1. Kiara Redstone

205 8 0
                                    

"Kiara! Ik heb je overal gezocht!" mijn kleine broertje Kearnaigh komt op me af gerend en slaat zijn armen om mijn middel heen.
"Kear wat is er aan de hand?" ik aai het jongetje nietszeggend over zijn bol.
"Papa schold mama uit en nu vecht hij met Zace." ik rol met mijn ogen. Het zou eens niet zo zijn.
Om een beetje opheldering te geven; Mijn moeder Luca komt zo'n beetje elke avond dronken thuis. Ze is verslaafd, en erg ook. Maar vanwegen de reputatie die mijn familie heeft gaan we niet naar openbaren ziekenhuizen, politie, of afkickklinieken. Echtwaar, dit verhaal zal alleen maar duidelijker worden, dat beloof ik. Mama is door onze eigen dokter gediagnosticeerd met Korsakov, en we hebben er steeds meer last van. Vergeetachtigheid, veranderd gedrag en vooral: Teruggrijpen naar het enige wat haar rust kan bieden, alcohol.

Terug naar het heden.
"Ik ga wel even bij ze kijken." zeg ik, en vervolgens loop ik de trap op naar boven, waar ik duidelijk gescheld hoor.
"Jij verpest het voor mama! En daarmee ook voor mij! Je gaat haar niet in die kliniek weg laten rotten." ik hoor mijn broer Zace schreeuwen. Met een diepe zucht gooi ik de kamerdeur open waarachter het geluid vandaan kwam.
"Wat is er nu weer aan de hand stelletje kleuters." mopper ik, maar stop abrupt met praten wanneer ik zie dat Zace zijn pistool op vader gericht heeft. In een impuls trek ik ook mijn pistool onder mijn shirt vandaan.
"Zace. Als je dat ding nu niet heel snel neerlegt plant ik een kogel in je hersenen om je bij zinnen te helpen." ik zie Zace woest reageren op mijn woorden, want hij richt zich nu tot mij.
"Het heeft jullie nooit uitgemaakt hoe het met mama gaat. Jullie zullen je moeten schamen voor jezelf. Jullie haten mama. Zij is de enige die om mij geeft." wanneer Zace zijn woorden naar vader toe gooit, richt ik en schiet ik. De kogel raast op hoge snelheid langs Zace's gezicht, de muur in.
Zace zijn gezicht vertrekt.
"Je weet dat ik nooit op familie zou schieten, in tegenstelling tot jou Kiara." met die woorden stapt Zace langs me heen, en verdwijnt de kamer uit.

"Kiara verdomme! Hoe vaak heb ik je al gezegd niet op je broer te schieten." vader staat dreigend voor me, maar ik vertrek geen spier. Diep in me moet ik lachen door die opmerking. Ik bedoel maar, welke adolescent heeft ooit die opmerking gekregen? Niemand.

"Ik richtte niet op hem maar naast hem. Hij moet leren dat we niet een doorsnee familie zijn." ik rol met mijn ogen, ik weet dat dat hem nog kwader maakt. Buiten het feit dat mijn vader nog altijd 2 koppen groter is, zijn spieren door de jaren heen heel veel harde trainingen doorstaan hebben, en zijn grauw groene ogen een koude blik bevatten, ben ik nooit bang voor hem geweest. Hij is mijn rots, mijn trots, en we zouden allebei onze levens voor elkaar geven. We zouden door het vuur gaan om elkaar te redden, want we zijn partners. Sinds ik 2 jaar geleden 18 ben geworden, ga ik bijna altijd met hem en Zace mee als er een deal is. Niks lijkt vader van zijn stuk te kunnen brengen, al heeft hij wel een zwakke plek. Dat zijn mijn moeder en ik. Zij is zijn alles, en de reden dat hij is geworden wie hij vandaag de dag is. Haar zo zien en ruzie met haar maken breekt hem, elke keer weer. Ook al is hij sinds kort overtuigt geraakt dat een afkickkliniek of een woonhuis beter voor haar zal zijn. Dat het risicovol is voor de gang weten we, maar we weten ook dat mama nog maar weinig weet over de gang, en dat wat ze verteld heel ongeloofwaardig overkomt. Niemand zal haar geloven en dat maakt het veiliger voor ons.

"Klaar Kiara, naar je kamer."

Gefrustreerd loop ik naar mijn kamer en laat me op mijn bed neerzakken. Ik staar naar de klamboe die boven mijn bed hangt.

Wat een leven.
Zace is mijn oudere broer, en ook al schelen we maar 4 jaar, ik ben altijd het meest volwassen geweest. Terwijl hij op zijn 18e druk bezig was met uitgaan, las ik me op mijn 14e al in over het hanteren van pistolen en andere wapens. Alles in mijn leven draait maar om 1 doel; en dat is om op een dag, mijn vaders plek over te nemen als leider van de Redstone gang.
Desondanks, verkiest mijn vader nog altijd mijn onervaren grote broer als nieuwe opvolger, zelfs nu dat hij al een paar keer risicovolle stappen heeft geprobeerd te nemen. 
Gelukkig weten mijn vader en ik Zace goed onder controle te houden.

Ik draai me op mijn zij, en sla mijn arm om Kearnaigh en een klein meisje heen die naast me in bed liggen. Het meisje slaapt vredig, en moet vast mijn bed in gekropen zijn toen ze de ruzie uit hoorde barsten. Kearn ligt naast haar, zijn lichtblauwe ogen staren mij stil aan. "Gaat het goed met papa en mama en Zace?" zegt hij zacht. Ik knik naar hem.
"Ga nu maar lekker slapen jij, het komt goed." ik kus hem op zijn voorhoofd en hij gaat weer liggen, waarna hij zijn ogen sluit.
Ik strijk de lange zwarte lokken uit het gezicht van het meisje dat al in diepe slaap is.
Dit is mijn jongere zusje Aislin, en het tweelingzusje van Kearnaigh. Aislin en ik zijn altijd een duo geweest. We lijken op elkaar, alleen heeft Aislin mama's groene ogen.

De tijd is bijna aangebroken om de tweeling te vertellen over het maffia leven. Ze moeten vroeg geïnformeerd worden, zodat ze zich niet gaan verspreken op school. Het is een moeilijke tijd voor onbegrip en verachting, maar ze hebben elkaar.

En dat zal mijn taak zijn. 

Aan mij de taak om de manier waarop Aislin tegen me opkijkt. Te verpesten.

Maar ik moet het doen, al is het alleen om me te bewijzen tegenover mijn vader.

The Redstone's ~ Part of the GangWhere stories live. Discover now