Hoofdstuk 16

348 19 0
                                    

Het busje stopte en iemand maakte de deur open. Ik werd naar buiten geduwd door de man die bij ons in het busje had gezeten. Achter mij hoorde ik Tony een geschrokken kreet slaken. Ik keek om en zag dat Tony werd meegenomen door vier bewapende mannen.
"Tony!" Riep ik. Hij hoorde me niet. Ik wilde achter hem aan gaan.
"Niet zo snel!" Riep iemand en ik werd tegen gehouden. "Jij gaat met ons mee." Ik werd meegetrokken. De afstand tussen Tony en mij werd steeds groter.
Met tegenzin liet ik me afvoeren.
We liepen op een groot fort af. Het lag midden in de woestijn. De mannen die mij escorteerde liepen naar binnen. Ik kon niet anders dan hun volgen.
We kwamen in een grote hal. Er lagen marmeren tegels op de grond wat zorgde voor een aangename koelte na die drukende hitte van buiten.
Ik werd een gang in geleid. Aan beide kanten waren deuren met nummers erop. Het leek wel een gevangenis. Overal liepen bewakers.
Ik probeerde de route te onthouden, maar na de tiende gang raakte ik het spoor bijster.
We sloegen weer een hoek om en kwamen in een nieuwe gang. Aan het einde van de gang was een grote, zwaarbeveiligde deur. We waren er al zeker vijf tegen gekomen. Eén van de mannen liep op het controlepaneel af en liet zijn vingerafdruk scennen. Hij sprak ook iets in.
"Stem herkent." Zei een metaalachtige stem. De deur ging open. Ik kreeg een duw in mijn rug en werd weer aangespoord om verder te lopen.
Na nog twee gangen en drie zwaarbewaakte deuren stopten we voor een deur. Deze deur was anders. Hij zat haverwege een lange gang. De deur was van metaal en groen geverfd. De deur werd open gemaakt. Iemand maakte mijn boeien los en duwde me naar binnen. Met een luide 'KLIK' viel de deur achter me in het slot.
Ik masseerde mijn polsen en keek om me heen. Ik stond in een redelijk grote ruimte. Aan het plafond hingen felle TL-buizen. De vloer was van glad beton en de muren waren ooit wit geweest. Nu hadden ze een vieze kleur. Het viel me op dat er geen ramen waren, zelfs niet in de deur.
Teneergeslagen liet ik me tegen de muur op de grond zakken. Waar was ik, waar was Tony en waar was Natasha? Ik wist het niet. Ik liet mijn hoofd in mijn handen rusten. Ik was moe en bang tegelijk. Wat was er gebeurd en wie was die baas die Tony zo graag wilde spreken?
Piekerend viel ik in slaap.

Ik werd gewekt door geluiden van de gang. De deur van mijn cel werd open gedaan. Ik keek recht in de loop van een geweer.
"Handen omhoog!" Riep de man die het geweer vast had.
Ik deed mijn handen omhoog en keek belangstellend toe. Natasha werd binnen gebracht. Ze zag er uitgeput uit. "Natasha!" Riep ik.
"Kop dicht!" Riep de man. Hij hield zijn geweer nog steeds op mij gericht.
Natasha werd voorzichtig neergelegd door een tweede man. "Sorry." Mompelde hij tegen Natasha. De mannen verlieten de ruimte.
Ik luisterde hoe de voetstappen wegstorven. "Natasha?" Ik kroop naar haar toe.
"Steve?" Ze opende haar ogen en keek me recht aan. "Je wil niet weten hoe blij ik ben jou te zien."
"Vast niet zo blij als ik ben om jou te zien." Antwoorde ik.
Natasha's blik werd donker. "Is Tony hier ook?"
Ik schudde mijn hoofd. "Nee, ik wilde net vragen of jij wist wat ze met Tony van plan zijn."
"Ik heb geen idee." Natasha klonk bezorgd.
"Jij hebt slaap nodig." Ik keek streng naar Natasha. "Je ziet er uitgeput uit. We kunnen nu toch niks voor Tony doen."
Ze knikte. "We kunnen alleen duimen dat het goed komt."
"Ik heb slecht nieuws." Zei ik tegen Natasha.
"Wat?" Natasha begon in paniek te raken.
"Er zijn hier geen bedden." Zei ik.
"Dat valt te overzien." Natasha probeerde op te staan.
"Laat me je helpen." Ik trok Natasha terug op haar benen.
"Bedankt." Ze liep naar de plek waar ik net had gezeten. In alle rust ging ze zitten. Ik liet me naast haar zakken.
"Je kan mijn schoot als kussen gebruiken." Bood ik aan.
"Dat hoeft echt niet." Sloeg Natasha het aanbod af.
"De vloer hier is echt hard." Hield ik vol.
"Oké dan." Natasha legde haar hoofd op mijn schoot. Binnen drie minuten sliep ze. Ik zag haar buik langzaam rijzen en dalen.
"Welterusten." Fluisterde ik.

Steve Rogers: I Love Him (2)Where stories live. Discover now