Alle vijf zijn we gelukkig.

511 22 13
                                    

Milo's POV:

"Blieb, blieb, blieb." 

Langzaam word ik wakker, en ik kijk naar waar het geluidje vandaan komt. Het is een kastje, dat aangeeft dat mijn hartslag stabiel is. Ja, nu wel. Twee uur geleden was dat wel anders. Twee uur geleden dachten meerdere dokters dat het klaar was. Klaar met mij, klaar met mij en mijn leventje. En toch lig ik hier, en heb ik geen idee of ik daar blij om moet zijn. Voorzichtig laat ik me terug op bed zakken. Godverdomme dat doet pijn. Alles doet pijn. Ook doordat ik twaalf uur in een bos heb gelegen, en omdat mijn been gebroken is. Ook is geconstateerd dat ik een hersenschudding heb. 

Ik zucht diep uit en ga met mijn handen door mijn haren. Er blijven wat ontsnapte traantjes aan hangen. Waarom ben ik ook alleen? Ik wil niet alleen zijn. Alsjeblieft, iemand, kom.

Alleen kan ik het niet. Alleen gaat het niet. Nu niet, morgen niet, over vijf jaar niet. Als ik het echt alleen moet doen, kan ik het net zo goed nu al opgeven. Precies op dat moment, op het moment dat de tranen komen, het moment dat ik weer breek, gaat de deur open. Ik veer omhoog, wat een pijnlijke steek oplevert, dus ik laat me kreunend, huilend weer in mijn kussen vallen. Tot mijn teleurstelling is het een arts. En niet Char, Koen of Roel. Gewoon, een doodnormale arts. 

'Meneer ter Reegen. Hoe gaat het?' Ik zucht. 'Ja prima, maar weet u waar mijn vrienden en vriendin zijn?' Vraag ik met tranen in mijn ogen. 'Nee dat weet ik niet, ik ga even uw bloed prikken.' Ik voel mijn handen trillen, en mijn hartslag omhoog gaan. 

Niet bloedprikken. Niet bloedprikken zonder dat ik een hand kan vasthouden. Een hand van iemand die ik vertrouw. Waar zijn ze verdomme? Hebben ze me echt in de steek gelaten? Hebben ze me echt alleen achtergelaten? 

'MENEER!' 

Ik zucht diep, en schud de gedachtes van me af. Nu even bloedprikken, en klaar. Dat kan zelfs ik wel, toch? 

Langzaam voel ik de naald in mijn arm glijden. Het is niet bepaald fijn ofzo, maar minder erg dan ik dacht. Opnieuw laat ik een zucht klinken. Godverdomme man. Ik wil niet. Ik wil dit niet. Precies op het moment dat de tranen achter mijn ogen het niet lang meer volhouden, stormen Koen, Roel en Char binnen. Dat was de druppel. Letterlijk. Als de naald uit mijn arm gaat laat ik me in hun armen vallen, en rollen bij hun ook de tranen. 

'W-waren jullie me v-vergeten?' Vraag ik snikkend. 'Nee Miel. We waren je niet vergeten, we waren dit halen.' Vanachter zijn rug haalt Koen een gigantische prinsessen ballon, en ik grinnik door mijn tranen heen. De dokter loopt de kamer uit, en ik sta op. Meteen trekt Roel me in een knuffel. 'Het komt goed maatje. Alles komt goed.' Opnieuw gaat er een kraantje open in mijn ogen, en Koen voegt zich bij de knuffel.

Het voelt goed. Vertrouwd. Er missen er twee, maar toch vertrouwd. Ik zucht rillerig, en leg mijn hoofd op Roels schouder. Koen leunt tegen me aan. Zo blijven we staan. Een minuut? Vijf minuten? Tien minuten? Piet zal het weten. Het voelt goed, dat is wat telt. 

"Wij zijn gelukkig, hierbeneden. En zij zijn gelukkig, daarboven."

Robbie's POV:

Zuchtend laat ik me in het gras vallen, naast Matthy. Ik leun op mijn ellenboog, en laat mijn hoofd op zijn borst vallen. Langzaam draai ik mijn hoofd. Huilt Matt nou? Ja, ik had gelijk. Er rolt een verwaarloosde traan over de wang van mijn vriend. 'Mattje! Wat is er?' Met mijn duimen veeg ik zijn tranen weg. 

'H-het is zo mooi hier, en jij bent het allemaal waard, maar we zijn ze kwijt. Voorgoed.' Snikt hij. Ik tril even kort door zijn woorden. 'Ik weet het Mattje. Het is moeilijk, en kut. Maar we kunnen er niks meer aan veranderen. En weet je, het komt goed. Het komt altijd, allemaal goed.' 

Met die gedachte kruip ik weer tegen hem aan, want dat maakt mij gelukkig. Matthy maakt mij gelukkig, de gelukkigste man die er bestaat. Voor onze neus gaat heel langzaam de zon onder, en we bekijken het aandachtig. Na een tijdje kom ik iets overeind, en druk een kus op Matts lippen. 

'Ik hou van jou, Mattje.'

'Ik hou ook van jou, Robje.' 

"Wij zijn gelukkig, hierboven. En zij zijn gelukkig, daarbeneden."


Jjajajajajaja dit was het dan mensen. Dit was het laatste hoofdstukkie. Laat ajb ff weten wat je ervan vond! Ik vond het heel leuk om te schrijven, en ik hoop jullie om te lezen. Ik ben alweer bezig met een tweede trouwens, lees ook maar ff :) Huil niet te lang om dit boek, dat wil ik niet hihi.

Byeeee!

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Apr 21, 2023 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Ik verdrink in mezelfWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu