28

89 6 0
                                    

De dagen die volgen spendeer ik stuk voor stuk op de autosloop. Ik werk als een malle om even nergens anders aan te hoeven denken. Nou ja, bijna nergens anders aan dan. 's Avonds zit ik namelijk met mijn laptop op de logeerkamer informatie op te zoeken over freelancer worden en wat je moet kunnen om een copywriter te zijn.

Ook het eerste deel van de zondag besteed ik hieraan. Ik ga pas weer naar beneden als het tijd is voor de rijles. In de woonkamer zit opa zoals gewoonlijk weer naar het racen te kijken. Op het moment dat ik binnenkom, is er net een close-up van Brandon Greene in beeld.

'Hé, was hij niet geschorst of zo?'

'Klopt,' antwoordt opa. 'Hij is er nu als toeschouwer, maar ik heb gehoord dat hij straks live op televisie zijn verontschuldigingen gaat aanbieden.'

Dat lijkt me wel het minste wat hij kan doen. Een journalist in elkaar slaan is niet niks. Daarvoor is excuses aanbieden alleen niet genoeg, maar het is iets. Ik begin zo langzamerhand wel te snappen dat Miles niet veel op heeft met zijn vader.

'En wat zijn jouw plannen voor vanmiddag nu je eindelijk van je kamer af bent gekomen?'

'Rijles.'

'Van Miles of van Dusty?'

Vertwijfeld staar ik naar het scherm van de televisie, waar een verzameling auto's strijdt om wie de snelste is. Ik heb weinig zin om opa de waarheid te vertellen, maar hij komt er waarschijnlijk toch snel genoeg achter. 'Allebei.'

'Zo, twee rijinstructeurs. Dan moet je wel veel leren. Succes.'

'Dat kan ik wel gebruiken,' zucht ik en ik zet koers naar buiten.

Precies wanneer ik de voordeur uit loop, arriveert Miles. Hij parkeert zijn auto voor het huis van Dusty's ouders en stapt uit.

'Geen zin om te lopen?' Ik probeer het luchtig te laten klinken, maar mijn stembanden trekken zich zo samen dat het alsnog vrij veel weg heeft van een snauw.

'Tja, eh...' Hij krabt aan zijn achterhoofd. 'Ik dacht eerst dat het handiger zou zijn om in mijn auto te rijden aangezien je het toch moet leren in een schakelauto. Pas toen ik onderweg was, besefte ik dat Dusty dan natuurlijk nergens kan zitten.'

Allebei die dingen zijn een heel goed punt. Toch gaat mijn voorkeur nu uit naar Dusty's auto omdat ik dan niet met hem alleen hoef te zijn. Het voelt te ongemakkelijk tussen ons. Ik zou vast van de zenuwen alles fout doen en al mijn autorijangsten uit laten komen.

Dusty komt naar buiten in een wijd, wit shirt met een regenboog erop. Probeert ze haar niet-bestaande zwangerschapsbuik te verhullen? 'Hé, zijn jullie er klaar voor?'

'Nee,' antwoorden we tegelijk en ik kan het niet helpen dat ik Miles een beledigde blik toewerp. Is het echt zo erg om met mij in een auto te zitten? Ik dacht dat hij hier degene was die gevoelens had.

'Mooi. Dan kunnen we beginnen,' reageert Dusty alsof we net zo enthousiast hebben gereageerd als zij zich gedraagt. 'Clio, ik stel voor dat we vandaag naar Houston gaan rijden.'

'Houston?' Mijn ogen vallen zowat uit hun kassen. 'Ik heb alleen nog maar op landweggetjes gereden.'

'Exact. Daarom wordt het nu tijd voor de stad. Maak je geen zorgen, ik neem het van je over als het te veel wordt.'

In de stad zijn zo veel manieren om een ongeluk te krijgen. Er zijn zo veel weggebruikers en mensen die ongeduldig kunnen worden en dan gaan toeteren waardoor ik nog meer in de war raak en gekke dingen ga doen. Ik voel mijn ademhaling al versnellen bij de gedachte. 'Nee. Ik ga niet naar Houston rijden.'

'Dan gaan we op z'n minst de snelweg op,' houdt Dusty vol. 'Dat is niet zo eng, het is alleen maar rechtdoor rijden. Eigenlijk is dat het makkelijkste wat er is.'

De snelweg naar mijn hartWhere stories live. Discover now