16. Een wereld vol losers

5.7K 360 67
                                    

Pas op het moment dat ik mijn straat in rijd, besef ik dat ik zo niet naar binnen kan gaan. Dan heeft mijn moeder gelijk door dat mijn date niet zo soepeltjes verlopen is. Hoewel ze het natuurlijk goed bedoelt, zit ik niet op haar medelijden te wachten.

Op de oprit blijf ik staan om een beetje tot rust te komen. Langzaam gaat mijn ademhaling weer over op een normaal ritme. Oké, goed. Ik moet nu gewoon naar binnen lopen, glimlachend zeggen dat ik een leuke avond heb gehad en dan meteen doorlopen naar boven. Dat moet wel te doen zijn.

Ik leg net mijn hand op de klink van de poort als ik achter me het geluid van piepende remmen hoor.

"Fauve!" Max gooit zijn fiets op de grond en komt op me af. "Wacht. Waarom ging je er vandoor?"

"Omdat ik er iedere keer weer in slaag mezelf onsterfelijk belachelijk te maken, nou goed? Kijk, nu doe ik het alweer. Ga maar lekker naar je vriendjes toe om samen over mij te lachen." Ik wil me weer omdraaien, maar realiseer me dan iets. "Hoe weet je eigenlijk waar ik woon?"

"Van Eloy."

Natuurlijk. Die kloothommel verpest zelfs mijn leven als hij niet eens in de buurt is. Hoe krijgt hij het toch voor elkaar?

Max pakt mijn hand van de klink af. "Ik vind jou helemaal niet belachelijk. Om eerlijk te zijn vind ik het wel leuk dat je zo jezelf bent."

Ik neem aan dat dat als een compliment is bedoeld? "Dank je, denk ik."

"En mocht je je daar zorgen over maken: ik heb er echt geen problemen mee dat je nog nooit een date hebt gehad. Eens moet de eerste keer zijn, toch? Het zou pas een ernstige zaak worden als je op je tachtigste nog geen date had gehad." De blik waarmee hij me aankijkt is misschien nog wel het best te omschrijven als verlegen. Wat, hij? Zijn vingers gaan langzaam over de mijne. "Ik vond het leuk vanavond en ik hoop dat we binnenkort nog iets kunnen afspreken. En als het even kan zou het leuk zijn als je dan niet plotseling wegrent."

"Dat moet te doen zijn," knik ik, hoewel ik daar zelf nog niet zo van overtuigd ben. "Nou, dan ga ik maar eens. Tot maandag."

"Ja, tot maandag." Glimlachend kijkt hij me na terwijl ik door de poort verdwijn.

"En?" Ik hoor mijn moeder eerder dan dat ik haar zie. Ze zal ons toch niet hebben afgeluisterd, hè? Maar dan zie ik dat ze op het terras zit met de televisie aan. In dat geval zal ze vast niks gehoord hebben.

"Het was leuk, maar ik ben moe dus ik ga naar bed." Tevreden loop ik naar boven. Dat ging best goed. En even voor de duidelijkheid: dan heb ik het over het gesprek met Max.

 -

Op zaterdagmiddag hang ik een beetje rond in de tuin met wat huiswerk als ineens de poort open gaat. Eloy komt de tuin binnen.

"Hallo. Is je moeder ook thuis?"

"Binnen." Ik richt me weer op de Franse woordenlijst die ik maandag in mijn hoofd moet hebben zitten. Na al zoveel jaar hier over de vloer te komen, kent Eloy de weg zelf ook wel. Bovendien kan het me niks schelen of ik me onbeleefd gedraag tegenover hem. Het is niet bepaald zo dat hij altijd netjes is tegen mij.

Terwijl mijn niet zo beste vriend naar binnen loopt, stamp ik wat woorden over milieuvervuiling in mijn hoofd. Frans is me altijd al makkelijk af gegaan, dus het kost me niet veel moeite om te leren. Ik vind het een mooie taal. Op school zijn een heleboel mensen die daar anders over denken, waar ik me wel eens aan erger. Als het aan mij ligt wordt Engels compleet vervangen door Frans.

Mijn concentratie wordt verstoord door voetstappen die naar buiten komen. Dit keer heeft Eloy een plastic tas in zijn handen en komt mijn moeder achter hem aan.

Liefde in de tentWhere stories live. Discover now