~ Chapter 19

10 1 0
                                    

Ik ben aangekomen bij de boom en zie inderdaad Noëlle zitten. Snel ga ik bij haar zitten en sla ik mijn armen om haar heen. "Wat d-doe jij hie-hier?", snikt Noëlle. "Jou zoeken natuurlijk, wat is er met je?" Met tranende ogen kijkt ze me aan. "I-is hij dood?" Ik sla mijn armen om Noëlle heen. "Nee", zeg ik rustig terwijl ik d'r heen en weer wieg. Als Noëlle na een tijdje rustig is laat ik haar weer los. "Noëlle?", vraag ik voorzichtig. Ze kijkt me aan. "Waarom ben je zo gekleed? Wie was die jongen?" Ze staart weer naar de grond en zegt niks. Ik sla mijn arm om haar heen en leg mijn hoofd tegen haar hoofd aan. "Ik wil niet verliefd zijn. Jongens breken alleen maar je hart", zegt ze verdrietig. In een opwelling gooi ik er een klein grapje uit. "Nou deze jongen brak bijna zijn schedel voor jou." Noëlle grinnikt. "Hij kwam voor me op, dat is zo lief", zegt ze. Ik lach naar haar. Ik heb haar nog nooit verliefd gezien. "Hij kwam voor je op. Dat zegt echt wel iets!", zeg ik rustgevend.

We zitten samen op de boom en zeggen niet veel meer. We zitten gewoon en dat is fijn. Even niks zeggen en gewoon bijkomen. Ik pak mijn telefoon om te checken welke berichten ik heb.

Jason: Waar ben je naartoe?
Jason: Naomi? Gaat alles goed?
Jason: We hebben vrij gekregen van de rector trouwens. Kunnen we even bijkomen.
Jason: Heb je Noëlle al gevonden? Zal ik jullie thuis brengen?

Jason is zo lief op de juiste momenten. Een glimlach verschijnt op mijn gezicht. Snel typ ik terug dat thuisbrengen niet nodig is, dat ik Noëlle heb gevonden en dat we ons redden zo. Ik stop mijn telefoon weer weg en wil nog wat langer genieten van de rust, maar ik word gebeld. Het is Jason. "Hey", zeg ik als ik de telefoon op neem. "Waar zijn jullie?", vraagt Jason. Ik hoor nog een lichte bezorgdheid in zijn stem. "Geen zorgen, we zijn in een bos", zeg ik lachend. Ik voel me een stuk beter bij het gevoel dat Jason echt om ons geeft. "Max en ik gaan nu naar mijn huis, mochten jullie nog wat afleiding nodig zijn of gewoon even chillen dan zijn jullie natuurlijk welkom", zegt Jason. "Bedankt. We kijken wel even", zeg ik en dan hang ik op. Noëlle kijkt me glimlachend aan. "Ik vind het zo leuk dat het zo goed gaat bij jullie. Je moet echt met hem gaan praten ik weet zeker dat hij hetzelfde voelt", zegt ze overtuigd. "Noëlle, hij maakte zich ook zorgen om jou. Is hij dan ook verliefd op jou?", grap ik. Ze lacht. "Het lucht wel echt op om tegen jezelf eerlijk te zijn over hoe je je voelt", zeg ik dan voorzichtig. Noëlle reageert er niet op. Ze kijkt stil voor zich uit.

Dan springt Noëlle ineens op. "Waar is Bas nu?", vraagt ze. "In het ziekenhuis, hoezo?", vraag ik verward. "We moeten er heen! Kom!" Ze pakt me vast bij mijn hand en trekt me mee. Hoe snel deze meid van gedachten kan veranderen is echt bijzonder. We rennen samen naar haar scooter en ze geeft me een helm. Snel rijden we samen naar het ziekenhuis.

In het ziekenhuis lopen we snel naar de kamer waar Bas zou zijn volgends de receptioniste. Als we er aan komen haalt Noëlle nog even diep adem voor dat ze de deur opent om naar binnen te gaan. "Het komt wel goed, praten komt later wel hij is vast allang blij dat je er bent", zeg ik om haar gerust te stellen. Ze geeft me een knuffel en pakt de klink vast. Ze opent de deur maar we treffen een leeg bed aan. Vragend kijkt Noëlle me aan. Waar is hij? Ik kijk om me heen en ik zie een zuster lopen. Snel loop ik er naar toe. "Dag zuster, mag ik u iets vragen?" vraag ik als ik de zuster tegenhoudt. Ze kijkt me een beetje chagrijnig aan. "Wat?", vraagt ze nors. "Ik vroeg me af of u weet waar Bas van Swieten op dit moment is en hoe het met hem gaat", zeg ik zachtjes tegen de zuster. "Bas van Swieten is een halfuur geleden weggegaan met een lichte hersenschudding." Noëlle komt er ook bij staan. "Weet u waar we hem kunnen vinden?", vraagt ze met lichte paniek in haar stem. "Ga je naar hem toe in die kleren?", vraagt de zuster bespottelijk. Noëlle duwt haar kiezen op elkaar en kijkt de zuster kwaad aan. "Dat ziet u toch?" roept ze. Ik duw Noëlle weg bij de zuster. "Dank u wel", zeg ik snel en ik trek Noëlle mee. "Voor niks", roept Noëlle nog.

The perfect matchजहाँ कहानियाँ रहती हैं। अभी खोजें