23

3.2K 129 8
                                    

{Rose}

Met het zweet op mijn voorhoofd word ik wakker. Het feit dat Jason niet naast me ligt is apart. Of alleen al bij het idee dat we niets meer hebben. Wanneer ik een snelle blik op de klok werp, zie ik dat het bijna drie uur 's ochtends is. Ik stap uit bed en kijk naar de kapotte ketting op mijn nachtkastje. Er rolt een eenzame traan uit mijn oog. Half slapend loop ik naar de keuken waar ik wat water pak. Opeens hoor ik voetstappen waardoor ik automatisch naar de kleine gang loop.

'Matthew?' Hij kijkt verschrikt op. Al meteen neemt een verbaasde gezicht de verschrokken blik in.

'Waarom huil je?'

'Jason en ik zijn uit elkaar. Hij heeft me gebruikt.' Mompel ik zachtjes. Hij opent zijn armen en meteen verstop ik me erin. Alhoewel mijn beste vriendin hem leuk vindt, blijft hij een goede vriend van mij. Zijn hand gaat door mijn haar.

'Vind je hem nog leuk?' Ik knik en laat mijn hoofd vallen. 'Geef het dan wat ruimte.'

'Maar je vertrouwde hem niet. Waarom zeg je dit dan?'

'Ik ben erachter gekomen dat Jason mijn broer is. Wij mogen elkaar niet echt, maar toch het is mijn broer. En aangezien jij mijn beste vriendin bent, gun ik jullie alle geluk van de wereld.' Summer komt haar kamer uitlopen en als ze Matthew ziet, haalt ze snel haar hand door haar haren heen. Grinnikend loop ik terug naar de keuken waar ik mijn drinken pak. Jason heeft vertelt dat hij een broer had, maar heeft nooit gezegd dat het Matthew was.

'Matthew?' Hij komt de keuken binnenlopen. 'Kan je me uitleggen hoe het is gelopen toen jouw ouders weggingen?' Hij knikt. Ik ga op het aanrecht zitten en denk even terug aan gisteren. Toen zat ik ook hier, met Jason.

'Jason liep over straat en is dus opgevangen door dat ene weeshuis. Aangezien ik een jaar jonger was, moest ik van hem thuisblijven en dat deed ik ook keurig. Na twee dagen was Jason nog niet terug. Als een vijfjarig kind heb je geen idee wat je dan moet doen. Dus ik ben naar de buren gegaan. Ze hebben mij altijd al wel gemogen. Zij hebben mij opgevoed alsof ik hun kind was. Daarbij hebben zij ook mijn studie betaald. Jason werd als vermist aangegeven en na een aantal maanden hadden ze de hoop opgegeven. Iedereen dacht dat hij dood was. Toen ik hem laatst hier zag staan, merkte ik iets aan hem op en ik werd boos op hem. Deels omdat hij nooit teruggekomen is, maar ook gewoon omdat hij altijd al op zo'n kleine afstand gewoond heeft en niet heeft gezegd.'

'Wow.' Mompel ik zachtjes. Ik sla mijn ogen neer en kijk hem aan.

'Daarom zei ik dat hij niet te vertrouwen was.' Hij tilt me van het aanrecht af. 'Probeer maar wat te slapen.' Ik knik en voel zijn lippen tegen mijn voorhoofd. Gapend loop ik terug naar mijn kamer waar ik in bed ga liggen.

***

'Hey liefje,' glimlacht mijn moeder. 'Wat leuk dat je er bent.' Er verschijnt een zwakke glimlach op mijn gezicht. Ze trekt me in een knuffel waarna we naar de woonkamer lopen. 'Wil je wat drinken?'

'Thee graag.' Na een aantal minuten komt mijn moeder terug met twee dampende koppen thee. 'Mam.' Ze kijkt me aan en er beginnen tranen in mijn ogen te ontstaan. 'Het is uit tussen Jason en mij.'

'Liefje.' Mompelt ze zachtjes. Ze trekt me in een knuffel en gaat met haar hand door mijn haar. 'Wat is er gebeurd?' Vraagt ze na een tijdje. Ik pak de thee en neem een kleine slok. Mag ik vertellen over het project?

Het ProjectWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu