hoofdstuk 9: raadsels...

Começar do início
                                    

And if you're homesick, give me your hand I'll hold it

People help the people

Nothing will drag you down

Oh and if I had a brain, oh and if I had a brain

I'd be cold as a stone and rich as the fool

That turned all those good hearts away''

ik zong het laatste stukje op mijn best en liet de tonen extra lang meegaan. ik opende mijn ogen en keek gelijk in de rode ogen van Joseph. 

''whaa! Joseph!'' schreeuwde ik naar zijn hoofd. hij grinnikte omdat ik zo schrok door hem. ik stond op en ging naast de piano staan.

''normaal schrik je niet van mijn rode ogen. what's going on, girl?'' vroeg hij op een vaderlijk toontje en leunde over de vleugel naar me toe.

''niks.'' loog ik snel. ik boog mijn hoofd weg, als ik ergens slecht ik was is dat liegen wel.

''Avery, kom op.'' zei hij wat serieuzer. ik had zo'n gevoel dat ik het moet vertellen wat er net gebeurde, maar ik weet dat als ik het vertel hij me nooit meer alleen naar huis laat gaan. maar zijn blik bleef de mijne doordringen. ik wende mijn gezicht van hem af omdat ik weet dat ik het zal vertellen zodra ik zijn 'dodelijke' blik zie.

ik hoorde Joseph zuchtten en de kamer uit lopen. ik gleed met mijn hand over de zwarte vleugel en ging er weer achter zitten en speelde dat dramatische deuntje: TA Ta taaaaa....... ik kon het niet laten, perfecte timing toch?

zuchtend verliet ik de kamer en ging naar mijn eigen kamer waar ik nog snel even mijn huiswerk maakte. ik was er niet met mijn hoofd bij, die was bij vanmiddag. misschien was het Daniel wel, maar het kan natuurlijk ook iemand anders zijn. het schiet me nu pas te binnen dat Joseph en William vaak gaan 'jagen'. in de zestien jaar dat ik hun ken hebben ze nog nooit zoveel gejaagd.

*

na mijn luxe maaltijd (lees: afhaalchinees) ging ik naar boven. ik móést weten wie mij had gered. Joseph en William zullen ongetwijfeld vanavond weer gaan jagen. ik ging op mijn bed zitten en bedacht een plan in mijn hoofd. het plan kan alleen doorgaan als Joseph én William vanavond weg zijn.

''Hey Avery,'' Joseph stond tegen de deur aangeleund. ik keek naar hem en lachte.

''hey.'' zei ik kort. 

''William en ik gaan zo even jagen. we zijn rond half twaalf terug, goed?'' yes! ik knikte braaf. Joseph liep de kamer uit, nu gaat mijn plan door. al had ik niet echt een plan. ik ga gewoon naar buiten en kijk of ik iets kan vinden. ik moet toegeven, niet het beste plan ooit maar wat heb ik te verliezen? oké, misschien dood een wild dier me maar dan zien we wel verder.

na een paar minuten hoorde ik de voordeur dichtgaan. ik had me er al op voorbereid om een zwarte broek en een zwarte sweater aan te doen. ik deed mijn haar in een hoge staart en keek naar buiten. het was acht uur en al redelijk donker. de kans is één op miljoen dat ik iets vind maarja, met zo'n saai leven moet je iets te doen hebben.

ik keek nog even voor de zekerheid of Joseph en William al weg waren. ik liep naar buiten en kwam gelijk in aanmerking met de koude wind. ik verborg mijn hoofd in mijn sweater en zette de capuchon op. ik liep -voor mijn idee- naar het oosten. ik bleef goed kijken waar ik liep, niet dat ik weer een slang tegenkom wat dat verhaal kennen we al...

na tien minuten rond wandelen ( rustig, ik weet waar ik ben) vond ik rode vlekken op de grond, bloedvlekken. ik bukte om ze beter te bekijken. ze hadden de vorm van een druppel dus het slachtoffer bewoog toen die geraakt was. iets zei me dat ik hier weg moest. maar een ander deel niet. jullie kennen mij onderhand wel en weten ook dat ik daarom niet weg ga. 

~Sweet Vampires~Onde as histórias ganham vida. Descobre agora