29

514 27 2
                                    

Met bonkende hoofdpijn word ik wakker op een zacht bed. Langzaam sta ik op en loop naar de deur. Als ik voel dat het op slot zit barst ik in tranen uit. 'Niet weer', mompel ik de hele tijd. Ik laat me tegen de deur aanvallen en rol me op als een balletje.

Een paar uur later knalt de deur open. Dan merk ik op dat het niet heel handig was tegen de deur aan te liggen. Grote kans dat al mijn ribben nu gekneusd zijn. Langzaam kijk ik omhoog, om vervolgens geen gezicht te zien. De breedgebouwde persoon heeft zwarte kleren aan, en een bivakmuts op. 'Ah, meid hier ben je weer...', zegt een bekende stem die ik vaak genoeg heb gehoord, maar niet meer wil horen. Het is de man in de zwarte kleren.

'Justin!', schreeuw ik hard. 'Waar is Justin!', roep ik hard. 'Schatje, hij is hier', zegt een stem achter hem.

Als ik achter de man met zwarte kleren kijk zie ik David met Justin vastgebonden op een stoel. Hij heeft een blauw oog en zijn lip ligt open. 'Maartje...', mompeld hij. 'Sorry', zegt hij er zacht achteraan. Ik kijk hem diep in zijn ogen aan.

Zonder dat je het aanziet komen schop ik de man met zwarte kleren in zijn edele delen. Hij valt op de grond en ik ren naar Justin toe. 'Schatje, doe maar niet. Er komen problemen van.', zegt David. Langzaam loop ik verder. Als ik voor hem zit geef ik hem snel een kusje op zijn lippen maar deins al snel terug als ik zie dat David een pistool tevoorschijn haalt.

OntvoerdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu