H21: Ramptoeristen en spareribs

3.7K 264 113
                                    

Lucas begon langzaam te wennen aan onze bezemkastslaapkamer. Op de derde ochtend kon hij zelfs naar me glimlachen, voor hij aan de ijzeren stangen begon te trekken. Ik donderde bijna uit het stapelbed. Lucas leek op vakantie 's ochtends wel een klein kind.

'Opstaan, Imke. We gaan naar Amsterdam vanochtend.'

Ik begon bijna zijn wekker te missen.

Gapend kwam ik uit bed gekropen. De geur van eieren, spek en warme bolletjes kwam vanuit de keuken naar binnen gewaaid. In de afgelopen dagen was ik iets te erg aan de luxe van een goed ontbijt gewend geraakt

De rest zat al aangekleed aan tafel. Zelfs Louise, die normaal gesproken het tempo van een slak had in de morgen, was al netjes opgemaakt. Ze zat neuriënd een broodje te smeren.

'Kunnen we alsjeblieft naar het Rijksmuseum gaan?' vroeg Lucas bijna smekend. 'Ik ben nu al zo vaak in Amsterdam geweest, maar ik ben er nog nooit naar binnen gegaan.'

'God nee,' kreunde Louise. 'Als je kunst wil zien, wil ik ook wel even wat voor je op een papiertje krassen. Kunnen we gaan shoppen? Ik moet écht een nieuwe broek hebben.' Ik geloofde niet helemaal in haar broekennoodzaak, maar ik besloot mijn mond erover te houden.

Nog voor ik mijn broodje goed en wel ophad, werd er al op de deur geklopt. Josephine snelde naar de voordeur, om de familie binnen te laten. Levi bleek zo mogelijk een nog grotere stuiterbal te zijn dan Josephine vanmorgen. Hij rende een rondje om de bank, remde vlak voor de eettafel en sloeg bijna mijn broodje uit mijn hand.

'Nu ga jij bij ons in de auto,' zei Levi, wijzend op mij. 'Allemaal om de beurt.'

Ik zag vanuit mijn ooghoek dat Louise op het punt stond om te gaan protesteren.

'We kijken straks wel wie bij wie in de auto gaat, Levi,' zei Chris vlug. 'Laat Imke eerst haar ontbijt maar opeten.'

'Ik vind het prima, hoor,' zei ik, mezelf en de rest verbazend. Christian trok een verbaasde wenkbrauw op. Na onze zwembadruzie hadden we elkaar zoveel mogelijk ontweken. We waren allebei te koppig om onze excuses aan te bieden, dus zeiden we gewoon niets meer tegen elkaar.

Levi keek alsof ik zojuist zijn leven had gered. Ik werd zowel van hem als zijn broer een beetje ongemakkelijk.

De voor mij vertrouwde hoofdstad kwam stukje bij beetje in zicht. Levi had mijn koptelefoon op en murmelde mee met de voor hem onverstaanbare liedjes. Ik keek met mijn hand onder het hoofd door het raam naar buiten. Voorin zaten meneer en mevrouw Claudel te kibbelen over de juiste weg, hoewel de route echt duidelijk aangegeven was.

'Imke?' Christian wrong zich in een vreemde houding om me aan te kunnen tikken. 'Jij woont toch in Amsterdam? Of heb ik dat verkeerd begrepen.'

'Gedeeltelijk. Mijn vader woont in Amsterdam, mijn moeder niet.'

'Gaaf,' zei hij. Hij drukte zijn hoofd weer tegen de hoofdleuning. 'Het lijkt me echt vet om in zo'n grote stad te wonen.'

'Geloof me, er is niet veel aan. Ik heb er op de basisschool gezeten en ben er niet voor niets weggegaan. Voor ik naar België vertrok, heb ik in mijn moeders buurt op school gezeten.'

'O,' zei hij. 'Oké. Maar in het weekend woon je dan bij je vader.'

'Ja, dat klopt.' Christian knikte nadenkend en sloot daarna zijn ogen.

Blijkbaar was ons gesprek afgelopen.

Nadat we, tegen mijn advies in, ergens in een minuscule garage geparkeerd hadden, kwam de familie weer bijeen. Levi gaapte uitgebreid en trok de koptelefoon van zijn hoofd.

De abstracte kant van liefde (✔)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu