Hoofdstuk 9

3.9K 326 102
                                    

Een dag later werd er een feestmaal georganiseerd om de komst van prins Eden te vieren. Genesis had verwacht dat Duvall erop zou hebben gestaan om de prins in het geheim weer te laten verdwijnen, maar de blonde jongeman zelf had niets liever gewild dan een beetje vreugde in de school te mengen.

Daarom zaten de leerlingen nu allemaal zwijgend aan tafel, terwijl ze wachten op de komst van de prins. Genesis had het voorval met Duvall en Eden niet aan haar vrienden verteld, maar wel aan Lupen. De wolf had meteen gevoeld dat ze van de kaart was geweest toen ze trillend en verward in haar slaapkamer was gearriveerd.

Hij had haar gelikt tot ze hem had verteld wat er was gebeurd en hij had haar verteld dat ze het zich niet zo moest aantrekken.

Dat was makkelijker gezegd dan gedaan, want zelf nu kon Genesis aan niets anders denken dan aan de beweringen van prins Eden, de woede van Duvall en uiteindelijk het contrast met de tederheid van zijn zachte lippen. Hoe kon iemand die zo emotieloos was, zo zacht zoenen?

Opnieuw kleurden haar wangen rood en geschrokken staarde Genesis naar haar ongevuld bord. Aan de overkant van de tafel voelde ze de vragende blik van Rins op haar branden, terwijl Rowena een zwijgend gesprek met Corax voerde en Aster in stilte voor zich uitkeek. De jongen had bitter weinig gezegd, maar zijn trainingen en lessen verliepen tot ieders verbazing nog vlotter dan anders. De ketting die Solène hem had gegeven, hing om zijn nek en flakkerde in het licht van de toortsen. Genesis zag dat hij het sieraad geregeld aanraakte, zelf als hij vocht.

'Hoe voel je je?' Ze stootte hem aan.

Even dacht ze dat Aster niets ging zeggen, maar na een eindeloos moment gingen zijn lippen van elkaar en mompelde hij: 'Gaat wel. Met jou?'

'Met mij?' Verbaast trok ze een wenkbrauw op. Aster glimlachte triest. 'Met Syren?'

'O...' Genesis voelde een pijnlijke steek door haar borst trekken en ze beet nogal ongemakkelijk op haar lip, denkend aan de woedende blik in Syrens ogen en zijn mes dat langzaam in haar huid had gesneden, tergend traag en plagerig alsof hij met haar speelde. Ze onderdrukte een rilling. 'Dat valt wel mee.' Schokschouderend voegde ze eraan toe: 'Syren bestaat niet langer. Hij is nu een Daemon.'

Aster siste tussen zijn tanden door. 'Ik kan het nog niet helemaal geloven,' bekende hij en zijn hand ging opnieuw naar de ketting. 'Hij leek zo verliefd op je. Ik bedoel, alles was echt, denk ik. Zijn ogen straalden toen hij je zag en zijn lach leek zo oprecht dat Solène en ik er vaak over bezig waren, denkend hoe het zou zijn om zoals jullie te zijn.'

Onbedoeld deden zijn woorden meer pijn dan Genesis voor mogelijk had kunnen houden. Ze voelde hoe een scherpe steek zich in haar hart boorde en klemde haar handen hard rond het tafelblad, haar vingers in het hout drukkend. Syren was niet verliefd geweest, hooguit geïnteresseerd, en had haar alleen maar als dekmantel gebruikt. 'Daemonen hebben geen gevoelens, Aster.'

Aster fronste. 'Waarom denk je dat?'

'Je kent de verhalen toch zelf?' Genesis keek even om zich heen, iedere leerling apart bekijkend. Niemand zag er gevaarlijk uit. Ze waren gewoon jonge mensen, eigenlijk nog kinderen, die bij elkaar aan tafel zaten om te praten over koetjes en kalfjes. 'Als je een Daemon wordt, gebeurt dat doordat je alleen maar uit eigenbelang handelt. In het begin kan je je nog normaal onder de mensen en de wereld begeven, maar uiteindelijk wordt de drang naar het kwade zo groot dat je niets anders meer wilt doen dan de grenzen van je Gaven aftasten. Daemonen gebruiken duistere uithoeken van hun krachten, delen die verboden zijn.'

'Maar,' fluisterde Aster, met zijn wenkbrauwen wiebelend, 'de tijd stilzetten is ook niet toegestaan. Je mag hem hooguit vertragen. En ga me nu niet vertellen dat Duvall er gewoon goed uitziet voor zijn leeftijd want ik geloof niet dat hij nog maar achttien is.'

CLARA - De BegaafdenWhere stories live. Discover now