Hoofdstuk 14: De terugkeer

81 10 0
                                    

Ina, Candel en Guy stormden de kamer in met de rode vaandels en de schilden aan de muur. De wachters van Marie-Antoinette hadden hen geholpen met de weg in het kasteel. Het maakten hen blijkbaar niet meer uit of hun gevangenen wegliepen of niet, of ze luisterden weer naar hun koningin. De zaal was een puinhoop. Een stoel lag op zijn kant met een gebroken leuning. Een grote tafel die aanvankelijk in het midden van de zaal stond had een grote kras in de vloer gemaakt. In het midden van de zaal zagen ze Edward met een rood, bezweet hoofd staan. Zijn zwaard was rood van het bloed en hij staarde naar een lichaam vlak voor zich. Het was het lichaam van Dagonet. Edward keek om en zag zijn vrienden met open mond in de deuropening staan. Hij wilde net uitleggen wat er was gebeurd toen Ina op hem afstormde. 'Je hebt hem vermoord! Goed zo!' riep ze. Edward keek haar vreemd aan. 'Normaal gesproken zegt niemand "goed zo" als er een moord is gepleegd..Maar eh bedankt?' zei hij onzeker. Ina lachte en omhelsde hem. 'Ik bedoel dat dit beter is dan dat jíj daar lag. En nu hebben we geen last meer van die verschrikkelijke verrader. Daarom zei ik: goed zo!' zei ze. Edward glimlachte. 'Jij bent zo te zien gered. Mooi zo. Ik wil hier zo snel mogelijk weg..' zei hij zacht. Hij draaide zich om naar Candel en Guy. 'Je hebt je vader gewroken! Eindelijk is de moordenaar van Henry dood. Ik wilde hem zó graag dood op de grond zien liggen.' zei Guy, bijna juichend. Edward glimlachte weer. 'Wow Guy, niet zo bloeddorstig.' zei hij maar hij zweeg toen hij het lichaam van Dagonet weer zag. Candel keek hem hoofdschuddend aan. 'Je hebt het geflikt man. Je bent gewoon in je eentje door dit kasteel gewandeld en hebt even Dagonet vermoord. Terwijl wij met z'n alle naar Marie zaten te luisteren!' zei hij verwonderd. Edward werd ongemakkelijk van de blik van zijn vrienden. 'Luister jongens, dat ik iemand heb vermoord, is nog steeds heel erg. Ook al is het een verrader.' begon hij. 'En heeft hij alleen maar je vader en zijn vrienden tegengewerkt en vermoord.' zei Guy scherp. 'Want ik vermoed dat al die tegenslagen die we in de oorlog hebben gehad, elke keer dat de vijand op een of andere manier wist waar we waren en verbleven, dat dat ook het werk was van Dagonet. Hij was mee met Richard en Roger in een groep met een kanon en zij kwamen een week te laat. En t-' Guy kreeg door dat hij afdwaalde en stopte met praten. 'Je hebt iedereen gered. Marie en haar koninkrijk waren die zogenaamde nieuwe koning meer dan beu. Zag je het gedrag van de wachters hier? Zelfs Cashewlot's wachters zijn nog behoedzamer! En dat wil wat zeggen, want op Cashewlot lopen alleen maar gekken rond.' zei Candel en hij grijnsde. Edward's ongemakkelijke gevoel verdween. Hij werd warm van binnen. Dat zijn vrienden hem weer op beurden, was hem meer waard dan wat dan ook. 'Dankje jongens.' mompelde hij. Hij keek ze aan. 'Waar is eigenlijk die Klaus?' vroeg hij, maar voor dat er iemand antwoord kon geven, kwam Klaus de zaal binnenrennen, achtervolgt door Roger, John, Steven en een hijgende Marie-Antoinette. 'Wat rennen jullie snel.' zei de vrouw. Ze had een rood hoofd en veegde een paar losse haren uit haar gezicht. Toen ze het lijk van Dagonet zag, werden haar ogen groot. Ze richtte haar blik op Edward. 'Heb jij..?' vroeg ze. Edward knikte. Langzaam verscheen er een lach op haar gezicht. 'Oh..Wat erg.' probeerde ze verdrietig te zeggen. Maar toen hief ze haar handen in de lucht. 'IK BEN VRIJ! Je suis libre! Wat zal mijn rijk vrolijk zijn! Ik kan weer feesten geven, oh wat heb ik die feesten gemist! En-' ze stopte toen ze besefte dat iedereen haar glimlachend aankeek. 'Ahem..Eh..' stamelde ze. Roger stapte naar voren en legde een arm om haar schouders. 'Feesten! Ben ik helemaal voor!' zei hij lachend. 'Zo te zien hebben jullie het ook weer goed gemaakt.' zei John tevreden. 'Wat goed gemaakt? Hadden wij ooit een misverstand dan?' vroeg Roger verbaasd. John zuchtte. 'Niks. Laat maar.' zei hij snel. Edward keek naar de groep. 'Roger, John, ik wist niet dat jullie hier ook waren!' zei hij. John haalde zijn schouders op. 'Roger moet Allie íets kunnen vertellen over waar zijn kinderen zijn geweest.' grijnsde hij. Roger stootte hem aan. 'We waren bezorgd dat is alles.' zei hij. Candel en Ina keken hem tegelijk raar aan. 'Ah pap dat is zó lief!' murmelde Ina. Candel fronste alleen zijn wenkbrauwen. 'Eh ja bedankt..Maar laten we nu alsjeblieft gaan.' mompelde Roger ongemakkelijk. Edward knikte snel. Hij wilde ook graag weg van dit kasteel. Hij keek naar Marie-Antoinette en boog. 'Het spijt me dat ik uw echtgenoot heb vermoord. Hopelijk kan u de reden begrijpen?' zei hij hoffelijk. Marie-Antoinette knikte glunderend en boog ook. 'Natuurlijk. Heren' -ze wierp een blik op Ina- 'En dame' voegde ze eraan toe. 'Jullie hebben mijn toestemming het kasteel te verlaten zonder enige poespas. Maar maakt u zich wel snel uit de voeten, ik moet het volk gauw toespreken. Ze willen dit goede eh..slechte nieuws waarschijnlijk graag weten.' besloot ze. Edward knikte en wenkte zijn metgezellen. 'We gaan. Dank u voor het ehm goed ontvangen in dit kasteel?' zei hij onzeker. Marie-Antoinette glimlachte. Edward boog nog een laatste keer en liep toen de zaal uit. De hele groep volgde, behalve Steven die hen twijfelend nakeek. Candel wilde net de deur dicht doen toen hij zag dat Steven bleef staan. Hij ging weer naar binnen en liep naar Steven toe. 'Ga je niet mee?' vroeg Candel. Steven haalde aarzelend zijn schouders op. 'Het dorpje bij Cashewlot is wel mijn geboorteplaats, maar ik weet niet..Ik ben hier al zo lang. Ik ben eraan gewend om hier te zijn, in dit kasteel. Maar nu Dagonet er niet meer is weet ik niet of ik hier nog kan blijven..' zei hij. Candel knikte. 'Als we nu eens..' begon hij, maar hij werd onderbroken door Marie-Antoinette die het gesprek van de jongens had gevolgd. 'Steven, als je hier graag wilt blijven dan zou ik dat op prijs stellen. Ik zou je een kamer kunnen aanbieden. En je zou elke avond met mij kunnen dineren en-' 'Zou dat kunnen?' vroeg Steven ongelovig. Marie-Antoinette knikte. 'Dat zou ik fijn vinden. Dan heb ik ook wat gezelschap. Maar als je liever mee wilt met monsieur Edward..?' vroeg ze. Steven keek van Candel naar Marie-Antoinette. Tenslotte zuchtte hij en keek Candel verontschuldigend aan. 'Zou je het erg vinden..Vind je het erg als ik..' stamelde hij. Candel hief een hand op. 'Ik vind het oké. Het is jouw keuze.' zei hij en toen Steven vertwijfeld bleef kijken: 'Het is goed man. Als je maar eens in de paar maanden op bezoek komt. Oh en het geld wat je nog moet terugbetalen betalen.' voegde hij er grijnzend aan toe. Steven lachte. 'Zal ik doen. Nou, tot ziens dan.' mompelde hij. Candel zei hem ook gedag en wilde weglopen. 'Candel?' hoorde hij Steven roepen. Candel draaide zich om. 'Ik eh..Ik wilde gewoon even zeggen..Wees voorzichtig.' zei Steven met een glimlach. Candel gaf een knikje en liep toen achter zijn vrienden aan.

