Hoofdstuk 20

730 30 2
                                    

(Verbeterd)

{Eva}

Slaperig word ik wakker. Ik rek me uit en vanuit mijn ooghoek zie ik op de wekker 8.10 staan. Wacht dat kan niet? Verbeeldde ik het me soms? Mijn ogen richten zich snel op de wekker en ja hoor, ik zie daar echt 8.10 staan. Fáck ons vliegtuig gaat over twee en een half uur. Ik schud gestrest Levi wakker.

'Levi, wakker worden! We hebben ons verslapen. Over een half uur moeten we weg,' fluister ik. Alhoewel het is eerder tegen het schreeuwen aan inplaats van fluisteren.

Hij schrikt wakker. 'Jezus Eef, ik schrik me rot. Wat is er?'

'We hebben ons verslapen, we moeten over een half uur op de Airport Spain zijn.'

'Schát, rustig. We halen het toch niet meer, dus we kunnen beter even regelen dat we een dagje hier langer blijven, in de hoop dat we morgen mee kunnen vliegen.'

Ik schud gehaast mijn hoofd. 'We kunnen het op z'n minst nog proberen!' breng ik ertegenin.

Levi schudt zijn hoofd. Zijn blonde haren zitten door de war. Ik geef uiteindelijk gehoor aan zijn mening. Na al zijn suggesties aangehoord te hebben weet ik dat hij gelijk heeft. 'Oké dan, we gaan vandaag wel regelen dat we in de hoop morgen kunnen vliegen.'

Hij wrijft met zijn hand over mijn rug. 'Het komt goed Eef', zegt hij geruststellend.

'Nou ik hoop het met heel mijn hart', antwoord ik nuchter. Hij knikt aardig zelfverzekerd van de zaak.

'Maar het had toch geen zin en volgens mij weet jij dat ook', zegt Levi.

'Ja ja dat weet ik, maar ik dacht het is het proberen waard.' Ik zeg het net hard genoeg dat Levi het kan horen.

Hij knikt begrijpend. 'Ja dat snap ik. Alleen we weten bijna honderd procent zeker dat we het niet meer zouden halen. We gingen ook veel te laat naar bed. Ik denk dat we daarom onze wekker niet gehoord hebben.'

'Ja ik snap wat je bedoelt.' Ik ga vermoeid op ons bed liggen.

Hij komt naast me liggen. Ik draai me om en laat mijn hoofd op zijn blote borstkast rusten. Zijn geur dringt mijn neus binnen. Wat ruikt hij toch heerlijk.

Zo liggen we een tijd. Gewoon na te denken. Ieder in eigen gedachtes. Soms zijn stiltes beter dan wat dan ook.

Ik haal mijn hoofd van zijn borst en druk een kus op zijn borst. 'Kom. We moeten nodig ontbijten en ik heb zin in een frisse douche', meld ik hem.

'Als je dat doet, dan wil ik het liefst de hele dag in ons bed liggen, dan ga ik vragen of we nog drie weken verlening mogen.'

Ik grinnik.

Hij tilt me op en zwiert me door de kamer. Ik lach. Hij zet me neer. Ik loop naar de badkamer. We gaan samen douchen. Als ik mijn ondergoed aan heb, loop ik naar mijn koffer en kies voor het laatste schone setje kleding.

Ik klap mijn koffer dicht en zoek Levi. Ik vind hem in de badkamer. Hij doet zijn haar in model. Ik laat een zacht kuchje horen als teken dat ik hier sta. Hij draait zich om en een glimlach siert rondom zijn schattige lippen.

'Hee Eef, voel je je al beter, nadat we onze vlucht hebben gemist', zegt hij plagend.

Ik wierp hem een dodelijke blik toe. 'Niet zo arrogant meneer!'

The story about us #herschrevenWhere stories live. Discover now