Floris

13 3 1
                                    

30 april 1589

De tranen stromen over mijn wangen. 'Ze gaat dood!' roep ik. Ik heb het bloedheet en ben gefrustreerd door de machteloosheid die ik voel. 'Laureen gaat dood.'

Mijn vader staat onmiddellijk op. 'Ach jongen, toch. Waarom denk je dat? We hebben hier de beste mensen.' Hij gebaart naar Lelia, Philette, Lily, Hecate en Diara die zonet nog druk bezig waren om naar een oplossing voor Laureens ziekte te zoeken, maar nu bezorgd naar mij kijken.

'Ze heeft bulten op haar lichaam. Het is de pest.' Ik slik en knipper verwoed met mijn ogen om de tranen tegen te houden, maar ze blijven maar komen. Ik kijk mijn vader smekend aan, alsof hij Laureen kan genezen. 'Ze mag niet doodgaan, vader. Ik weet niet wat ik zonder haar moet.'

'Ze gaat niet dood', zegt Lelia. De manier waarop ze het zegt, met zoveel overtuiging dat het niet klinkt alsof ze maar wat zegt om me tot rust te brengen, laat me hoopvol naar haar omdraaien. 'De pest is namelijk niet zomaar een ziekte.'

'Hoe bedoel je?' vraag ik terwijl ik mijn neus ophaal.

'Het is ketterij', antwoordt de bisschop.

'Juist', zegt Lelia. 'De pest is ooit door een duistere heksenkring gemaakt om mensen ziek te maken. Zij waren de enige die het tegengif van de ziekte hadden en lieten die arme mensen flink veel geld betalen om hun dierbaren te redden. Het is al een hele tijd geleden en alle verantwoordelijken zijn nu dood, maar ze waren niet zo dom om een ziekte te creëren waar ze zelf niet tegen kunnen.'

'Dus ze gaat niet dood?' vraag ik zachtjes, maar hoopvol.

Lelia schudt haar hoofd. 'Nee, ze gaat niet dood. Sterker nog: dit is al de tweede keer.'

'Ja, de eerste keer vielen we allemaal ten prooi aan de pest', zegt Lily. 'Het doet vreselijk veel pijn en het hielp niet dat Hecate dacht dat het zou helpen om zo hard mogelijk te krijsen.'

'Ik was drie jaar. Wat verwacht je?' roept Hecate verontwaardigd. Lelia verontschuldigt zich en loopt dan de troonzaal uit om bij Laureen te gaan kijken.

'Maar we moeten haar zo snel mogelijk uit het kasteel zien te krijgen', zegt mijn vader plots. 'Wat als ze ons allemaal besmet?'

Philette glimlacht beleefd. 'Maakt u zich maar geen zorgen, heer John. Heksen zijn niet besmettelijk tenzij ze een bepaalde spreuk uitspreken, maar niemand van ons kent die spreuk. Voor nu is het belangrijk dat we er achter komen of Laureen expres is besmet door een andere heks of dat Laureen per ongeluk is besmet door een onwetende burger die zelf nog geen symptomen had.' Philette kijkt me aan. 'Koning Floris, ik stel voor dat de bisschop en ik naar de heksengevangenis gaan om alle gevangenen uit te horen en dat u ondertussen met wat bewakers de omliggende dorpen gaat bezoeken om de dorpsbewoners te vragen of ze van pestgevallen afweten.'

'Dat is een goed idee, maar iemand anders gaat naar de dorpen. Ik wil hier blijven, bij Laureen.' Ik veeg de tranen van mijn wangen, opgelucht dat ik haar niet kwijtraak.

'Mijn koning, er is weinig wat u op dit moment kunt doen', zegt Lily. 'Het zal u goed doen als u er even uit bent en dan kunnen wij ondertussen aan het werk, doelgericht dit keer.'

Lelia komt de troonzaal weer binnen. 'Laten we beginnen met een pijnverzachtend drankje. Ik vroeg hoeveel pijn ze had en ze zei dat ze liever in de heksengevangenis gemarteld wordt dan dit. Dus dat zegt veel.'

Ik word misselijk. Ik klem mijn kaken stevig op elkaar om er niet iets doms uit te flappen. Ik ben gefrustreerd dat Laureen zoveel pijn heeft en dat ik niks kan doen om die te verzachten. Lelia of een van de andere heksen nu de schuld geven, is absoluut niet eerlijk. 'Hoe voelt het?' vraag ik. 'Om de pest hebben.' Ik heb medelijden met Laureen en wil zo precies mogelijk weten waar ze doorheen gaat.

'Alsof je verbrand wordt op de brandstapel', antwoordt Lily. 'Elke aanraking doet pijn: andermans vingers, de dekens en zelfs de lucht. Alles.'

'Maar ze komt er wel weer bovenop.' Philette schenkt me een bemoedigende glimlach.

'Ondertussen moeten we ervoor zorgen dat Laureen genoeg vocht binnenkrijgt', zegt Diara. Ze kijkt me met een ernstige blik aan. 'Anders kan het wel verkeerd aflopen. Wij heksen hebben dan wel een grotere kans om de pest te overleven, maar dat wil niet zeggen dat het niet gevaarlijk is.'

'Maar hoe doen we dat?' vraagt Hecate. 'Ze spuugt letterlijk alles weer uit.'

'Slokje voor slokje', antwoordt Diara. 'Geen heel glas in één keer, maar slokje voor slokje.'

Ik knik. 'Oké. Laureen is in goede handen. Dat weet ik. Ik vertrouw jullie. Ik zal naar de omringende dorpen gaan om rond te vragen.' Ik loop de troonzaal uit. Als ik door de gang loop valt mijn oog op de open deur in de bibliotheek. De Heksenval ligt nog op de tafel. Ik pak het op en draai het tussen mijn vingers. Het is veranderd. De blaadjes zijn veel groter geworden en dat terwijl we het helemaal geen water hebben gegeven. Waar voedt het zich dan mee?

Geertje, de moeder van Anna, komt ongemerkt binnen gelopen. Zodra ze het plantje ziet, slaakt ze een kreet en valt ze flauw. Geschrokken ren ik naar haar toe, maar Diara die haar gil heeft gehoord is me voor. 'Ben je nou helemaal gek geworden?' roept ze. 'Hou dat plantje buiten het kasteel! Altijd! Hoelang ligt dat hier al?'

'Een week.'

'Een week?!' roept Diara geschrokken. 'Dat is de oorzaak, Floris!' Ze pakt me bij mijn schouders beet en schudt me door elkaar. 'Van alles!' krijst ze in paniek.

'Dit plantje heeft Laureen ziek gemaakt?' Ik kijk Diara geschokt aan. 'Maar dan had ik toch gelijk! Ik vond dit plantje al verdacht, maar Laureen en de bisschop zeiden...'

'Ze konden het niet weten', onderbreekt Diara me. 'Maar ik heb dit plantje al eens eerder gezien. Ik heb dat onschuldig ogende plantje aan den lijve ondervonden. Het was Moira's favoriete plantje toen ze een tiener was.' Ze kijkt me doordringend aan. 'Ga naar het Donkere Woud en verbrand het. Voor jou kan dit plantje geen kwaad. Het is duidelijk Laureen die er slachtoffer van is. Als je terug komt, zal ik alles uitleggen maar ga nu!' Haar ogen boren zo diep in de mijne dat ik er haast bang van word. Ik heb Diara nog nooit zo bloedserieus gezien. 'Laat je niet misleiden door de schoonheid van dat plantje, want in zijn mosgroene blaadjes schuilt er duisternis.'


HeksenvalWhere stories live. Discover now