Hoofdstuk 12: De ontdekking

70 8 2
                                    


Marie-Antoinette liet Roger en Klaus even alleen. Roger keek af en toe gespannen naar Klaus. Klaus staarde alleen maar voor zich uit. Toen Marie-Antoinette terugkwam, had ze een verraste Ina met zich mee. 'Pap?' riep ze enthousiast. Ze rende naar Roger toe en omhelsde hem. 'Koets zij dank.' mompelde Roger die zijn dochter stevig vastpakte. Ina liet hem los en keek hem stralend aan. 'Het is hier geweldig! Ik heb alleen maar nieuwe strikjes en jurken mogen passen. En als ik iets vroeg aan de bediendes deden ze het meteen! Hier voel ik me net een prinses ofzo. Het enige wat vervelend was was dat ik niets mocht weten over die zogenaamde nieuwe koning. Ik weet überhaupt niet of hij wel echt bestaat.' ratelde ze. Roger keek haar gefronst aan. 'Hoezo mocht je niets over hem weten?' vroeg hij en hij keek Marie-Antoinette beschuldigend aan. Ze werd rood en keek naar de grond. 'Misschien omdat hij vroeger een vijand van ons was? Dit kasteel was toch van Leonardo?' vroeg Klaus vrolijk. 'Leonard.' mompelde Marie-Antoinette zacht. 'Ja dat klopt. Maar de koning die nu aan de macht is heeft het gewoon niet zo op bezoek..Zelfs ik kom zelden bij hem.' vervolgde ze. Roger trok een wenkbrauw op. 'Ik geloof er niets van. Maar goed..' zei hij. Klaus keek hem opeens moeilijk aan. 'Kees zegt net iets wat me aan het twijfelen brengt.' zei hij. 'Wat dan?' vroeg Ina. 'We waren hier toch met zijn vieren naar toe gekomen? Jij, Kees, ik en een of andere kerel die Jos heette ofzo. Joki, Jonathan-' 'JOHN!' riep Roger verschrikt uit. 'Ik ben hem helemaal vergeten!' en hij rende de kamer uit, met Ina en Klaus op zijn hielen. Ze renden alle kamers af en toen ze tenslotte buiten kwamen, zagen ze dat er twee wachters, een dikke en een dunne, net een discussie hadden. '..Moeten we die indringers dan niet pakken?' 'Nee natuurlijk niet dat doen de wachters binnen wel..' hoorde ze de wachters zeggen. Roger gebaarde naar Ina en Klaus dat ze stil moesten zijn en wenkte ze om dichterbij hem te gaan staan. Met z'n drieën liepen ze geluidloos achter de wachters langs. Roger griste een steen van de grond en wierp hem ergens in de bosjes die vlakbij de poort stonden. De wachters hielden op met discussiëren en keken elkaar dom aan. 'Eh..Laten we samen kijken!' opperde de dikke wachter. De ander knikte en samen liepen ze naar de bosjes. Roger, Klaus en Ina renden voorbij, zonder dat de wachter hen opmerkte, naar de rand van het bos. 'Oké.' hijgde Roger. 'Ik ga samen met Ina John zoeken. Klaus, het zou handig zijn als jij weer ongezien naar binnen gaat. Ik wil weten wat Marie-Antoinette in haar schild voert.' zei hij. Ina keek haar vader verwonder aan. 'Dit is de eerste keer dat ik je zó soepel bevelen zie geven en dat nog wel aan iemand waarvan ik niet weet of hij je heeft begrepen!' zei ze en ze keek Klaus even aan. Klaus haalde zijn schouders op en liep zonder iets te zeggen weg (hand in hand met iets onzichtbaars). 'Eh..Oké?' mompelde Ina. 'Kom, we gaan John zoeken.' zei Roger ongerust. Hij begon te rennen. 'JOHN! JOHN! WAAR ZIT JE!' riep hij. Ina rende achter hem aan. 'Wacht pap! Niet zo snel! Ben je nou gewoon bezorgd? Wat een wereldwonder!' riep ze. Roger negeerde haar en hield ineens op met rennen. Ina botste vol tegen hem op. 'Au! Waarom stop je nou?' vroeg ze. 'John is hier geweest.' zei Roger. Ina keek hem lachend aan. 'Hoe weet jij dat? Ben je opeens een speurhond ofzo?' vroeg ze. Maar Roger wees naar een paar platgetrapte varens die tussen de bosjes duidelijk zichtbaar waren. Ina zette haar handen in haar zij. 'Oh kom op dat kan van iedereen zijn!' zei ze schamper. 'Ik herken zijn schoenafdruk.' mompelde Roger en hij ging het spoor achterna. 'Heb je dit speurwerk van het tuinieren geleerd?' vroeg Ina. Ze kon de spot in haar stem niet verbergen. Roger keek geërgerd op. 'Ja nu goed! En nu stil, voordat er nog meer wachters rond sluipen hier.' beval hij. Ina hield snel haar mond. Ze liepen een tijdje zwijgend naast elkaar. 'Weet je het voelde goed om een soort tijdelijke moeder te hebben.' zei Ina ineens. Roger voelde dat hij rood werd. 'Oh eh..' 'Ik miste je wel, maar-' ze hield op met praten en bleef staan. 'Wat?' vroeg Roger. 'Niet bewegen.' siste Ina. Ze legde haar vinger op haar mond en luisterde. Een zacht geritsel klonk vlak boven hun hoofden. Langzaam keken Ina en Roger naar boven. Voordat ze achteruit konden springen van schrik, viel er een man op de grond. Roger slaakte een kreet. 'John!' riep hij. Hij bukte zich en hielp hem overeind. John keek verwilderd om zich heen. Toen hij Ina in het oog had glimlachte hij. 'Jullie hebben haar gevonden! Maar..Waar is Klaus?' vroeg hij bezorgd. 'In het kasteel. Marie spookt iets uit John. Ik weet niet wat, maar we moeten erachter zien te komen wat. Ze wil níéts over de koning vertellen.' zei Roger ernstig. John fronste zijn wenkbrauwen. 'Of de koning láát haar niets vertellen. Maar daar komen we wel achter. We moeten eerst Klaus gaan zoeken.' zei hij. 'Kom mee. Ik weet inmiddels hoe we ongezien langs de wachters kunnen komen!' zei hij. Roger grijnsde. 'Wij ook. Het zijn niet de slimste hé?' John lachte niet. 'Gelukkig voor ons ja. Kom mee!' En met die woorden renden ze door het bos, terug naar het kasteel.


De Vervloekte Troon en de Kinderen van de DodenWhere stories live. Discover now