'Waar bleef je?' vroeg Edward. Heel de groep stond al bij de grote poort te wachten. 'Ik moest nog even iets afhandelen.' mompelde Candel. Klaus fronste zijn wenkbrauwen. 'Waar is die jongen met dat leuke, krullerige haar?' vroeg hij verward. 'Oh hij, hij gaat niet mee.' mompelde Candel. Edward keek zijn vriend doordringend aan. 'Had je verwacht dat hij mee zou gaan? Dit is zijn thuis.' zei Edward voorzichtig. Candel keek hem fel aan. 'Hij is anders vlakbij Cashewlot geboren. Óns thuis.' zei hij luid. Edward hief zijn handen op. 'Sorry hoor, ik denk alleen dat het goed is dat hij bij Marie is gebleven. Heeft zij ook iemand om zich over te ontfermen.' zei hij. 'Oh houd toch op. Steven is net zo oud als ik. Denk je dat ík verzorging nodig heb?' snauwde hij. Edward dacht na. 'Eh ja. Eerlijk gezegd wel.' zei hij eerlijk. 'Oh laat me toch met rust.' zei Candel, maar hij grijnsde. Edward lachte en stootte hem aan. 'Zo ken ik je weer.' En met z'n allen liepen ze de poort door, opweg naar Cashewlot. 

De Vervloekte Troon en de Kinderen van de DodenWhere stories live. Discover now