De snelweg naar mijn hart

By MissTop40

4K 225 18

Na de dood van haar beste vriendin besluit Clio de Vries een tijdje bij haar opa te gaan logeren. Ver van hui... More

Voorwoord
1
2
3
4
5
7
8
9
10.
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
Epiloog

6

101 5 0
By MissTop40

Op zaterdagmorgen zet opa me weer een paar uurtjes in de winkel neer. Het is iets drukker dan de doodse stilte van gisteren, maar nog steeds zou ik het geen stormloop noemen. Dat geeft me voldoende tijd om ondertussen met Dusty te appen, die zich inmiddels gelukkig weer beter lijkt te voelen.

Na een van Claudia's befaamde lunches zet ik mijn laptop op de keukentafel neer om met mijn ouders te Skypen. Het gaat twee keer mis met de verbinding voordat ik eindelijk twee bekende gezichten in beeld krijg.

'Ha Clio,' begroet mijn moeder me enthousiaster dan ooit tevoren. Ze is vast heel blij om met eigen ogen te zien dat ik nog leef. 'Hoe is het daar?'

'Goed. Opa heeft me aan het werk gezet in de zaak.'

Aangezien opa net klaar is met het inruimen van de vaatwasser, leunt hij even over mijn schouder om mee te kijken. 'En terecht. Ze is nog jong, hè, die kan auto's slopen als de beste.'

'Opa maakt een grapje. Ik ben een ramp met de auto's, dus ik heb voornamelijk in de winkel gestaan.'

Mijn vader lacht. 'Dus als je terug bent dan weet je precies wat een koppakking is?'

Met mijn mond vol tanden staar ik naar het scherm. Op dit moment heb ik in ieder geval geen idee wat dat is. 'Dat zullen we nog wel zien.'

'Hoe is het verder met je?' wil de pixelige versie van mijn vader weten. Hij zit dicht tegen mijn moeder aan voor het schermpje van hun laptop geperst.

Ik weet niet wat ik moet antwoorden. Ik ben hier nog geen achtenveertig uur. Het is niet alsof ik ineens een ander mens ben of zo. 'De andere omgeving helpt denk ik wel.'

'Omdat dat nieuw is,' weet pap te vertellen. 'Soort van dan. Maar wat als je straks weer thuis bent? Dan moet je hier het gewone leven weer oppakken. Weet je zeker dat je er niet met iemand over wilt praten?'

'Met iemand die erbuiten staat, toch?' help ik hem herinneren aan zijn eigen woorden van afgelopen dinsdag. 'Nou, die heb ik gevonden.'

Zijn wenkbrauwen rijzen omhoog. 'O ja?'

'Ja, Dusty. Ze houdt maar niet op met praten, dus wat dat betreft is het wel een goeie.'

Mijn vader slaakt een zucht. 'Maar schat, jij bent degene die moet praten, hè?'

'Het komt goed. Dusty gaat me helpen.' Om zogenaamd een rijke vent te vinden, ja, maar dat hoeft mijn vader niet te weten. Ik wil dat hij denkt dat alles weer de goede kant op gaat met me. Ik wil niet die persoon zijn over wie andere mensen zich constant zorgen maken.

'Ik ben blij dat je daar een vriendin hebt,' bemoeit mijn moeder zich er nu mee. 'Ik weet dat ze Alice nooit zal kunnen vervangen, maar jij bent er nog. Je hebt nieuwe mensen om je heen nodig.'

'Ja, dat weet ik.' En dat is ontzettend moeilijk. Natuurlijk zijn er nog een heleboel aardige mensen op de wereld, maar met niemand zal het hetzelfde zijn als met Alice. We kenden elkaar al ons hele leven. Er is niemand met wie ik dat nog kan hebben. De andere personen die ik al zo lang ken, behoren allemaal tot mijn familie.

Opa hangt nog steeds over mijn schouder en drukt een kus op mijn wang. 'Ik zal goed op jullie meisje passen. Ze mag hier blijven zo lang ze wil.'

'Of zolang de Amerikaanse autoriteiten het toelaten.' Ik doe alsof het een grapje is, maar eigenlijk is het dat niet. Ik zou best hier willen blijven. Hier herinnert tenminste niet alles me constant aan Alice. Hier heb ik tot nu toe nog geen inzinkingen gehad over mijn eigen waardeloosheid. Ik lijk me beter te voelen hier. Al kan dat natuurlijk ook komen doordat ik er pas twee dagen ben.

Mijn vader perst zijn lippen in een glimlach. 'Weet dat wij er altijd zijn om je te helpen, oké? Je hoeft het maar te vragen en we zijn er voor je.'

Dat is het liefste wat hij ooit tegen me gezegd heeft. 'Dankjewel. Ik zal het onthouden. Op dit moment is er alleen niks wat jullie kunnen doen. Het is gewoon allemaal kut.'

Opa woelt met zijn handen door mijn haar. 'Soms is het leven inderdaad ronduit kut, maar uiteindelijk komen er altijd weer mooie dingen op je pad. Kijk maar naar mij. Nadat je oma overleed, wist ik ook van ellende niet wat ik aan moest met mijn leven. En moet je me nu zien. Ik heb mijn droom waargemaakt.'

'Alleen heb ik niet echt een droom.'

Opa klopt bemoedigend op mijn schouder. 'Je hebt wel een droom, je moet alleen nog uitvinden wat die is.'

Aan de andere kant van de wereld gaan de mondhoeken van mijn vader iets verder omhoog. 'Luister maar naar iemand die zijn hart achterna is gegaan. En hem verklaarden we in eerste instantie ook voor gek, weet je nog?'

'Vooral jij, ja,' lach ik, want dat weet ik inderdaad nog goed. Ik was twaalf toen opa op een avond bij ons op de stoep stond om te vertellen dat hij een vliegticket naar Amerika had geboekt. Dat was al opmerkelijk, want hij was nooit zo'n avonturier geweest. Maar toen hij vervolgens vanuit Texas belde om te zeggen dat hij alleen nog naar huis zou komen om zijn spullen op te halen, hadden we het idee dat hij compleet gestoord was geworden. Inmiddels is dat echter alweer tien jaar geleden en hij is hier echt gelukkig. We hadden zelfs niet verwacht dat hij ooit een nieuwe relatie aan zou gaan. Dat doet me overigens denken aan de trouwfoto die nog steeds in mijn koffer zit. Tot nu toe heb ik zoveel aan mijn hoofd gehad dat ik vergeten ben die aan opa te geven. Dat moet ik straks maar eens doen.

'Luister Clio, we staan achter je, wat je ook doet,' drukt mijn vader me nog eens extra op het hart. 'Dit is jouw leven en alleen jij kunt er het beste van maken.'

Zijn woorden maken dat mijn traanbuizen vol beginnen te lopen. Ik slik moeizaam voor ik weer in staat ben om iets te zeggen. 'Ik weet het.' Ik weet verdomme dat ik mijn eigen leven moet leiden, maar het lukt me niet. Ik ben niet geschikt voor deze beproeving die het leven heet. En ik doe heel hard mijn best om dat vooral aan niemand te laten merken.

'Oké. Hou je taai daar. We denken aan je.'

'En ik aan jullie.' Elke avond in bed. Alleen niet op de manier waarop zij aan mij denken. Ik denk eraan hoe ze zouden reageren als ik er niet meer zou zijn. Maar ten eerste wil ik ze dat niet aandoen en ten tweede wil ik niet dat mijn opa me vindt. Dat verdient hij niet.

'Dus,' schakelt mijn moeder over op een ander onderwerp, 'kan Claudia nog steeds zo goed koken?'

'Dat is ze echt niet afgeleerd, hoor,' lacht opa.

Pap schudt afkeurend zijn hoofd. 'Moet je jou nou zien, pa. Ze mest je helemaal vet.'

'Beter vet en gelukkig dan mager en ongelukkig, hè,' kaatst opa terug. 'Hé, ik ga weer aan het werk. Clio, kom jij nog even naar de winkel als jij klaar bent met die ouwelui van je?'

'Is goed,' beloof ik, ook al staat mijn hoofd daar nu totaal niet naar. Ik staar mijn opa na terwijl die door de achterdeur naar buiten verdwijnt. Ik vind het echt fijn dat hij hier zo gelukkig is geworden. Dat hij van zijn hobby – auto's uit elkaar halen – zijn beroep heeft kunnen maken, ook al zou hij eigenlijk al met pensioen zijn. Ik weet niet eens meer wat mijn hobby's zijn. Voor Alice overleed, vond ik het leuk om te schrijven en keyboard te spelen, maar sinds haar dood heb ik zowel geen Word-bestand als geen muzieknoot meer aangeraakt.

Mijn blik glijdt naar de piano, waar ik net een stukje van kan zien vanachter de muur die het aanrecht in de keuken scheidt van de woonkamer. De vorige keer dat ik hier was, vroeg mijn opa me elke avond om iets voor hem te spelen. Ik kende destijds maar twee of drie nummers, maar gewillig speelde ik ze keer op keer. Inmiddels ken ik iets meer, maar ik ben echt niet van plan om dat ding met een vinger aan te raken. Het voelt als iets uit een vorig leven. Uit dit leven is alle muziek weg en de notenbalk is als een kaartenhuis in elkaar gestort.

'Clio, ben je er nog?' klinkt mijn moeders stem door de keuken.

Snel draai ik mijn hoofd weer naar de laptop. 'Ja.'

'O. Het beeld bleef even hangen.'

Ik vertel haar maar niet dat het niet het beeld was dat bleef hangen. Dat was ik. Het is de perfecte metafoor voor mijn leven op dit moment. Ik blijf hangen en ik heb geen idee hoe ik mezelf weer op de juiste rail moet krijgen. 'Ik ga maar eens ophangen, dan kan ik opa gaan helpen in de winkel.'

'Goed dat je iets doet met je dag,' vindt pap. 'Met werken kun je tenminste je hoofd leegmaken.'

Tot nu toe heeft dat niet bepaald geholpen, maar dat is weer iets wat ik ze niet vertel. 'Ik spreek jullie wel weer.'

'Is goed, lieverd,' neemt mam afscheid van me. 'Tot snel.'

'Tot snel.' Ik schakel Skype uit, klap de laptop dicht en sta op. Met het apparaat onder mijn arm vlucht ik de trap op. Boven plof ik samen met de laptop op mijn bed neer. Ik hou het ding nog steeds stevig tegen mijn borstkas gedrukt als de eerste traan over mijn wang rolt.

Fantastisch, mijn eerste hysterische huilbui in Texas is een feit. Het was ook naïef van me om te denken dat ik ze hier niet zou hebben, maar toch, mag een meisje hoop hebben?

Snikkend druk ik mijn hoofd in mijn kussen. Hier lig ik dan, waardeloos, zonder levensdoelen of ambities, ver van huis. Wat heeft de wereld nou aan mij?

Continue Reading

You'll Also Like

3K 19 34
dit verhaal gaat over een 14 jarig meisje alana ze is een nederlands meisje opgegroeid in amerika haar ouders hebben een eigen bedrijf waar alana als...
121K 1.2K 32
4 vriendinnen gaan op vakantie naar Ibiza en komen daar een hele leuke groep jongens tegen ( de bankzitters ) Ze horen dat ze in de zelfde villa zitt...
917 7 8
nieuw verhaal! Dit verhaal gaat over een meisje genaamd Noa. Ze is 16 jaar oud. Noa's vader is twee jaar geleden overleden. Sindsdien woont ze met ha...