Hoofdstuk 2

29 4 0
                                    

"Wicked is goed." Buizen, naalden, starende hoofden. "Wicked is goed, onthoud dat, wicked is goed." Ik ga verdrinken in paniek sla ik tegen de buis aan waar ik in zit. Ik ga verdrinken! Ik wil niet verdrinken! "Wicked is goed." Mijn laatste lucht is op en ik gil. "Wicked is goed, onthoud dat, wicked is goed." In een flits ben ik uit de buis en lig ik op een bed. Buizen, naalden, starende hoofden. "Alles gaat veranderen. Maar onthoud, wicked is goed." "Wakker worden! Hoor je mij wakker worden!"

?.

Ik open mijn ogen en Newt hangt boven mijn hoofd. Ik voel me helemaal warm en nat. Ik heb heel erg lopen zweten volgens mij. "Ik hoorde je gillen en ik ben meteen naar je toe gegaan. Is alles oké?" Mijn ogen worden waterig en ik probeer te bedenken waar mijn droom, of was het een nachtmerrie, over ging. Hoe meer ik eraan denk, hoe meer ik ervan vergeet. Ondertussen lopen er tranen langs mijn gezicht. Newt steekt zijn hand uit en trekt me omhoog. Twijfelachtig legt hij zijn armen om me heen. Hoe ongemakkelijk het ook is, ik voel me gelijk een stuk beter. "Hier fris je even op en dan gaan we zo eten. Hij wijst naar een emmer die bij de deur staat.

Ik knik en Newt loopt weg. Ik loop met de emmer water naar buiten, want ik zou niet willen dat ik hem omstoot op de vloer. Ik pak een beetje water in mijn handen en snel gooi ik het op mijn gezicht voordat het uit mijn handen stroomt. Het water is koud. Ik doe mijn lange bruine haren in een staart en ik loop naar de plek waar Newt ook heen liep.

Newt komt op me aflopen. "Let op." Hij wijst naar de opening. Geen seconde later schuiven de muren tegen elkaar. Het maakt een akelig geluid. De muren dreunen in elkaar. Ik kijk er nog even naar. "Kom, het eten is bijna klaar." Ik volg Newt naar het kampvuur en neem plaats naast hem op een boomstam. Ik voel een paar blikken in mijn rug prikken en ik draai me om. 3 jongens staren mij aan en knipogen naar me. Ze zijn niet bepaald lelijk, maar mijn gevoel zegt dat het beter is om bij ze uit de buurt te blijven. Newt volgt mijn blik. "Dat zijn de bouwers, sterk met hun handen, maar niet zo goed in hun hoofd." Ik moet een beetje lachen. Ik word op mijn schouder getikt en ik kijk weer voor me uit. Er staat een getinte man voor me en de vriendelijkheid sprankelt alle kanten op. "Ik ben Alby. Leider van het kamp. Als ik weg ben is Newt de baas." Hij geeft me een hand en loopt daarna weer weg.

"Zozo, dat had jij me nog niet verteld, leider van het kamp." Newt's mondhoeken krullen omhoog in een trotse glimlach. "Ja, dus ik zou maar oppassen voordat ik je opsluit in de pit." Zegt hij met een speelse stem. "Ik kijk uit, maar wat is de pit?" "Als iemand tegen de regels ingaat wordt hij in het gat gestuurd of krijgt straf of zoiets. We hebben 3 regels. Nummer 1, doe je taak, deze week ga je ze allemaal doen en dan kijken we waar je het best in bent, want we willen dit kamp goed onderhouden. Nummer 2, doe nooit een andere Laarder pijn, als het heel ernstig is kan je verbannen worden en dan wordt je dus in het labyrint gestuurd, dat wil je trouwens niet want er lopen daar Grievers rond en niemand heeft ooit een nacht in het labyrint overleeft. En de laatste regel, blijf weg uit het labyrint, tenzij je Renner bent natuurlijk. Dat is het een beetje samengevat." Ik luister aandachtig naar zijn verhaal. "Hoe bedoel je ernstig?" "Nou kijk, je kan door 2 manieren verbannen worden. Als je iemand ernstig verwond of als je gestoken wordt. De Grievers kunnen je steken en dan krijg je de Verandering. Dit lijdt tot agressie en geweld. En dan is het beter voor de veiligheid van de andere om hem te verbannen." Ik knik. "Heb jij ooit..." "Griever gezien? Nee, niemand. Tenminste, wel een paar, maar zij..." Hij krijgt een pijnlijke blik in zijn ogen. "Ik snap het."

Er lopen jongens rond die allemaal borden met eten uitdelen. Een van die jongens komt naar mij toe met een bord rijst en wat groente. Het is een van die drie jongens die mij eerder aankeken. "Voor de prinses, eet smakelijk." "Bedankt, maar noem me alsjeblieft niet zo." Hij trekt zijn schouders op en loopt weg. "Het is voor ons allemaal wennen. Voor zover we kunnen herinneren hebben we nooit een meisje gezien. Maar die drie zijn altijd al hebberig geweest. Dus ik zou maar uitkijken voor hun." Ik knik en neem een hap.  "Vanavond is er feest." Zegt Newt enthousiast. "Vanwege jou." Mij? "Waarom vanwege mij?" "Nou jij bent de nieuweling. Het is elke maand feest als er een nieuweling is."

Newt is met Alby aan het praten dus ik zit alleen onder een boom. In de verte zie ik een schaduw op mij afkomen lopen. Ik knijp mijn ogen tot spleetjes om te kijken wie het is. Zodra hij dichterbij komt zie ik dat het weer een andere jongen is van die drie. Ik sta op om weg te lopen maar hij pakt mijn pols en ik kan geen kant meer op. "En waar dacht jij heen te gaan?" Hij had een lage stem en hij zag er erg arrogant uit. "I-ik ik wilde e-eigenlijk wat te d-drinken halen." "Ik loop wel met je mee. Ik ben Nick trouwens." Ik knik en wil weg lopen. "Het drinken is de andere kant op jonge dame." Ik zucht en loop de andere kant op, maar hij blijft mijn pols vast houden. "Wil je me alsjeblieft los laten." Hij doet alsof hij nadenkt. "Voor een kusje?" "De groeten." Ik ruk me van hem los en sprint weg. Ik ga bij de andere staan. En geen seconde later kwam er weer iemand op me aflopen.

Stuck in the mazeWhere stories live. Discover now