Hoofdstuk 16

401 13 0
                                    

Als we plaats hebben genomen aan een tafel wordt er al snel een menukaart in onze handen gedrukt. 'Je hebt mazzel Eef, ze hebben bami', glundert Wolfs. 'Gelukkig maar', antwoord ik terwijl ik de kaart neerleg. Als Wolfs na een paar minuten nog steeds op de kaart kijkt verlies ik mijn geduld een beetje. 'Weet je het nou al?', vraag ik dan ook. 'Ben je een beetje ongeduldig?', lacht Wolfs. 'Ja'. 'Heb je zo'n honger? Of kan je niet wachten om met mij te dansen?', grijnst hij. 'Ja dat is het', antwoord ik sarcastisch. 'Lekker gemeend zeg. Ik wil wel heel graag met jou dansen.' 'Leuk voor je', haal ik nonchalant mijn schouder op, maar diep van binnen maakt mijn hart een sprongetje. Wolfs lacht nog even en legt dan zijn kaart neer. 'Dat werd tijd'.

Als we aan ons toetje beginnen komen er twee mensen het restaurant inlopen. 'Wolfs', fluister ik waardoor hij opkijkt en ik in de richting van de twee personen knik. Hij kijkt me weer aan en geeft een klein knikje als bevestiging dat zij de twee zijn die we zoeken. We gaan rustig door met eten en doen alsof er niets aan de hand is. Alsof er geen moordenaars en drugsdealers op een paar meter van ons af zitten. Even later als we alles op hebben vraagt Wolfs om de rekening. Hij rekent af en samen vervolgen we onze weg naar buiten. Op naar de disco. Het is nu een uur of acht maar het is al aardig druk. Als eerst lopen we naar de bar. Ik bestel een chocomelk en Wolfs een Wiskey. Voor een tijdje zitten we daar, praten over van alles en nog wat en kijken naar de mensen op de dansvloer. Op een gegeven moment zien we onze verdachten richting de bar lopen. Ze nemen plaats naast ons en bestellen ook watte drinken. Wolfs en ik kijken elkaar aan en we weten genoeg. Voorzichtig aan zodathet niet opvalt ga ik iets dichter naar de vrouw toe zitten. Dan laat ik mijn glas chocomelk omvallen zodat het over haar hand heen valt. 'Oh sorry, dat was echt niet de bedoeling', roep ik terwijl ik een servetje pak en het aan haar geef. 'Het geeft niet hoor, kan gebeuren. Fijn om te horen dat er ook Nederlanders zijn. Ik word helemaal gek van die Italianen', lacht ze. We lachen mee en dan steekt Wolfs zijn hand uit om officieel kennis te maken. 'Ik ben..', het blijft heel even stil. 'Jeroen', zegt hij dan. Shit daar hadden we nog helemaal niet over nagedacht. Het zou niet heel erg verstandig zijn om onze eigen namen te gebruiken. 'Michelle', schut ze zijn hand. 'En dit is mijn neef Sem', zegt ze waarna Wolfs ook hem een hand geeft. 'Dit is Sara, mijn vriendin', klink Wolfs trots. Snel draai ik mijn hoofd in zijn richting. De twinkeling in zijn ogen is niet te missen. Oh wat heb je dit slim gedaan Wolfs. Als we nu met deze twee optrekken, zullen wij altijd vriend en vriendin moeten spelen. 'Goeie stap dit Eva, wees blij! Het is wel een beetje een stiekeme hint dat hij jouw als vriendin wilt, ookal weet je dat natuurlijk allang maar nu zeker!' Ja stemmetje, dat weet ik. 'Echt?' Nou je hebt het pas zo'n honderd keer gezegd dus ja.
We beginnen voorzichtig een gesprek. We moeten natuurlijk zoveel mogelijk te weten zien te komen, maar het moet niet opvallend worden. Gelukkig weten Wolfs en ik heel goed hoe je zo'n gesprek aan moet pakken. 'En waar komen jullie vandaan?', vragt Wolfs. Als Michelle wil antwoorden legt Sem een hand op haar arm, bedoelt zodat wij het nietzouden kunnen zien. Ze draait haar hoofd waarna Sem haar een soort waarschuwende blik geeft. Zij daarintegen trekt haar wenkbrauwen op en begint te vertellen. 'Wij komen uit Eindhoven. We woonden ons hele leven naast elkaar, onze vaders waren erg close en wilden dus altijd dicht bij elkaar blijven. Hierdoor trokken wij ook erg veel met elkaar op en zijn wij ook heel erg close. En jullie?' 