Schrijfwedstrijd lexicophile en Melenemerel - opdracht 5

Bắt đầu từ đầu
                                    

'Leon, luie!' onderbreekt de zanger hem. 'Kom je ook nog helpen met opruimen, of blijf je de hele avond alleen maar staan flirten?!' De bandleden beginnen te lachen wanneer Leon ongemakkelijk heen en weer begint te schuiven. 'Ach, laat die jongen toch,' mengt de drummer zich erin. 'Dit is de eerste keer dat hij een meisje aanspreekt. Gun hem zijn moment.' De jongens haken er nog op in door nog wat grappen te maken, voordat ze verder gaan met het loskoppelen van de muziekinstrumenten. 'Fijn,' zegt de jongen voor me zuchtend terwijl zijn wangen rood worden. 'Nou, ik ben dus Leon..' Ik kijk van hem naar de bandleden en weer terug naar hem. 'Ik ben Marissa.' We schudden elkaar de hand en glimlachen naar elkaar. Dan kijkt Leon plotseling berekenend om zich heen. 'Ik houd je hopelijk niet op.'

Ik volg zijn blik en weet dat hij aan het zoeken is naar eventuele vrienden vanuit mijn kant. Nu is het mijn beurt om hem met rode wangen aan te kijken. 'Nee hoor,' antwoord ik zo normaal mogelijk. 'Mijn vriendinnen..' begin ik te mompelen. Mijn vriendinnen hebben besloten mij achter te laten om met jongens te zijn, maar dat kan ik natuurlijk niet zeggen. 'Ze waren in gesprek met anderen,' besluit ik ervan te maken. 'Ik was eigenlijk net op weg naar de uitgang, totdat ik jullie hoorde spelen.'

'Oh,' mompelt Leon, 'dus eigenlijk houd ik je wel op.' Ik glimlach vriendelijk naar hem en schud mijn hoofd. 'Nee hoor, maar ik kan niet al te laat op huis aan gaan. Ik begin morgen vroeg op werk.' Ik werp een blik op mijn horloge en zie dat het nu half tien is. Leon lijkt niet helemaal zeker te zijn van wat hij moet zeggen, maar dan mompelt hij: 'Dan kan ik je misschien maar beter goed laten slapen, zodat je morgen uitgerust kunt beginnen met werken.'

