aan denken. De teller begint te slaan en ik krijg het benauwd. Ben ik bereid mijn familie en dromen op te geven? Ik weet het niet. Het enige dat ik weet, is dat ik niet bereid ben om iemand anders zijn familie en dromen op te laten geven. Ook niet als dat betekent dat de bol mij zal raken.

Het is niet genoeg. Er zijn nog veertien mensen over, waarvan er twaalf stemmen. De teller stopt met slaan en het wordt stil. Dan word ik omgeven in een oranje gloed. Ik zie dat de bankdirecteur ook opgloeit. Het staat gelijk tussen ons. En als het gelijk blijft, dan zullen we allebei geraakt worden. Mijn hart begint sneller te kloppen als ik me dat realiseer. Nee. Nee, ik ben nog niet bereid om mijn familie en dromen op te geven. Om mijn léven op te geven. Nu ik balanseer op het randje van de dood, besef ik het me. Mijn overlevingsdrang is groot. Te groot. Ik ben nog niet bereid om mezelf op te geven.

En ik hoef mezelf ook nog niet op te geven, want ik kan mezelf redden. Ik kan nog steeds stemmen, waardoor de bankdirecteur de overhand heeft en hij gekozen wordt. Als ik hem aankijk, zie ik dat hij zich dat ook beseft. Ben ik er klaar voor? Ben ik bereid om zijn leven op te geven voor de mijne? Om de genadeklap uit te delen, waardoor hij dankzij mij op de grond neervalt en nooit meer op zal staan? Ben ik er klaar voor om net zo'n slecht mens te worden als hij is?

De bliksem in de bal is zichtbaar. Dan komt het eruit en valt de bankdirecteur dood neer op de grond. Ik kijk naar mijn hand, die langs mijn zij hangt en daar is blijven hangen. Maar als ik niet.. Wie dan wel? Dan valt mijn blik op de oude man, de man van Bertha. Hij staat nog steeds met zijn vuist gebald. 'En nu stemmen we op die man en de advocaat. Nu stemmen we op alle rotte mensen in deze Kring.'

Terwijl ik voor me uit blijf staren, gaat alles helemaal langs me heen. Alle schokken, alle doffe klappen van levenloze lichamen die op de grond vallen, alle lichamen die worden weggesleept, alle ruzies, alle laatste wanhopige kreten. Alles gaat langs me heen. Ik kan alleen maar aan de man denken. Hij had niet gestemd, net zoals zijn vrouw niet had gedaan. Ze waren mensen die het goede deden. En nu heeft de man dat veranderd. Nu is de man iemand die een ander mens heeft laten doden. En waarvoor? Voor mij. Hij zegt dat ik het verdien om te blijven leven, omdat ik niet gestemd heb. Maar verdien ik het wel echt, als het door mij komt dat hij zijn geloof naast zich neergelegd heeft?

'Meisje,' hoor ik de man zeggen. Ik kijk op en zie ineens dat we nog maar met zijn vieren staan. De zwangere vrouw, de studente, de man en ik. De studente kijkt berekenend om zich heen. 'Wil je jezelf en je baby redden?' zegt ze dan. De vrouw kijkt haar aan met tranen in haar ogen. Ze legt haar handen op haar buik. 'Je kunt je baby redden. Als je op hem stemt en daarna op haar. Dan zijn we nog samen over en zal ik uit de cirkel stappen.' Ze praat alsof ze oprecht is, maar ik weet het niet. Het afgelopen uur heb ik van zoveel mensen gedacht dat ze oprecht waren, maar toen bleken ze dat toch niet te zijn.

'Luister niet naar haar,' zegt de oude man. 'Je kunt haar niet vertrouwen. Je kunt niemand vertrouwen. Behalve haar.' De man kijkt naar mij en dan weer naar de zwangere vrouw. 'Je hebt het niet kunnen zien, maar zíj heeft op jou gestemd.' De zwangere vrouw kijkt onzeker tussen de studente en de man. De studente zegt dat dat niet zo is. Dat ze op moet schieten, omdat er niet veel tijd meer is. En als de teller begint te slaan, raakt ze de draad kwijt. De studente begint te schreeuwen dat ze op moet schieten, dat ze op één van ons moet stemmen. Maar de vrouw stemt niet.

Dan beginnen de vrouw en de studente te gloeien. 'Zie je?' zegt de man. 'Zie je? Je wil jou geen kans geven. Ze wil alleen maar zelf overleven.' De vrouw tilt haar hand op en balt die tot een vuist. De studente valt neer.

Dan is het stil. Helemaal stil. Nou ja, niet helemaal, want de zwangere vrouw begint te snikken. Ze houdt één hand op haar buik en veegt met de andere hand haar tranen weg. 'Het is goed,' zegt de man. 'Alles komt goed.' Dan kijkt hij mij aan. 'Ik ga nu. Ik ga, omdat ik weet dat ik jou erop kan vertrouwen dat je het juiste doet.' Ik word wakker. 'Wat bedoelt u?!' De man vouwt zijn handen samen. 'De reden dat ik het zo lang volgehouden heb, de reden dat ik meegestemd heb.. is zodat ik zeker wist dat ik de mensen die de juiste keuze zouden maken achter zou laten.'