'Wij komen allebei uit Haarlem en wonen sinds een half jaar samen. We hebben bijna een jaar een relatie, maar toen ik haar eenmaal had wilde ik haar altijd dicht bij me hebben dus is ze al snel bij me komen wonen.' 'En wat doen jullie voor de kost?', is ze nieuwsgierig. 'Ik ben kok en Sara bij een eh..kinderdagverblijf ', antwoord Wolfs een beetje twijfelachtig. Van binnen moet ik wel een beetjd lachen. Zie je het al voor je, ik op een kinderdagverblijf. Al die koters om je heen, daar heb ik totaal geen geduld voor. 'Leuk. Dan kan je vast wel een keer voor ons koken?', lacht Michelle. 'Natuurlijk, komt goed.' 'En wat doen jullie?', was ik toch wel erg benieuwd naar wat zij zouden verzinnen. 'Wij eh..', had ze het antwoord niet paraat. 'Wij hebben de zaak van onze vaders over genomen.' 'Wat voor zaak', wil Wolfs ook erg benieuwd. 'Oh eh gewoon tweedehands spullen. Zullen we dansen? Kom Sem', zei ze om van deze vraag af te komen. 'Gaan jullie ook mee?' 'Ja natuurlijk', grijnste Wolfs. 'Kom schoonheid, wij gaan lekker dansen.' Hij pakt me bij mijn hand vast en sleurt me mee de dansvloer op. De vrolijke muziek was hier een stuk harder dan bij de bar. Wolfs liet mij een rondje draaien onder zijn arm door waarna hij mij dicht tegen zich aan trok. Zijn linkerhand heeft mijn rechthand vast en de andere legt hij op mijn onderrug. Mijn vrije hand leg ik op zijn schouder. Nummers lang dansen we samen op het ritme van de muziek en hebben we de grootste lol. Ook Sem en Michelle die naast ons dansen hebben het naar hun zin. Dan wordt er een langzaam nummer ingezet. Ik laat Wolfs los en kijk verlegen naar beneden, maar hij laat het er niet bij zitten. Zijn armen slaat hij om mijn heupen en langzaam trekt hij mij dichter tegen zich aan. Voorzichig sla ik mijn armen om zijn nek en kijk hem aan. Ik sta vol van de spanning wat Wolfs waarschijnlijk ook merkt. Hij brengt zijn mond naar mijn oor en fluitert: 'ontspan Eef.' Ik voel zijn stoppelbaardje langs mijn wang schuren. Als zijn gezicht weer voor de mijne hangt, drukt hij een klein kusje op mijn lippen. Hij trekt zijn hoofd iets terug. Ik hou genietend mijn ogen nog even gesloten. Hierdoor weet Wolfs dat ik het fijn vond en voordat ik mijn ogen heb kunnen openen, voel ik opnieuw zijn lippen op die van mij. Dit keer harder en williger. Hij opent zijn mond om zijn tong met mijn tong in verbinden te brengen. Hij trekt mij dichter tegen zich aan en ik trek zijn hoofd meer naar mij toe. Zijn handen laat hij afzakken naar mijn billen waar hij overheen wrijft. Normaal zou ik diegene een klap op zijn neus hebben gegeven en hem gepeerd zijn, maar nu is het anders. Ten eerste omdat Wolfs heeft gezegd tegen Michelle en Sem dat wij een stelletje zijn en als ik hem nu weg zou duwen zouden zij denken dat we ruzie hebben ofzo iets. Dat moeten we natuurlijk niet hebben. Welke vriend zit er nou niet aan zijn vriendin? Ik moet er maar mee leren leven dat Wolfs de komende weken veel aan me zou zitten en kusjes zou geven in het bijzijn van onze verdachten. Ten tweede, omdat ik hem helemaal niet wil wegduwen. Hij kan heel klef tegen mij zijn en zo ben ik helemaal niet maar van hem, van hem kan ik het hebben. Dan vind ik het zelf leuk. Eigenlijk vind ik het heerlijk dat hij zo aan me zit en dat we zo intiem zijn. Maar toegeven zou ik het natuurlijk niet. Maar weigeren natuurlijk ook niet, al zal ik tegen Wolfs zeggen dat dit wel moest omdat hij onze verdachtem had wijs gemaakt dat wij een stelletje zijn. Ik zal hem nooit zeggen, dat ik dit toeliet omdat ik het zelf wilde.

Jij bent van mijWhere stories live. Discover now