H8. De taal

1K 41 4
                                    

verleden

Gek. Ik had altijd een redelijk vlotte babbel, was niet bang om mijn mond open te doen wanneer dat nodig was en bemiddelde bijna dagelijks met mensen die ik niet kende. Ik was zeker in de taal en wist hoe ik het moest gebruiken. Bijvoorbeeld bij mijn werk. Ik gebruikte de taal om mensen moed in te spreken in benauwde situaties. Ik wist hoe ik vervelend nieuws moest overbrengen om de nabestaanden in te lichten. En ik gebruikte de taal bij het aanhouden van een verdachte, om ze dan vervolgens met woorden onder druk te zetten in een verhoor.

Buiten dat. Buiten mijn werktijd gebruikte ik de taal voornamelijk om te communiceren met Eva. Ik zag haar dagelijks, we leefden samen en we keken naar elkaar om. 's Avonds brachten we de avond vaak door in de keuken van de Ponti. Dan zaten we aan de keukentafel, zij met een glas chocomel, ik met whisky, en bespraken lopende zaken of media in het nieuw.

Het nieuws. Weer iets waar taal een belangrijke rol speelt. Voor alles gebruik je taal. Iets waar ik nooit echt bij stilgestaan heb

Totdat ik ging verhuizen. Ik sprak geen woord Italiaans toen ik hier kwam. Laat staan dat ik het kon verstaan. Het beperkte me. Ik wist niet waar ze het overhadden. Wat er speelde en of aan de hand was. Langzamerhand begon ik het te leren. Maakte kennis met nieuwe woorden en ging dingen onthouden. Ik kreeg intensief les. Geregeld door mijn werkgever. 2 uur per dag, 6 dagen per week. Daar bovenop luisterde ik er dagelijks naar en spoorde Sophia me aan om het te gebruiken. Na 3 maanden in Italië gewoond te hebben, sprak ik het al aardig. Ik kon mijn naam zeggen. Zeggen waar ik woon, wat ik doen en waar ik vandaan kom. Ook kon ik zeggen wat ik leuk vind en wat niet, en vertellen over de kleuren, dagen en maanden. Het waren de standaard zinnetjes. Het begin van het leren van een nieuwe taal. Weer onderaan, wat me dan ook frustreerde.

Maar ik wilde het leren. Nee, ik moest en zou het leren. Ik kon het niet uitstaan dat ik niet wist wat ze zeiden en wilde dingen gewoon kunnen verstaan. Voor een taal te leren moet je het gebruiken en bij het gebruiken komt ook nog het durven. Zoals ik al eerder zei, ik had een redelijk vlotte babbel. Met de nadruk op had.

Zo had ik het plannetje bedacht om boodschappen te doen, en een gesprek aan te gaan in de supermarkt. Ik had een Supermarkt uitgekozen. Eentje waar ik nooit kwam en aan de andere kant van de stad. Het gaf me een kleine zekerheid. De kans dat ik die persoon nog eens tegen zou komen was klein en dat stelde me gerust.

Zo liep ik op een dood gewone donderdag middag de supermarkt binnen. Het was rustig, tot mijn opluchting. Dat betekende geen gehaaste mensen en of lange rijen. Met het boodschappen lijstje stevig in mijn hand geklemd, zocht ik de spullen bij elkaar. Nadat ik alles op de kruiden na gevonden had, stapte ik zelfverzekerd op een wat oudere vrouw af. 'Buon pomeriggio' Goede middag. De vrouw draaide zich geschrokken om en keek me met samen geknepen ogen aan. 'Mi puoi dire dove spiccano le spezie? Kunt u mij vertellen waar ik de kruiden kan vinden.' Las ik in mijn beste Italiaans op van het blaadje. Ik had van te voren al de vertalingen opgezocht en eventjes geoefend voor de spiegel. Ondanks dat, werd ik niet begrijpend aan gekeken. 'Cosa hai detto?'Sorry wat zei je? rolde er in het Italiaans naar buiten. Ik trok een beschaamd glimlachje en wankelde zenuwachtig heen en weer. Ik had het niet verstaan. Het ging veel te snel om het te volgen en had geen idee wat ze net zei. De juiste woorden de juiste vertaling. Wat moet ik nu zeggen. Hoe vraag ik of ze haar vraag wil herhalen. Hoe geef ik hier antwoord op en wat zei ze überhaupt? De vrouw keek me nog steeds met samengeknepen ogen aan. Wachtend tot ik iets zou zeggen.

'Uhm...goede middag, kunt u mij vertellen waar ik de kruiden kan vinden.' herhaalde ik uiteindelijk maar in het Engels. Mijn hoofd was te vol nu. Te veel talen en te veel stress. De gezichtsuitdrukking van de vrouw veranderde en keek me nog verbaasder aan dan net. Alsof ze water zag branden. 'Ik kan geen Engels.' mompelde de vrouw in het half Engels met daarover heen een vet Italiaans accent. Ik glimlachte vriendelijk en kon wel door de grond zakken van schaamte. Het liefst liet ik mijn karretje hier achter en was naar buiten gerend, maar ik gaf niet zo snel op. Ik moest en zou die verdomde kruiden vinden. Ik viste het blaadje uit mijn zak en liet het de vrouw lezen. 'oh erbe che cercavi.' Oh je bedoelt de kruiden. Zei ze en weer lachte ik verlegen en knikte ja dat ik haar begreep. Dat terwijl ik in werkelijkheid mijn god geen idee had van wat ze net zei. Plots pakte ze mijn arm beet en trok me mee.

Na en rondje in de supermarkt gelopen te hebben kwamen we aan bij een groot schap met kruiden. 'Grazie.' bedankte ik de vrouw. Deze keer wel zeker over mijn vertaling en dat ze het zou begrijpen. Ze glimlachte en beende stevig voor me uit waarna ze afsloeg en uit het zicht verdween. Nogal verward maar blij dat ik de kruiden gevonden had bleef ik achter. Ik schoof mijn handen in mijn haar. Ik voelde mijn gezicht brandde van schaamte. Ik was hier nog niet aan toe. Het zou nog wel even duren voordat ik hier aan toe was. Ik pakte het juiste potje uit het schap en liep naar de kassa om af te rekenen. Ik wilde hier weg en het liefst zo snel mogelijk.


Over de grens   Onde as histórias ganham vida. Descobre agora