Hoofdstuk 8

121 17 8
                                    

Voorzichtig knipte ik het licht uit en ik trok een klein sprintje naar mijn bed. Ondanks dat ik niet echt bang voor het donker was, had ik het toch niet zo op dat kleine stukje van mijn lamp naar mijn bed. Het voelde altijd alsof er allemaal enge monsters aanwezig waren, die tot leven kwamen zodra ik de lamp uitknipte. Wanneer ik dan in mijn bed lag was alles opgelost. Dan leken ze te verdwijnen als sneeuw voor de zon.

Na een paar keer gebotst te zijn, lag ik uiteindelijk in bed. Het was een erg gezellige avond geweest, waarin ik veel had gelachen met Ashton. Uiteindelijk had hij mij ook naar huis gebracht, wat ik superaardig van hem vond. Doordat we zoveel hadden gedronken duurden onze reis van een kwartier, nu plotseling twee uur. Het was nu ongeveer zes uur en ik was dood op. Zodra ik zou gaan liggen, zou ik weg zijn. Dan was ik in een land aangekomen waar alles veel mooier was: dromenland. Ik kon niet wachten tot ik daaraan kwam.

Ik trok net de deken over me heen, toen ik plotseling de deurklink hoorde. Ik schrok overeind en keek verbaasd naar de deur. Ik keek even snel om me heen, maar mijn knuffelaap op mijn bed leek het enige wapen binnen handbereik. Ik pakte de aap vast en kneep er stevig in. Ik wist niet wat ik enger vond: een eng monster, of mijn ouders die mijn kamer binnenkwamen gestormd. Ik hoopte vurig op het eerste, bedacht ik me giechelend.

Toen de deur openging, zag ik echter geen van beide. Met een verbaasde blik trok ik het paarse dekbed nog iets dichter naar me toe. Ik had besloten om alleen mijn pyjamashirt aan te trekken, iets waar ik nu spijt van had. Het zwart-wit gestippelde ding leek plotseling niet meer zo gepast. Luke bleef heel even in de deuropening staan. Het licht dat naar binnenviel straalde achter hem. Als een engel stond hij in de deuropening geleund. Hij had geen shirt aan, waardoor zijn spieren nu helemaal zichtbaar waren. Ze zagen er precies zo uit als dat ik had gedacht. Zijn kaken zaten strak op elkaar en hij keek me aan. Hij keek me aan met een verdrietige, misschien wel teleurgestelde blik. Natuurlijk was hij teleurgesteld. Zijn zusje had hem in de steek gelaten.

'Dale,' fluisterde hij. Zijn stem zo donker als dat het buiten was. Hij keek achterom, zette een stap naar voren en sloot vervolgens de deur. 'Waar ben je geweest? Iedereen was super ongerust!'

Zijn haren stonden alle kanten op en zijn gezicht zag er moe uit. Ik moest lachen van het aanzicht en Luke die zich zo druk stond te maken midden in mijn kamer. 'Ach, ik ben toch thuis, is dat niet wat telt?'

Luke liep naar me toe en ging ongevraagd op het randje van mijn bed zitten. Ik trok al mijn lichaamsdelen nog iets verder naar me toe, totdat het niet meer verder kon.

'Ben je alleen naar huis gegaan?' vroeg hij bezorgd.

'Maakt dat wat uit?' Giechelde ik. 'Misschien heeft een hele leuke jongen mij wel thuis afgezet.'

'Ben je alleen naar huis gegaan?' vroeg hij nog een keer. Ik kon aan zijn ogen zien dat hij het helemaal niet grappig vond. De alcohol in mijn lichaam raasde alle kanten op. Ik had het warm en was duizelig. Ergens vroeg ik me af hoeveel ik hier morgen nog van kon herinneren.

'Nee, ik ben alleen naar huis gegaan en onderweg nog aangevallen door een stel jongens.' Lachte ik hard. Het was verre van grappig, maar toch schaterde ik het uit.

'Dat is niet grappig Dale. Je ouders maakten zich ongelofelijk veel zorgen.' Luke keek me boos aan, maar ik zag het niet. Het enige wat ik zag waren zijn stralende blauwe ogen. Het enige wat ik zag, mocht ik niet zien. Ik had echt teveel gedronken.

'Dat is dan de eerste keer dat ze dat doen,' lachte ik. 'Ik weet niet eens of ze dat wel kunnen. Zorgen maken, misschien moet ik ze eens uitleggen wat dat echt is. Of ze hebben het nu al gevoeld. Ja, dat hoop ik. Ik hoop-' Luke onderbrak mijn woordenstroom.

InvisibleWhere stories live. Discover now