Hij lijkt zelf niet erg tevreden te zijn met zijn woorden. Zijn collega ook niet, want de zanger komt naast ons staan en slaat lachend zijn arm om Leon heen. 'Laat je haar nou zomaar gaan, zonder haar nummer te vragen?' Leon kijkt zijn vriend geërgerd aan, maar dat lijkt hem niet te kunnen schelen. Hij bedoelde het vast goed, maar ik krijg er niet zo'n fijn gevoel bij. 'Bedankt voor het optreden en het leuke gesprek,' zeg ik tegen Leon. Hij knikt en probeert te glimlachen, maar het is eerder een grimas. Ik blijf nog even staan voor het geval er nog iets gezegd gaat worden, maar dan glimlach ik naar Leon en begin ik langzaam weg te lopen. Mijn lege glas zet ik op de bar, voordat ik door loop naar de uitgang. Mijn vriendinnen zijn ondertussen nergens meer te bekennen.

~~~

'Och, kind, ik ben zo trots op mijn kleinzoon!' Met een glimlach kijk ik mevrouw Haaster aan, voordat ik me weer buig over het opvouwen van haar kleding. 'Ik ben zo blij dat hij zijn droom gaat waarmaken!' Ik vind het nooit erg om haar verhalen aan te horen, omdat ze leuk kan vertellen. De liefde die ze voor haar familie voelt is niet te missen en blijkt vaak uit wat ze verteld. 'Wil je niet even gaan zitten, lieverd?' vraagt ze. 'Je bent de hele tijd zo hard aan het werk.'

'Nee hoor, mevrouw Haaster,' antwoord ik beleefd, 'het is een kleine moeite.' Dat zeg ik niet alleen omdat het mijn werk is, maar ook omdat het waar is. De bewoners van het bejaardentehuis zijn heel verschillend. Sommige ouderen zijn vaak chagrijnig, waardoor ik nog wel eens op mijn tanden moet bijten wanneer ik hun kamer opruim, maar de meesten zijn altijd erg opgewekt. Ik krijg vaak opgewekte reacties over mijn werk en al zeker van mevrouw Haaster. 'Het is lief van je dat je mijn kamer netjes maakt voor het bezoek van mijn kleinzoon,' zegt ze, waarnaar ze weer verder begint te vertellen. 'Hij heeft zo hard gewerkt voor wat hij bereikt heeft en het is hem zo gegund!'

Ik leg net de opgevouwen kleding in haar kast voordat ik opveer van een bekende stem. 'Ik hoop niet dat u de medewerkster verveeld met uw verhalen over mij, oma,' hoor ik de jongen lachend zeggen. Ik sluit de kast en draai me om, waarnaar we elkaar aankijken. Direct zie ik de herkenning in de ogen van Leon, waarop ik vriendelijk glimlach. 'Nee hoor,' probeer ik zo normaal mogelijk te zeggen, 'ik vind het juist leuk om mevrouw Haaster zo positief te horen praten.' Ze lijkt niet te merken dat dit een ietwat ongemakkelijke hereniging is. Ze komt direct los van haar stoel en pakt haar rollator vast om naar Leon toe te lopen. Leon, die zich met rode wangen losmaakt van mijn blik, doet een paar passen naar voren om zijn oma op te vangen. Hij lijkt ons vage afscheid van gisteren meteen te zijn vergeten wanneer hij zijn armen om haar heen slaat en haar terug in haar stoel helpt. Dan wendt ze zich tot mij. 'Hartelijk dank voor je hulp, Marissa.' Ik knik beleefd naar haar terwijl ik mijn weg naar de deur vind. 'Marissa..' mompelt Leon. Ik kan aan hem zien dat hij zich weer ongemakkelijk voelt. Ik voel precies hetzelfde, ook al kan ik niet precies uitleggen waardoor dat komt. Gelukkig kan ik mezelf excuseren doordat ik opgeroepen word door de pieper.

Op de gang houd ik even stand om mijn adem uit te blazen en mijn hoofd te schudden. Ondanks dat ons weerzien me even heeft doen wankelen, ontsnapt er een zachte giechel uit mijn mond. Ik had hem hier gewoon niet verwacht, maar ik had het kunnen zien aankomen. Zijn oma praat altijd vol lof over de droom van haar kleinzoon, die samen met zijn vrienden in een band zit, maar nu pas kan ik de puzzelstukjes in elkaar laten vallen. Ik probeer er niet meer aan te denken terwijl ik mijn werkzaamheden vervolg, maar wanneer Leon mevrouw Haaster in haar rolstoel naar de gezamenlijke woonkamer brengt voor de activiteiten, word ik opnieuw met dat nerveuze gevoel geconfronteerd.

'Marissa,' begint hij aarzelend, waarnaar we even aan de kant stappen, 'heb je misschien een paar minuten de tijd om even te praten? Ik.. wil eigenlijk nog iets tegen je zeggen.' Ik zou kunnen zeggen dat ik aan het werk ben en daarom niet kan praten, maar mijn collega kan op dit moment heus wel een groep van vijf ouderen die naar de televisie kijken aan. Toch vraag ik haar of het goed is, waarnaar ze betekenisvol naar me grijnst en knikt. Leon en ik verplaatsen onszelf naar het raam. Hij begint het gesprek door ongemakkelijk achter zijn oor te krabben en te zuchten. 'Ik wilde mijn excuses aanbieden voor gisteravond. Het was mijn bedoeling om een normaal gesprek met je te voeren, maar toen kwam Pim met zijn opmerkingen en ik..' Hij zucht nogmaals. 'Ik kon zien dat je het niet fijn vond en ik wil graag sorry zeggen voor hoe we ons gesprek gisteravond afgesloten hebben. Ik heb er nog veel aan gedacht en ik was bang dat ik niet de kans zou krijgen om je nog eens te zien om dat te zeggen, dus wilde ik het graag nu doen.'

'Bedankt, Leon,' antwoord ik met een glimlach. 'Je hebt gelijk, ik vond het nogal ongemakkelijk en ik wist niet hoe ik me moest gedragen. Daarom vertrok ik maar, ondanks dat ik het toch wel jammer vond, want ik vond het leuk om met je te praten.' Nu verschijnt er ook een glimlach op zijn gezicht. 'Dat vond ik ook.' We kijken elkaar aan, voordat mijn blik getrokken wordt door nog wat bewoners die de ruimte binnenkomen. 'Goed, ik zal je niet meer van je werk afhouden..' mompelt Leon. Ik kan aan hem zien dat hij twijfelt over wat hij moet zeggen, maar dan lijkt hij toch een keuze te hebben gemaakt. 'Ik wil het niet weer ongemakkelijk maken, maar ik weet dat ik het mezelf kwalijk zal nemen als ik het niet eens geprobeerd heb, dus.. Ik zou het leuk vinden om je nog eens te spreken en ik vroeg me af of jij daar misschien ook geïnteresseerd in zou zijn.'

Op dit moment kan ik goed voelen dat het niet écht ongemakkelijk is om hem in de buurt te hebben, maar dat het gevoel veroorzaakt wordt door de zenuwen die ik voel. Het is niet zo dat ik bij hem weg wil blijven, het is juist zo dat ik het leuk vind om hem om me heen te hebben. Ik wil niet de kans aan me voorbij laten gaan om hem beter te leren kennen. 'Ja,' zeg ik daarom ook, 'dat zou ik heel leuk vinden.'

~~~

'Het lijkt me echt geweldig om in zo'n busje rond te trekken en verschillende plekken te zien,' zeg ik bewonderend terwijl ik achterin plaatsneem. Leon, die de deuren open heeft gelaten en plaatsneemt naast mij, begint te lachen. 'Ga dan mee. Morgen vertrekken we.' Ik kijk hem grijnzend aan. 'Ho eens, ik ken je net een dag! Mijn moeder was al bang dat het een of andere ontvoerpoging van je was om me 's avonds mee te nemen met een busje om onder de sterrenhemel te kletsen.' Hij schiet weer in de lach, waarnaar hij serieus wordt. Toch kan ik de opgewektheid in zijn ogen nog steeds zien. 'Maak je maar geen zorgen,' zegt hij, 'ik ben niets raars van plan. Ik vind het gewoon leuk om je te leren kennen.'

'Dat vind ik ook,' vertel ik hem eerlijk. Ik heb niet veel ervaring met zomaar aangesproken worden en iemand op die manier beter te leren kennen, maar met hem voelt het gewoon goed. Ik voel weer beginnende zenuwen opkomen, maar ik probeer ze te onderdrukken. 'Je vertelde dat je graag verhalen schrijft,' gaat Leon dan verder, 'ben je op dit moment ergens mee bezig?' Ik schud mijn hoofd. 'Ik heb wel een aantal ideeën, maar nog niets concreets.' Hij veert op. 'Misschien kan ik je helpen. Je zou kunnen schrijven over een meisje dat naar een discotheek gaat en luistert naar een optreden, waarnaar ze aangesproken wordt door een ongemakkelijke, nerveuze jongen die na driekwart van het gesprek zijn naam pas zegt.' Ik begin te lachen. 'Zo ongemakkelijk of nerveus vind ik je eigenlijk niet overkomen.' Hij kijkt me onderzoekend aan. 'Echt niet? Dan weet ik het goed te verbergen.' Ik grijns naar hem. 'En hoe gaat het verhaal verder?' wil ik weten. Daar denkt hij nog even over na. 'De volgende dag komen ze elkaar toevallig tegen en spreken ze 's avonds af. De hele tijd probeert de jongen de moed bij elkaar te verzamelen om haar te vragen om contact te blijven houden, maar dat lukt hem niet echt.'

'Misschien zou het de jongen helpen als het meisje duidelijk probeert te maken dat het haar heel leuk lijkt,' vertel ik. 'Ja?' stelt hij enthousiast, waarop ik knik. 'Dat zou inderdaad helpen.' We kijken elkaar lachend aan, waarnaar ik eindelijk mijn mobiel tevoorschijn haal.

Ja, het was een goede keuze om naar dat optreden te gaan kijken.

Verhalen schrijfwedstrijdNơi câu chuyện tồn tại. Hãy khám phá bây giờ