Moordvrouw - vermist

Angst

-Carla-

Ik schrik er zo erg van, woorden uitbrengen lukt mij niet meer. Fenna kijkt mij raar aan. "Wat is er?" vraagt Fenna. "uuhm eeh, ga maar even zitten Fenna" "okee, wat doe je ineens raar" zegt Fenna. Snel zit ik te denken hoe ik het aan Fenna moet brengen. Ik ga niet om de feiten heen en vertel het gewoon. "Fenna, ik moet je iets vertellen over Chiel Vos." Ik zie Fenna raar kijken en ik praat verder. "Fenna, weet je nog toen jij en Evert op een zaak zaten van Frank Vos?" "Uuh ja, die van die moord?" "Ja die, Evert schoot en daarna jij nog een keer en toen viel hij er dood bij neer. Jullie kwamen daarna weer hier op het bureau. De zaak was klaar omdat de dader overleden was." "Dus? dat is Frank Vos en de auto is van Chiel Vos." onderbrak Fenna mij. "Ja Fenna, daar kom ik nu op" "Vertel me alles Carla!" "De dag daarna kwam Liselotte aanlopen met een briefje in haar handen. Jij en Evert waren er nog niet. Liselotte kwam naar mij toe en begon voor te lezen; Beste blonde rechercheurs, de leegte in mijn leven is nu zo groot omdat jullie mijn broer hebben omgebracht . hij was alles wat ik nog had. En nu heb ik niks meer. Ik krijg jullie nog wel. Jullie gaan eraan! mvg Chiel Vos." Fenna trok helemaal wit weg maar ik besloot toch om mijn verhaal af te maken. "Waarschijnlijk heeft hij Evert nu" "CARLA!" schreeuwt Fenna. "Waarom hebben jullie hem niet vast gezet?" "We hebben hem nergens kunnen opsporen. Hij was gevlucht naar het buitenland. We moeten dus niet alleen in Nederland naar Evert zoeken maar ook in de landen rond ons heen." Fenna is helemaal wit weggetrokken en begint te huilen.

-Fenna-

Ik ben kapot van wat Carla zei. De kans dat we Evert vinden wordt dus steeds kleiner. Ik ren naar de wc en Carla komt na een tijdje naar mij toe gelopen. "We gaan er alles aan doen Fen, dat weet je. We gaan hem vinden." "Ja ik weet het maar ik ben nu gewoon ook bang. Ik heb tenslotte zijn broer doodgeschoten!" "Jij hebt gedaan wat goed was. Jij blijft de komende tijd met de meiden bij Frits en mij thuis, bij ons ben je veilig. Na het werk rijden we naar jouw huis en pakken we even jullie spullen in." "Is goed Carla, bedankt!" Ik spoel even mijn tranen weg en droog mijn gezicht af. Ik loop terug mijn bureau. Ik ga even zitten en doe iets anders dan de zaak van Evert. Normaal zit hij altijd tegenover mij. De leegte is gewoon te erg. Misschien zie ik hem wel nooit meer. Ik voel ineens twee warme grote handen op mijn schouders. Ik kijk om en ik zie Menno staan. "Hé Fenna. Hoe gaat het?" "Ach ja, het gaat. Ik mis hem alleen. En we gaan nogwel trouwen!" "Je kan altijd met mij praten hè." "Is goed Menno" Hij voelt onderhand als een soort vader. Met alles waar je mee zit kan je naar hem toe.

-Evert-

De kogel die op mij werd afgevuurd mistte mij net. Chiel wil nog een keer schieten maar hij heeft geen kogels meer. Ik wil dingen van hem weten. waarom zit ik in het buitenland? Ik ga gewoon proberen om het te vragen aan hem. "waarom zit ik hier in het buitenland? en in welk land!?" "Jij zit hierin Kroatië, toen je wegviel heb ik je meegenomen. niemand zal jou hier herkennen en niemand boeit het iets als er een buitenlander in de container ligt. toch niemand kent jou hier!" Ik zit te bedenken hoe ik hier nog levend weg kan komen. door zijn verhaal kan ik opmaken dat hij me wil gaan vermoorden. Chiel loopt de kamer weer uit en doet de deur op slot. Tegenover het raampje van de kamer waar ik in zit staat een tankstation. op het tank station staat een klok. het is 17:30, Ik zal zo wel eten krijgen hoop ik. ik zag zijn telefoon in zijn achterzak zitten. Als ik die er uit weet te vissen kan ik bellen.

Het is 17:56 en de deur gaat open. Chiel komt mijn kamer in en brengt mij eten. ik weet snel zijn telefoon uit zijn zak te pakken. Hij heeft niks door gelukkig. Hij loopt weg en doet de deur weer dicht. Ik bel het nummer van Fenna, die weet ik wel uit mijn hoofd. Als ik het nummer heb ingetoetst, gaat de deur weer open. Chiel komt binnen en als hij me door heeft schiet hij me neer. Hij heeft zijn pistool net getrokken hoorde ik. Hij kijkt mij boos aan en trekt zijn pistool uit zijn zak en richt het op me.. had hij mij door!?