Ik voel een brok in mijn keel. 'Nee,' zeg ik zacht. Ik zeg wel nee, maar ik weet dat dat de enige oplossing is. De oude man moet dood. Ik moet dood. Nee.. Ik voel mijn overlevingsdrang weer opkomen. 'Wat is je naam?' vraagt de man. 'Maika,' zeg ik. 'Oké, Maika, je bent echt heel moedig.' Ik schud mijn hoofd naar hem. Dat is het enige dat ik kan doen. De zwangere vrouw staat nu met haar handen in haar gezicht, dus ze kan me niet zien, maar ze kan me wel horen als ik iets zeg. En wat ik op het punt sta te zeggen.. wekt niet veel vertrouwen.

Mijn overlevingsdrang is te groot. Ik kan niet stoppen met te bestaan, met adem te halen, met mijn hartslag te voelen. Ik wil nog helemaal niet dood.. Ik wil terug naar mijn familie, naar de toekomst die ik nog voor me heb liggen. De brok in mijn keel wordt steeds groter. Ik wil nog helemaal niet opgeven. Maar wat wil ik dan? Wil ik mezelf laten leven met de wetenschap dat ik de vrouw en haar baby vermoord heb? Kan ik dat wel? Ik denk aan wat de advocaat zei. "Zijn jullie allemaal bereid om je eigen leven op te geven, voor dat van iemand anders? Een onbekende? Zijn jullie echt bereid om je familie en je dromen in de steek te laten voor iemand anders?!" Ben ik dat? Dan hoor ik de studente weer. "Zijn jullie bereid om het goede te doen? Om te kiezen voor de levens van twee mensen? Zijn jullie bereid om die aliens, om de wereld, om iedereen te laten zien dat je voor het goede kiest? Om jullie laatste daad een moedige daad te maken?"

Ik weet het nog steeds niet. En dat is ook de reden dat de man niet mag gaan. Want als hij weg is, blijven de vrouw en ik nog over. Zij blijft over met iemand die niet weet welke keuze ze gaat maken.

De man glimlacht naar me. De teller begint te slaan. 'Ik weet dat het goed komt. Ik ga nu naar mijn vrouw.' Als de teller bijna tot zijn einde gekomen is, stapt hij van de cirkel af. De zwangere vrouw begint nog harder te snikken. 'Ik kan het niet,' kraamt ze uit. 'Jij verdient het meer dan ik. Ik heb meegestemd.' Ik schud mijn hoofd. 'Jij hebt meegestemd om het leven van je baby te redden.' De vrouw blijft snikken. 'Ik begrijp het als je het niet wilt doen, Maika. Ik begrijp het dat je nog genoeg hebt om voor te leven.'

'Mijn moeder heeft me altijd geleerd om het goede te doen. Om geen vooroordelen te hebben, om niet te stelen, om geen mensen pijn te doen. Ik zou niet met mezelf kunnen leven in de wetenschap dat ik dat wel gedaan heb. Dat ik een beginnend gezin kapotgemaakt heb. En waarom? Om zelf te kunnen blijven leven? Nee, dat is het niet waard,' zeg ik. De vrouw probeert haar tranen weg te vegen. 'Het spijt me zo..'

Ik schud mijn hoofd. 'Nee, zeg dat niet. De man had gelijk, het komt goed. Dit zal zwaar zijn om te verwerken, maar je hebt je gezin. Ik weet dat zij je zullen troosten. Ik weet dat het uiteindelijk weer goed komt.' De vrouw glimlacht door haar tranen heen. 'Als het een meisje wordt, noem ik haar Maika.' Ik glimlach ook, terwijl ook mijn ogen vochtig worden. Dan knik ik. 'Ik hoop dat je het een plekje zal kunnen geven.'

Op school is mij eens de vraag gesteld: Wie ben jij? Ik heb die vraag niet kunnen beantwoorden, omdat ik niet wist wie ik was. "Maika", had ik geantwoord, maar dat was geen antwoord. De vragen die ik hier heb gehoord, zijn wel het antwoord.

Ben ik bereid om mijn eigen leven op te geven, voor dat van iemand anders? Ja. Ben ik bereid om het goede te doen? Om mijn laatste daad een moedige daad te maken? Ja, ook. Dus wie ben ik? Ik ben iemand die het goede doet, zonder daar iets voor terug te krijgen. Ik ben iemand die voor de hoogste behoefte strijd, ook al is dat niet die van mij. Ik ben iemand die onzelfzuchtig is. Ik ben goed.

Dus ik houd mijn adem in en stap uit mijn cirkel.


Continue Reading

You'll Also Like

323 20 13
In "Gates of Oxford" spelen de verhaallijnen zich af in de prestigieuze Universiteit van Oxford, een eeuwenoude instelling in het hart van de histori...
6K 243 52
je ziet zelf wel..... Grapje. 😁 Het gaat over een jonge dame genaamd Ahlam ze is 23 jaar en gaat werken bij een bedrijf als een privĂ© of terwijl een...
191K 8.9K 61
Inaya, heeft veel in haar leven meegemaakt, ze komt te weten dat liefde moeilijker is dan ze denkt... stemmen en comments zijn altijd welkom!♄
214K 10.5K 91
Dit verhaal gaat over Ouiam en Ryan. Ouiam is een erg leuk, aardig en behulpzame, maar niet echt zelfverzekerd moslima. Ze vind het erg leuk om ander...