H55: Een wedstrijd om nooit te vergeten

2.9K 228 231
                                    

Het was haast een griezelige bedoening: de gedeelde slaapkamer in het Rousseau was tot op het kleinste troepje aan toe opgeruimd. De gordijnen waren uitgewassen, de bedden strak opgemaakt en de kasten met een doekje afgenomen. Het enige waar men nog aan had kunnen zien dat hier mensen woonden, waren de dozen en tassen die op de voeteneindes stonden.

'Wat een raar idee dat dit onze laatste nachten hier ooit zijn. Vorig jaar moesten we ook opruimen, maar dit is zo… definitief.’ Josephine slaakte een diepe zucht en gooide haar zwemtas over de schouder.

'Ik weet het,’ zei Louise. ‘Echt een vreemd idee. Volgens mij is het hier nog nooit zo netjes geweest. Char heeft zelfs de kneedgum waarmee ze de posters had opgehangen weggehaald. Heeft ze ook nog nooit eerder gedaan.’

'Ik weet het.’

Iets wat beteuterd keken mijn twee vriendinnen naar de kamer die zes jaar hun thuis was geweest. Ze hadden nog vier nachten voor de boeg, maar de school had verlangd dat het meeste voor maandagavond was opgeruimd. Aanstaande vrijdag was de diploma-uitreiking van het Rousseau al. Die avond zouden alle meiden met hun ouders mee terug naar huis gaan. Voor het eerst in een lange tijd zouden ze weer alleen in hun gigantische slaapkamers slapen. Zouden ze weer alleen ontbijten en alleen leven.

En ze zouden elkaar vreselijk missen. Dat wist ik zeker.

'Nou,’ zei Josephine, 'zullen we dan maar gaan? De meiden en Lucas zullen denk ik al beneden zijn. We brengen Imke’s kleren later wel langs, dan staan ze ook niet in de weg op jullie kamer.’

'Is prima,’ zei ik.

Ik volgde de meiden de slaapkamer uit en keek nog één keer achterom. Dit kon wel eens de laatste keer zijn dat ik hier kwam. Hoewel ik hier niet zes jaar lang gewoond had, was het wel degelijk een thuishaven geweest. Hier had ik gewoon mezelf kunnen zijn in plaats van dag in dag uit toneelspelletjes te moeten spelen voor de hele school.

Ik trok de deur achter me dicht. Het was goed zo.

Gwen, Gemma en Charlotte begonnen te joelen toen we eindelijk beneden kwamen. Gwen bonkte hard op de ramen van Louise’s Mini.

'Hé, als het glas breekt, mag je het zelf terugbetalen,’ schreeuwde Louise, voor ze op een holletje richting haar autootje rende. 'Ik geef jullie ook nóóit meer mijn autosleutels.’

Ik barstte in lachen uit, maar stikte bijna ik mijn eigen lach doordat er op nog geen twee meter van me af iemand luid begon te toeteren.

Lucas rolde zijn autoraampje naar beneden.'Ben je daar eindelijk, slakje?’

'Ook een goede morgen.’ Met een grijns van oor tot oor ging ik op de bijrijdersstoel zitten. Tevreden zette ik mijn ronde zonnebril op mijn neus en klikte ik mijn gordel vast.

'Nu vind je het zeker niet zo erg meer dat je vanmiddag niet hoeft te voetballen.’ Hij tikte op het dashboard. 'Het is nu al dertig graden en vanmiddag wordt het nog een stuk warmer. Ik snap echt niet waarom ze dit soort toernooien altijd nu pas doen. Begin mei lijkt me veel aangenamer.’

'Ach Ja. Ik had het niet zo erg gevonden, hoor.’ Al was het zwembad nu inderdaad een stuk aangenamer.

Het was de bedoeling dat we 's ochtends even een plons gingen maken, om vanmiddag door te rijden naar het Hutchford voor het toernooi. Volgens Lucas zou dat echt nog een heel ding zijn: hij had foto’s gemaakt van grote witte opzettenten, verplaatsbare tribunes en eetkraampjes. Josephine en Louise vonden het ook altijd erg leuk, zeiden ze. Het was zelfs zo dat de leerlingen van het Rousseau 's middags vrij waren om daar heen te kunnen gaan. Ik zou het allemaal wel zien.

Lucas startte de motor en verliet de parkeerplaats van het Rousseau-terrein. 'Leuk weekend gehad?’ vroeg hij.

'Ja hoor,’ zei ik. Naast onze massaschoonmaak hadden we ook films gekeken, in de tuin zitten zonnen, gewinkeld en bij de snackbar gegeten. Langzaam begon ik het zomervakantie-gevoel van begin dit jaar weer terug te krijgen.

De abstracte kant van liefde (✔)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu