22|

137 13 3
                                    




Patricia


Ik doe mijn jas aan en vertrek. Even weg. Weg van depressieve Dioni. Weg van bezorgde Jai. Weg van alles. Ik denk dat wat frisse lucht mij wel zal helpen.

Ik loop door de straten. Het is al 22u en ik ben alleen. En daar ben ik blij mee. Soms moet ik gewoon even alleen zijn. Dan kan ik rustig nadenken. Nadenken over alles, over mijn leven, over mezelf. Dat doet me goed. Ik word uit mijn gedachten gehaald door voetstappen. Ik kijk om me heen. Ik zie een man die een winkel op slot doet en naar zijn auto loopt. Ik zucht. Ik ben echt een bangerik. Vooral in het donker.

Ik loop weer door. Zou Jai het al doorhebben dat ik er niet ben? Ik denk het wel. Of misschien niet. Ze missen me gewoon niet. Het is toch raar? Ik probeer hun altijd te helpen, maar het is nooit goed. Ik heb ze zo erg geholpen. Ik ben meegegaan naar hun ouders. Ik heb ze een dak boven hun hoofd gegeven. Ik bewaar hun grootste geheim met me. Ik word weer uit mijn gedachten gehaald. Ik hoor voetstappen. Steeds dichterbij. Ik draai me om en zie..niks. Alleen een knipperende lantaarnpaal. Ik begin te trillen en te zweten als weet ik veel wat. Ik loop steeds sneller en het is alsof de voetstappen ook steeds sneller gaan. Misschien zit het wel allemaal in mijn hoofd. Ik probeer het te negeren maar het lukt niet. Ik begin te rennen en de voetstappen komen weer dichterbij. Ik kijk ,rennend , om me heen maar zie nog steeds niemand. Ik stop met rennen en hoor geen voetstappen meer. Ik zucht opgelucht. Dit was zo verschrikkelijk eng. Ik ga weer lopen en hoor weer voetstappen. Ik stop met lopen en hoor niks meer. Ik word weer bang en maak geen beweging. Tot ik twee armen om mijn lichaam voel.

Ik word wakker in een donkere kamer. Het valt eigenlijk wel mee hoe donker het is want ik kan nog wel alles goed zien. Ik voel me echt heel duizelig en misselijk. En waar ben ik en wat is er gebeurd? Ik bekijk de kamer goed. Het ziet er netjes uit en ik heb dit wel eens ooit eerder gezien. Dat weet ik zeker. Ik ga rechtop zitten en zie dat ik op een bed lag. Een bed die ik ook ergens van ken. Geen idee waarvan. Ik ben zo duizelig. Ik kan niet eens goed nadenken. Ik schrik van de deur die snel opengaat. Hij komt binnen. Als hij ziet dat ik al wakker ben glimlacht hij. Een glimlach die ik ook al te goed ken. 'Jij?'

The man in the black ft. Dioni Jurado-GomezWhere stories live. Discover now