9

175 2 0
                                    

Ik voel dat iemand me op tilt, maar ik hou mijn ogen gesloten en voel de tranen stromen. "Hailey?" Zegt de persoon. Ik open mij tranige ogen. "Nolan?". Ik kijk hem recht in zijn ogen. Ik voel een golf van vlinders droom me heen stromen. "Kom ik breng je naar..." . "Niet naar mijn kamer, alsjeblieft.." smeek ik hem. Hij gaat er niet tegen in en loopt met mij in zijn armen gangen in en trappen op. "Waar..." stamel ik. "Hoogheid, is dit wel?..". "laat me, open gewoon de deur, alsjeblieft" zegt Nolan tegen de wacht. Waarschijnlijk zijn wacht. De deur maakt de wacht open en Nolan loopt met mij naar binnen en dezelfde wacht sluit de deur weer. Nolan laat me voorzichtig los en kijkt me aan met zijn prachtige ogen. "Kan ik iets voor je doen?" Vraagt hij dan. Ik schud mijn hoofd van nee en begin opnieuw te huilen. Nolan komt naar me toe en trekt me tegen zich aan. Ik klem mezelf vast aan hem.

Met vermoeiende oogleden open ik langzaam mijn ogen. Ik herken deze plek maar al te goed, waar ik nu ben. In Nolan zijn kamer... Waarom heeft hij me hiernaar toe gebracht? Of beter waarom heeft hij me meegenomen? Ik merk dat er allemaal vragen door mijn hoofd aan het spoken zijn. Ik sta op uit het bed waarin ik lag en loop richting het balkon. Als ik de balkondeuren open zie ik Nolan over de reling bukken. "Hoi" stamel ik zachtjes. Nolan kijkt geschrokken op, waarschijnlijk hoorde hij me niet aankomen. "Hoe gaat het met je?" vraagt hij bezorgd. "Gaat wel, ik weet alleen niet meer heel helder wat er is gebeurd.." zeg ik. Nolan haalt zijn handen door zijn haren en loopt naar een stoel in zijn kamer en gaat zitten. "Er is heel wat gebeurd..." begint hij dan. Ik kijk hem bedenkelijk aan en ga tegen de deur opening van het balkon aan staan. "Hailey.. het is... ik had.. Als ik je niet was tegengekomen dan..." Ik merk dat hij een brok in zijn keel probeert weg te slikken. "Ik ben je oneindig veel dankbaar dat je me wel hebt meegenomen, en ik weet dat ik hier niet hoor te zijn.. Ik begrijp het als je me nu eruit zet" zeg ik dan. "Ho ho, wacht wat? Je hoort hier niet te zijn en ik ga je eruit zetten? Denk je dat echt?" vraagt hij dan en hij gaat rechtop staan. "Ik hoor hier niet te zijn, niet hier in deze kamer.. En ik ben niet wat je zoekt of waar je op hoopt, dat heb ik je al verteld" ratel ik op. Nolan schud zijn hoofd en stapt naar me toe. "Je bent meer dan wat ik hoop..." zegt hij terwijl hij me aankijkt met zijn prachtige ogen. Ik voel dat ik hem wil, maar het kan gewoon niet.

"Ze zullen zich vast afvragen waar ik ben" begin ik dan. Jeeetje Hail.. "Oh ja natuurlijk" zegt Nolan met een lach, maar ik hoor zijn teleurstelling. Ik maak een reverence en loop naar mijn eigen kamer. Zodra ik mijn kamer deur open merk ik dat er een nare sfeer hier hangt. Ik wil naar de badkamer lopen maar voel aan alles dat het niet fijn voelt. Opeens denk ik aan Terissa.. Wat is er met haar gebeurd? "Lady Hailey?" Hoor ik iemand vanachter de kamer deur zeggen. Ik loop naar de deur en open hem. "Will? Raya?" zeg ik verbaasd. "Je moet even zitten en naar ons luisteren" zegt Raya dan. Ik knik en laat hun twee naar binnen. "Terissa, ze is..." begint Raya dan. "Ze is wat, Raya?" Zeg ik wat gefrustreerd. "Ze is vanmorgen overleden aan haar verwondingen" maakt Will af. "We weten dat ze is onderschept door de troepen die hier gisteren ons zijn komen aanvallen. Ze hebben hier in jou kamer, in de badkamer een bom geplaatst en die is gisteren geactiveerd waarbij een enorme schok vrij kwam." Gaat hij verder. "WAT? Een bom? Hier!?" Schrik ik. "Waar was Ter dan?" Vraag ik. "Ze was hier in de badkamer toen paar mannen ook in de badkamer kwamen op het te activeren, waarschijnlijk is hebben ze haar grof weggedrukt en is ze verkeerd terecht gekomen." Zegt Raya met een pijnlijke blik. "Terissa zou je eeuwig dankbaar blijven voor het feit dat je haar daar weg hebt gehaald en hulp wou halen." Zegt Will als hij een arm om Raya legt. "Was de hulp er?" . "Nee, we vinden haar vanmorgen bij de ingang van het paleis.." zegt Raya terwijl er tranen over haar wangen rollen. Ik merk aan mezelf dat ik geen genoeg lucht kan krijgen en ren de kamer uit richting de tuin.

De Prins van Het DienstmeisjeWhere stories live. Discover now