Parasiet

7 0 0
                                    


Voorzichtig brengt hij zijn mond naar mijn hand en blaast erop. Zijn warme adem kietelt tegen mijn huid. Dan legt hij mijn hand tegen zijn borst. Ik voel zijn kloppende hart en mijn hand wordt steeds warmer. Snel trek ik mijn hand weg. Een grote, blauwe vlam laait op: de grootste die ik ooit heb gemaakt. Finns ogen lachen naar me door de vlammen heen.

"Vind je het niet gek?" vraag ik.

Hij kijkt me vragend aan. "Wat?"

Ik maak een gebaar met mijn hoofd richting de vlam in mijn hand.

"Dit," zeg ik. Hij lacht kort.

"Ik heb dit vaker gezien dan je dacht."

Er valt een korte stilte.


Ik schrik en knijp mijn ogen tot spleetjes. Ik schuif een stukje van hem weg. Mijn gedachten vliegen alle kanten op. Zou het dan toch? Is het mogelijk dat hij een... spion van de koning is?

"Alleen dan onbedoeld," gaat Finn verder. Mijn moeder..."

Dan vallen alle puzzelstukjes bij elkaar. Verschrikt sla ik mijn hand voor mijn mond.

"Is ze daarom...?"

"Dood?" zegt Finn. "Ja."

Zijn kaak trilt een beetje.

"En je vader?" vraag ik voorzichtig.

Hij kijkt me even aan. Zijn ogen worden donker.

"Hij heeft mijn moeder verraden. Hij heeft haar voor de Raad gesleept. Ze is ter dood veroordeelt." Finn balt zijn handen tot vuisten. "Daarna heeft hij zich bij het opsporingsleger van de koning gevoegd. Ik heb hem sindsdien nooit meer gezien. In het huis van mijn ouders was ik niet meer veilig. Ik sliep vaak in het bos en zwierf overdag door de stad, om de roddels over het koningshuis te horen."

Er valt een stilte.

De vlam in mijn hand schiet onrustig heen en weer, alsof het hoort waar we het over hebben.

Ik zucht en kijk naar de maan. Finn volgt mijn blik.

De maan blijft altijd de maan, in wat voor fase ze ook verkeerd.

"Mooi," merkt Finn op. Blijkbaar heb ik de zin hardop uitgesproken.

"Dat vertelde mijn oma me altijd, als het nieuwe maan werd," vertel ik hem. "Ik was altijd verontwaardigt als ik de maan niet kon zien, maar die zin stelde me gerust. Ik wist dat de maan weer terug zou komen."

Ik ben verbaast dat ik zoveel over mezelf vertel. Het voelt gewoon zo goed om met iemand te praten die me begrijpt. Misschien is het juist wel slim om ervoor te zorgen dat hij om mij geeft: des te kleiner de kans dat hij me voor de Raad sleept.

"Finn?" vraag ik. "Ik wil je iets laten zien."

Finn kijkt me nieuwsgierig aan van opzij. Hij knikt.

Met een snelle beweging draai ik de vlam om zijn as en mompel een spreuk. Finn knippert even met zijn ogen, alsof hij moet wennen aan het feit dat ik hier openlijk magie gebruik. Ik voel iets branden in mijn hoofd. De woorden van de spreuk dansen als muziek door me heen. Dan verschijnen de beelden. De vlammen vervormen zich. Ik bijt op mijn lip: ik ben bang voor wat ik te zien zal krijgen.

Ik zie mezelf. Ik lig op mijn rug en staar naar het plafond in mijn kleine kamertje.

In de vlammen zie ik hoe ik mijn ogen sluit. Ik mompel een paar woorden. Een helderblauwe straal vloeit uit mijn rechterhand. Ik laat hem neerkomen in mijn linkerhand, die het water absorbeert en er aan de andere kant weer uit laat komen. Ik lach hardop en laat het water dansen in mijn handpalm. Eén van de stralen laat ik in mijn mond terecht komen. Het koele water stroomt door mijn keel. Ik zucht genietend.

Plotseling stormt mijn oma de kamer binnen. Even blijft ze geschokt staan. Dan beent ze, schichtig om zich heen kijkend, op het bed af. Ik spring overeind. Grootmoeder heeft zich nog nooit zo paranoïde gedragen. In het dorp staat ze bekend als een rustige, lieve vrouw.

"Enid," fluistert ze dwingend. "Doe dat onmiddellijk weg."

"Waarom?" vraag ik haar. Haar ogen staan treurig. Vlug laat ik het water wegzakken in mijn linkerhand. Het komt niet meer terug.

Het bed, grootmoeder en zijzelf verschrompelen en verdwijnen in de vlammen. Een nieuw beeld ontstaat in het blauwe vuur. Ik deins achteruit en wend mijn blik af. Vanuit mijn ooghoeken kijk ik mee. Ik zie hoe ik met het water uit het stroompje voor het huis speel. Ik gier van het lachen als ik de controle verlies over een waterstraal en hij in mijn gezicht plenst. Oma is er vandaag niet, dus hoef ik me geen zorgen te maken of ze ziet wat ik doe. Ik weet nu precies hoe ik het water het beste kan oproepen. Elke keer als ik het probeer, komt er meer en helderder water tevoorschijn.

Plotseling kraakt er een deur en stormt mijn moeder het kleine, houten huis uit. Ze loopt met woedende ogen op me af.

"Mijn bloedeigen dochter!" krijst ze. Ruw pakt ze mijn arm vast en trekt me omhoog. "Mijn bloedeigen dochter is een ziektekiem. Een parasiet!"

Verbaast kijk ik haar aan.

"Ik had het kunnen weten. Ik had het kunnen weten," mompelt ze, meer tegen zichzelf dan tegen mij. "Meekomen. Ik wil dat niemand dit te weten komt." Ze spuwt de woorden naar me toe.

In de vlammen zie ik hoe mijn moeder me naar de schuur sleurt en een zweep pakt. Ze slaat me tot mijn gezicht begint te bloeden. Het enige waar ik aan kan denken is de dwingende toon van mijn grootmoeder, toen ze mij met het water zag spelen in mijn slaapkamer. Het bloed druipt over mijn armen en benen en ik smeek mijn moeder te stoppen.

"Parasieten als jij horen hier niet thuis, op aarde," sist ze naar me. Haar ogen schieten vuur. Dan bergt ze de zweep op en dwingt me haar aan te kijken.

"Naar de raad," snauwt ze. "Waag het niet ze te vertellen dat je mijn dochter bent." 

Text copyright © Isegrimmm ™ 2019-

The moral right of the author has been asserted. All rights reserved. This story is publishes subject to the condition that it shall not be reproduced or retransmitted in whole or in part, in any manner, without the written consent of the copyright holder, and any infringement of this is a violation of copyright law. A single copy of the materials available in this story may be made , solely for personal, noncommercial use. Individuals must preserve any copyright or other notices contained in or associated with them. Users may not distribute said copies to others, whether or not in electronic form or in hard copy, without prior written consent of the copyright holder of the materials.


Last of her kindWhere stories live. Discover now