Hoofdstuk 22

308 19 0
                                    

We waren al vier van die grote deuren gepasseerd. Tony had ze allemaal met succes weten te kraken. Op het laatst had hij er zoveel handigheid in gekregen, dat hij de deuren binnen een minuut open kreeg.
"Nog even en we zijn buiten." Fluisterde Lucas.
"En dan?" Vroeg Natasha.
"Laat dat maar aan mij over." Tony kwam naast ons staan.
"Juich niet te vroeg. We zijn nog niet buiten." Ik sloeg de volgende hoek om.
"De Captain heeft gelijk. Jullie zijn nog niet buiten." Midden in de gang zag ik Irene staan.
"Laat ons met rust." Riep ik.
"Echt niet." Schreeuwde Irene. "Jullie moeten terug naar jullie cel."
"In je dromen." Ik viel Irene aan. Ze gilde en haalde naar me uit. Behendig ontweek ik haar. Ik sloeg haar op haar kaak. Ze schreeuwde het uit van pijn en worstelde zich los.
"Steve?" Riep Natasha.
"Zorg dat Tony de laatste deur kraakt." Riep ik. Ik vloog weer op Irene af. Mijn handen sloten zich om haar keel. Ik kneep. Ze maakte gorgelende geluiden en stribbelde steeds minder tegen. Ik bleef knijpen tot haar ogen wegrolden in hun kassen. Ik liet de bewusteloze Irene op de grond vallen en rende naar de rest.
"We moeten opschieten." Hijgde ik.
"Tony doet zijn uiterste best." Zei Natasha.
"Laat hem dan nog harder zijn best doen." Viel ik naar Natasha uit.
"Gelukt!" Hoorden we Tony roepen.
"We moeten rennen!" Riep Lucas naar ons.
Ik wachtte geen seconde langer en begon te rennen. Natasha stoof achter me aan. We sloegen de hoek om en zagen Lucas en Tony voor ons uit rennen.
Ik begon te sprinten. Vlak voor de uitgang haalde ik ze in. Achter ons waren de geluiden te horen van rennende mannen.
"Sneller!" Riep Natasha. Ze rende ons voorbij en door naar buiten. Daar bleef ze besluiteloos staan.
"Deze kant op!" Tony nam de leiding. Hij rende het terrein over. We volgden hem. Voor een grote Land Rover bleef Tony staan.
"We moeten rennen. Straks halen ze ons in." Lucas was buiten adem.
"Geen paniek." Zei Tony. Hij pakte een steen van de grond.
"Wat ben je van plan?" Natasha keek om en tikte me aan. "Ze komen." Hijgde ze.
"Tony, wat je ook van plan bent," Zei ik. "doe het nu!"
Tony gooide het raam van de Land Rover in en stak zijn hand naar binnen.
"Shiet op!" Riep Lucas.
"Nog even." Zei Tony. Hij was duidelijk op zoek naar iets.
"Sneller!" Jaagde Natasha Tony op.
"Even wachten." Tony haalde zijn arm open aan de glasscherven.
"Ze zijn er bijna." Fluisterde ik.
"Hebbes!" Riep Tony. Het portier ging open. Snel klom hij naar binnen en kroop achter het stuur.
Ik duwde Lucas en Natasha ook de auto in. Ze draaide zich naar mij om en trokken me naar binnen.
"We hebben niet veel tijd meer!" Lucas keek uit het raam. Onze ontvoerders waren nog maar een paar meter van de auto verwijderd.
"Stil!" Riep Tony. Hij zat te rommelen in het dashboard.
"Wat ben je aan het doen?" Vroeg Natasha. "Geef gewoon gas!"
"Houd allemaal jullie kop!" Riep Tony.
We hielden onze mond. Ik hoorde een geluidje en zag Tony in de weer met verschillende draden.
"Yes!" Riep hij. Hij pakte het stuur vast en gaf gas.
Lucas, Natasha en ik werden omver geduwd.
"Wie heeft jou leren rijden?" Riep Lucas.
"Mijn vader." Tony schakelde over naar een hogere versnelling.
"Wat was dat voor vader?" Vroeg Lucas.
"Eentje die van auto's hield." Antwoorde Tony. Hij maakte een scherpe bocht en slingerde tussen twee geparkeerde auto's door.
"Je was vast nog geen achttien toen je leerde rijden." Lucas keek of we achtervolgd werden.
"Ik weet niet meer hoe oud ik was." Zei Tony. Hij maakte weer een bocht en racete het terrein af.
"Zeker geen achttien." Besloot Lucas. Hij liet zich terug op de achterbank vallen.
"Ze zitten vlak achter ons." Rapporteerde ik.
"Niet voor lang meer." Tony reed van de weg af, de woestijn in.
"Ken je de weg?" Vroeg Lucas bezorgd.
"Nope!" Tony maakte een wijdse bocht en reed recht op onze achtervolgers af.
"Ik denk niet dat dit een goed idee is." Natasha trilde een beetje.
"Vertrouw me." Zei Tony. Hij schakelde naar de hoogste versnelling en gaf gas.

Steve Rogers: I Love Him (2)Where stories live. Discover now