Hoofdstuk 64

516 46 21
                                    

ZWEMLES

'Dit is goede wijn. Heb ik wel gemist.'

Piper stond met haar gezicht naar de deur gericht en haar sleutels in haar hand. Ze hoorde de klok zachtjes tikken. Buiten woei de wind van de late middag. Een trein raasde voorbij.

'Ik denk dat je weet waarom ik hier ben.'

Piper sloeg haar ogen neer en knikte. Iets in haar had geweten dat ze de normale wereld gedag zou zeggen met dat ze die deur voor haar had gesloten. Ze liet de sleutel langzaam los.

'We hebben gefaald.'

Ze verwachtte de loop van een geweer te zien toen ze zich omdraaide, maar er was niets; niets meer dan Ida in een stoel met een glas wijn in haar hand. Ze speelde met de steel van het glas en liet de wijn rondkolken.

'Dus ik ben je een excuses verschuldigd.' Zei ze plotseling. 'En dat wilde ik persoonlijk doen.'

Pipers apathie brak als glas. Ze was verward; verward over Ida's woorden.

Ida zette haar glas op de salontafel, duwde zichzelf uit de stoel en liep Pipers richting op. Ze stak haar hand naar Piper uit.

'Dus hierbij: mijn excuses.'

Piper schudde Ida's hand aarzelend.

Ida greep haar hand hard vast.

'Maar laat ik je zeggen dat dit geen grapje was, Newton.' Pipers spieren stonden meteen weer strak. Ida's ogen priemden zich in de hare. 'Alsjeblieft - twijfel niet meer aan mijn bevelen. We hadden kunnen slagen met jouw hulp zonder dat één van onze leden opgepakt zou worden.'

Pipers ademhaling was versneld, maar ze wist zich bij elkaar te houden. Ida liet haar hand ruw los, draaide zich weer om en pakte de wijn van de tafel.

'Dus je zegt dat het mijn schuld is dat hij opgepakt is?'

'Nee, dat is volledig mijn schuld.' Ze bladerde door een paar tijdschriften die Piper op een kastje had liggen. 'Het is ook mijn schuld dat ik je vertrouwde met een missie waar je duidelijk niet klaar voor was.'

Piper perste haar lippen op elkaar. Er bruiste een lichte paniek in haar aderen, maar ze hield zich van de buitenkant kalm zoals ze al maanden deed in het staatsgebouw.

'En ik ben niet boos op je, maar zeker teleurgesteld. Ik dacht dat je lef had.'

Piper werd weliswaar iets kalmer dan voorheen. Waar Ida ook boos over was; ze had geen idee over het feit dat Piper eigenlijk wel schuldig was aan de arrestatie van Max, anders had ze hier wel een pistool gezien.

'Wat gaat er nu met Max gebeuren?'

Ida haalde haar schouders op. 'We verzinnen wel iets.' Ze keek op. 'Of niets.'

Pipers kaken vielen op elkaar. Ze bleef op haar plek staan terwijl Ida de ruimte door stapte, even door het raam loerde voordat ze het gordijn dicht rukte.

'Maar het gaat nu niet om hem, jou, of mij.' Zei ze, waarna ze zich weer omdraaide. 'Het gaat om de tijd,' ze wees naar de klok, 'die tikt namelijk door.'

Piper staarde voor zich uit terwijl Ida heen en weer ijsbeerde met haar enorme passen. Ze voelde zich uitgeput.

'En die gaat niet op, maar die tikt wel door en met elke tik, riskeren wij nóg een onschuldig leven dat om loze redenen op dat platform wordt gezet door de staat; de staat waar jij sindsdien voor werkt.'

Het SysteemWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu