tweeëntwintig

37 4 2
                                    

Het begon te schemeren en we stonden beiden recht om naar onze tent te gaan. Ik glimlachde nog eens naar Arden en liep toen naar mijn tent. Ik ging naar binnen en zag Calli er al zitten. "Jullie zijn echt voor elkaar gemaakt", zegt ze. Ik knik en zucht. "Ik weet niet hoe ik nu ja.. Hoe zeg je dat tegen hem?", vroeg ik. "Laat het hem zeggen",zei ze. Ik keek haar aan. "We weten nog niet of hij ook verliefd op mij is", zei ik en ik zette me neer op m'n veldbed. Calli lachte. "Komaan zelfs het kleinste kind ziet dat hij smooorverliefd op jou is", zei ze. Ik was nog steeds niet zeker maar ik zweeg erover.

We gingen naar buiten en we zagen dat de rest al in een kring rond de vuurkorf zitten. Voorzichtig zetten ik en Calli ons naast Arden en Titus. Ik begon te eten en lette niet op de spanning in die duidelijk in de lucht ging. Toen ik en de rest klaar waren keek ik eens naar de magister magus die nu bij ons at. Tot mijn verbazing zag ik er niet 1 maar 4. Alle magister magussen waren er. Ik keek eens naar Calli en die zat net als ik met open mond naar de magister magussen te staren.

Zoals altijd nam Gi het woord: Misschien hebben jullie al gemerkt dat we hier met vier zijn. En dat is niet zomaar... " hij keek even nerveus naar de neus van zijn schoenen. "We zijn hier niet langer meer veilig", er klonk meteen geroezemoes en iedereen praatte door elkaar. Enkel ik, Arden, Titus en Calli keken zwijgend naar elkaar. We wisten precies waarover hij het had. "En daarom hebben we belsoten om.. verder weg te trekken... Ik wil dat iedereen zijn gerief gaat inpakken straks. En morgenochtend om negen uur moet iedereen klaar staan", het bleef stil en een paar mensen knikten. Iedereen ging naar hun tent om te gaan inpakken.

Ook Titus, Calli en Arden gingen naar hun eigen tent. Ik kroop onder het zeil door en begon in te pakken. Ik was bijna klaar toen ik een kistje in de hoek van de tent zag liggen. Ik glimlachte. Ik haalde er de camera uit en teste of hij het nog deed. Hij werkte nog. Ik ging naar buiten en trok een paar foto's van het landschap. Titus en Calli kwamen naar mijn tent toen ook zij klaar waren met inpakken. We trokken een paar gekke foto's en toen kwam Arden eraan. Hij leek erg nerveus. Hij trok aan mijn arm. "Mira kan ik je even spreken? Onder eum vier ogen", zei hij en hij keek veelbetekend naar Calli. "Tuurlijk", zei ik. Ik was ook nerveus. Wat in hemelsnaam zou hij willen zeggen?


Wat zou Arden nu toch moeten zeggen? :) ;)
Love
Londen

Kamp MenuraWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu