zessentwintig

54 4 1
                                    

Ik hoorde Calli niet meer. Alles vervaagde. Ik hoorde een geluid en vermoedde dat het stemmen waren maar ik kon ze niet goed horen, alsof ze door een stuk stof praatten. Ik probeerde me te concentreren. Ik hoorde flarden van een zin. "Weg" ."Ga weg!". "Nee VA..". Plots hoorde ik een scherpe gil en ik was terug. 

Ik lag op mijn rug op Calli's bed. Calli keek met open mond naar mij. Verward zette ik me recht. Wat was dat? "Wat gebeurde er?" vroeg ik aan Calli. "Je ogen, ze werden helemaal zwart! En leek het alsof je flauwviel! En toen lag je daar en het leek alsof je sliep totdat je zo gilde! Ik schrok me rot", zei ze. Ik wreef in mijn ogen. "Heb je misschien je gave gevonden?" vroeg Calli nieuwsgierig. Ik schudde mijn hoofd. "Ik heb geen idee wat dat was. Ik hoorde stemmen en dan een gil en toen was ik weer terug", zei ik. Calli keek me bezorgd aan. "Ik denk dat we dit moeten melden. "Nee! Ik heb geen idee wat dit was, maar ik denk niet dat de magister magussen het zouden begrijpen..." , zei ik snel. Calli keek nog even bezorgd maar stapte dan van het bed. "Ik ga eens naar buiten", zei ze. Ik sprong ook van het bed en ging haar achterna. "Ik ga mee". We liepen naar buiten. Er waren ondertussen nog al een paar mensen toegekomen. Sofia, Afrodite, Aeris, Nero en Ajax. Waar was Arden? Plots hoorde ik een BENG. Ik keek op. Het was Arden! Ik liep naar hem toe en knuffelde hem. "Ik wou direct achter jou ma...", "Maar Apulia wou eerst alle meisjes ik weet het", kapte ik zijn zin af. "Hoe wee..". "Calli", zei ik en ik gaf hem een kusje. Hij kreeg een sleutel. "Ik ga even mijn rugzak weg zetten, ok?" zei hij. Ik knikte. Ik ging samen met Calli aan de rand van de platte rots zitten. Calli rilde. Ze hief haar handen boven een takje en die schoot in brand. Ik zucht ik had het gevoel dat ik de enige was die mijn gave nog niet gevonden had. 

BENG . Ik keek om en zag dat Titus was toegekomen. Calli rende direct in de armen van Titus. Ik keek naar het meer. Het lag er stil bij. Ik hoorde niet dat er iemand naast mij kwam zitten. Tot mijn verbazing was het niet Arden, Calli of Titus. Het was Myalo. "O, hey Myalo", zei ik toen ik hem opmerkte. Hij zag er niet blij uit. Eerder vermoeid en depri. "Scheelt er iets?" vroeg ik dus maar. "Laat ik het zo zeggen: het is niet altijd even leuk om mensen hun gedachten te lezen" , zei hij een beetje bedrukt. "Wat kom je eu hier bij mij doen?" vroeg ik. Hij keek even rond en gaf mij dan een bruingeel papiertje. "Hier, lees het verbrand het dan en zeg het door aan Calli, Arden en Titus", zei hij mysterieus en hij liep weg. Verbaasd keek ik naar het papiertje. Ik opende het voorzichtig en las het.

Het wordt tijd dat we eens eens echt team vormen. We komen vanavond samen in mijn kamer. (nummer 15 bij de jongens). 
Myalo

Yeah teamwork! :)
Love
Londen

Kamp MenuraWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu