~Sweet Vampires~

By _Mawraa

45.7K 2.1K 463

(WAS VAMP BROTHERS, TITEL VERANDERT) 'ik schrok wakker. het zweet zat overal. mijn haar plakte aan mijn hoofd... More

hoofdstuk 1: negen bomen
hoofdstuk 3: soms kan de kleinste verandering, je wereld op z'n kop zetten.
hoofdstuk 4: sto(r)m.
hoofdstuk 5: don't leave me, please.
hoofdstuk 6: not your fould.
hoofdstuk 7: real life dream
hoofdstuk 8: Ik hou van haar.
hoofdstuk 9: raadsels...
hoofdstuk 10: 'ohja, hij is ook nog eens een vampier'
BELANGRIJK!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!
hoofdstuk 11: kisses
hoofdstuk 12: roddels...
hoofdstuk 13: Alex Jones.
hoofdstuk 14: Elly en Robin Oliver
hoofdstuk 15: i need two persons in my life, Ben&Jerry.
hoofdstuk 16: bloedneus
hoofdstuk 17: one long night
hoofdstuk 18: waarom?!
hoofdstuk 19: zondag rust
hoofdstuk 20: totally not expected
hoofdstuk 21: Denkende
hoofdstuk 22: Return of his dark side
hoofdstuk 23: Poison and Mood Swings
hoofdstuk 24: Stupid

hoofdstuk 2: nachtmerrie's

2.3K 91 6
By _Mawraa

<video: Taylor Shift - save and sound>

Hoofdstuk 2


ik hield de hand van mijn moeder vast. ze glimlachte naar me. het was vrijdag avond en we zouden papa gaan ophalen van het werk. we stapten in de auto. mama zette mij in een kinderzitje achterin. ze deed de sleutel in het contact en reed rustig de straat uit. ik verheugde me zo op het weekend. dan zouden we naar Frankrijk gaan met z'n drieën. 'heb je zin in het weekend?' mama keek via de spiegel naar mij. ik knikte hevig. ze glimlachte terug. na een tijdje kwamen we aan op het werk van papa. hij stond al voor de deur van het grote gebouw op ons te wachten. 'blijf maar even in de auto zitten, Avery' zei mama. ze stapte de auto uit en liep naar papa toe. ik bleef rustig in de auto zitten en wiebelde met mijn voeten. opeens hoorde ik een gil. mama lach levenloos op de grond. papa keek angstig naar een grote jongen die dreigend op hem af kwam. 'mama! papa!' schreeuwde ik. maar mama en papa gaven geen antwoord. de grote jongen beet papa in zijn bovenarm waardoor papa dood neerviel. 'papa!' huilde ik. de grote jongen kwam heel boos op me af. ik huilde maar het hielp niet. hij kwam boos naar me toe. ik deed mijn ogen dicht. ik wilde dit niet zien. ik kon het niet aanzien. na een tijdje ging de autodeur open. geschrokken keek ik op. een jongen met donkerbruin haar, bruine ogen en een bleke huid stak zijn hand naar me uit. 'kom maar, die jongen is weg' zei hij geruststellend. ik wist niet of ik hem kon vertrouwen. maar ergens wist ik dat ik geen andere keuze heb. ik nam zijn hand aan. het voelde koud aan. hij hielp me de auto uit. de grote, boze, jongen was weg. bij het grote gebouw lagen mama en papa dood op de grond. ' mama, papa?' zei ik zacht. maar ze antwoordden niet. er stroomden weer tranen over mijn wangen. 'kom maar, het komt wel goed.' ze de jongen. hij keek me aan. ik denk dat hij zelf wel weet dat hij liegt. ik begon te schreeuwen zo hard als ik kon. maar niks ging weg. alles bleef op mijn netvliezen brandden.

'Avery! word wakker!'


ik schrok wakker. het zweet zat overal. mijn haar plakte aan mijn hoofd en nek dat voor een vies gevoel zorgde. 'Avery, alles goed? ik hoorde je schreeuwen.'' geschrokken keek ik naar William. hij stond naast mijn bed. ik zuchtte van opluchting. ''ja, het was maar een droom. zoiets dan.'' zei ik zacht. William keek mij medelevend aan. ik zuchtte. altijd deze droom. kan het nooit anders?

''wat is er aan de hand, Avery. en waarom maak je mij en de rest half doof?'' Daniel kwam mijn kamer in lopen terwijl hij in zijn rechteroor pulkte en ging naast me op bed zitten.

''sorry...'' zei ik tegen hem. hij glimlachte naar me. ik lachte zwakjes terug. ''mag ik wat vragen?'' vroeg ik voorzichtig aan William en Daniel. ze knikten nieuwsgierig en wachten op mijn vraag. ''wat is er eigenlijk die avond gebeurt?'' ze weten zelf wel wat ik bedoel. ik slikte even. ik weet niet zo goed of ik dit wel wil weten. 

''nou,'' begint Daniel. ''aangezien ik je eigenlijk heb 'gered' lijkt het me wel het eerlijkst om het aan je te vertellen. ik was op zoek naar een lekkere maaltijd toen ik gegil hoorde. toen ik aankwam zat jij als vier-jarige doodsbang in de auto terwijl je ouders dood op de grond lagen. een jongen kwam op je aflopen. ik heb tegen hem gezegd dat hij van je af moest blijven. hij zei dat hij wel terug zou komen maar we hebben hem niet gezien. ik had je meegenomen naar ons huis. William en Joseph waren het gelijk met me eens om je op te voeden. aangezien we niet wisten of je nog verdere familie had.'' ik was Daniel zo dankbaar. hij had mijn leven gered. ondanks dat voelde ik de tranen opkomen. Daniel legde mijn hoofd tegen hem aan. ik schaamde me zo. de tranen stroomden van mijn wangen.

''ik ga maar weer. je red je wel bij Daniel.'' zei William geruststellend tegen me en gaf me een kus op mijn hoofd. zuchtend kroop ik dichter bij Daniel ik was zo moe maar durfde niet te slapen. ik wou niet weer die nachtmerrie. al twee jaar lang lig ik soms wakker om die nachtmerrie, ik wou dat het anders was gelopen. dat ik alsnog met mijn ouders naar Frankrijk was gegaan. dat ik nu gewoon naar school kon zonder smoesjes te verzinnen om mijn ouders. ik had nog nooit iemand over mijn ouders vertelt.

''ga maar slapen. ik blijf wel hier.'' ik schrok een klein beetje van Daniel. ik was zo in mijn gedachten verzonken. ''dankje.. voor alles.'' zei ik moe tegen hem. hij sloeg zijn arm om me heen. hij is de beste broer die ik ooit kon wensen. ''geen dank.'' 

*

ik werd wakker door het licht die tussen de deur en gordijnen sloop. Daniel was wakker natuurlijk. hij hoeft niet te slapen. ''ben je hier echt de hele nacht gebleven?'' vroeg ik haast verrast aan hem. ik kon het me niet voorstellen dat hij hier vanaf twee uur heeft gelegen.

''yep.'' zei Daniel. ik porde hem plagend in zijn zij. al weet ik dat hij dat toch niet voelt. ''je bent echt raar. waarom zou iemand de hele nacht naast mij willen liggen.'' zei ik lachend tegen hem. ik zag dat hij wat wou zeggen. ''laat het.'' waarschuwde ik. hij stak onschuldig zijn handen in de lucht.

''ik ga proberen om ontbijt voor je te maken.'' zei hij tegen me en liep de kamer uit. met menselijke snelheid. hij weet dat ik er hekel aan heb als hij opeens de kamer uit is.

ik deed een donkere spijkerbroek aan en een rood sweater. daarna liep ik naar de badkamer. ik waste mijn gezicht en deed mijn haar in een vlecht. een beetje mascara en helemaal klaar. ik pakte mijn tas van m'n bureaustoel af. ik liep naar beneden en hoorde Joseph op de vleugel spelen. nog steeds dat moeilijke stuk waar hij niet zo goed uit komt. ik lachte geamuseerd en ging naar de keuken toe. het rook heerlijk. Daniel haalde de croissantjes uit de oven.

''sinds wanneer kan jij een ontbijtje voor me klaarmaken?'' ik kon nog net mijn lach inhouden. aan Daniels gezicht te zien was hij licht gekwetst.

''en bedankt. ik doe het zo goed omdat ik mijn best doe.'' oke, nu proestte ik het bijna uit. maar ik moet zeggen. hij heeft écht zijn best gedaan om een beetje een fatsoenlijk ontbijtje in elkaar te flansen.

''en Joseph brengt je naar school. niet erg toch?'' ik schudde mijn hoofd. het is eigenlijk raar. maar sinds ik naar school ga brengen ze me om de beurt naar school, maar dan ook echt brengen in de trans van 'ik draag je wel' of 'klim maar op mijn rug.' de laatste tijd doet Daniel dat. hij zegt dat hij niks lievers doet. maar dat liegt hij om aardig over te komen. meestal vraagt hij voordat we weggaan: 'via de grond of de bomen?' en meestal antwoord ik 'via de grond' maar als het mooi weer is of ik heb een opkikker nodig kies ik voor de bomen.

''Avery! kom even!'' Joseph riep me vanuit de muziekkamer. ik zuchtte en stond op van de eettafel. ''sorry Daniel, je ontbijtje moet maar even wachten.'' zei ik teleurgesteld. ik liep de trap op naar de muziekkamer waar Joseph het muziekstuk probeerde te spelen.

''lukt 'ie niet, Joseph?'' vroeg ik aan hem. hij keek me hopeloos aan. ''aan de kant. ik laat het wel zien.'' zei ik zelfverzekerd tegen hem. hij stond op van het bankje en ging naast de vleugel staan. ik speelde het hele stuk tot aan het einde. ''bij welk deel kom je er niet uit?'' vroeg ik aan hem. hij pakte het bladmuziek en wees het stuk aan. ik speelde het langzaam voor. hij kwam naast me zitten en probeerde me na te spelen. na vijf pogingen lukte het.

''eindelijk!'' schreeuwde hij uit. ik lachte om zijn actie. en probeerde langzaam weg te sluipen. ik hoefde me geen zorgen te maken, want Joseph zat vol vreugde achter zijn vleugel om dat ene stuk dat hij nu al kan spelen.

''Daniel, waar ben je?'' hij was niet in de keuken. mijn ontbijt lag op de eettafel met een briefje. ik pakte het op en las het.

hey Av,

ben even weg richting de grens. sorry, ik zie je vanmiddag wel. ik kom je ophalen. ik sta weer bij de grote eik.

tot vanmiddag

xxxx D.


zuchtend ging ik op de eiken stoel zitten en at rustig mijn ontbijt op. waarom moet hij opeens zo plotseling weg gaan? nouja, hij zal wel zo zijn redenen hebben, denk ik. het heeft niks te maken met het feit dat ik geen echte familie van hen ben. zo heb ik het ook nooit beschouwd. ik zie hen als mijn echte broers ongeacht dat ik ouder word terwijl zij gewoon eenentwintig, negentien en zeventien zijn. ik zie het al voor me als er twee tegen het idee om me te veranderen tegen stemmen. dan ben ik een oud vrouwtje van tachtig terwijl zij me allang zijn vergeten. nee, ze móeten voorstemmen. anders blijf ik smeken tot ze het eindelijk toegeven.

''Avery, kom we gaan!'' Joseph kwam de grote, witte trap af rennen. ik ruimde de afwas op en deed de boterhammen (die Daniel nog had gemaakt neem ik aan) in mijn tas. Joseph stond een beetje ongeduldig te wachten. ik liep snel naar de deur met mijn bruine schoudertas van converse aan mijn schouder. 

''spring maar achterop, Dame.'' zei Joseph plagerig. ik lachte en deed wat hij zei. hij pakte mijn schoudertas over. ''bomen of grond?'' vroeg hij alsof het de normaalste zaak van de wereld was. eigenlijk wel, maar dan van mijn wereld.

''doe maar bomen'' mijn stem klonk vol overtuiging. voor ik het wist zaten we in de top van één van de miljarden bomen in het woud. het uitzicht was adembenemend. ik vind dit punt altijd zo mooi. alsof alles opeens weg is. als een wolk die opeens weg zweeft.

ik voelde me gelukkig.

''we gaan het laatste stukje even via de grond.'' zei hij na een tijdje dat we door de bomen renden. Joseph's stem klonk kil. er was iets aan de hand. maar ik ging er verder niet op in. het uitzicht die we hadden gaf mij niet het gevoel dat er iets aan de hand is.

de wind rukte aan mijn vlecht.

 ''zet me maar neer, het is nog maar een klein stukje naar school.'' ik hoorde de auto's op de snelweg verderop, ik kan dit stukje zelf wel lopen. ''weet je het zeker?'' vroeg Joseph twijfelend. ''ja.'' zei ik.  hij zette me rustig neer op de grond. we stonden tegenover elkaar.

''ik zie je vanmiddag. Daniel komt je ophalen, toch?'' ik knikte stil. ik weet niet waarom. Joseph gaf me een knuffel en verdween weer. ik hoorde nog de bladeren van de bomen en bosjes wuifen door de snelheid van hem. nadat ik niks meer hoorde liep ik richting school. ik deed mijn oortjes in en zette mijn ipod op shuffle. zachtjes nuriende ik mee met de melodie van de liedjes.

na tien minuten lopen kwam ik aan op school. het was nog vroeg. een paar mensen stonden op het plein aan de voorkant van het gigantische gebouw. ik deed mij oortjes in mijn zak en liep richting de ingang. binnen liep ik richting de kluisjes en deed mijn boeken na de pauze erin. ik had niet zoveel vrienden op school. laten we zeggen eigenlijk niemand. maar die had ik niet nodig. ik vermaak me prima met die drie idioten thuis. 

ik liep richting de kantine en kocht een cappuccino. Zo meteen heb ik Economie dus ik besloot om nog maar even te leren. ik heb een acht nodig als ik voldoende wil staan. En ik wel zo snel mogelijk mijn school afhebben dus ik moet van mezelf een acht halen.

Nadat de bel was gegaan liep ik door de grijze gangen richting Frans.. Ik ging (zoals gewoonlijk) achter in het lokaal zitten. Mevrouw van Bergen zat door haar brilletje geconcentreerd naar een stapel papier te kijken. Het was een oude vrouw met een typisch grijs knotje en een paars, blauwe bril. Ze was behoorlijk streng. Iedereen die les van haar had noemde haar dan ook ‘The Witch’. Ze gooiden roddels in het rond over haar roze bezemsteel waar ze mee naar huis vloog. Ik vond het niet meer dan een oude vrouw met té veel rimpels en een té lelijke bril.

‘’ga zitten, leerlingen. Dan kunnen we snel met de les beginnen.’’ Haar krakerige stem galmde door het lege lokaal op de leerlingen na. Ze legde haar bril op haar bureau en schreef iets op het bord wat ik niet echt kon lezen. Gelukkig gaf ze mij niet de beurt om het gekrabbel van haar hard op voor te lezen. Nee. Dit keer was Ethan de klos. Een aardige jongen die eigenlijk net zo stil in de klas is net zoals ikzelf. Maar het enige geluk dat hij een beetje had is dat hij wel hoog staat voor Frans. Mijn Frans was ook goed. Sterker nog. Ik sta een acht voor Frans dankzij William die me help als ik een proefwerk heb. Ik weet niet waar hij het heeft geleerd om zo vloeiend Frans te spreken maar hij kan het echt goed.

Na Frans was het de beurt aan Economie. Ik stond voor alles een voldoende behalve Economie. Ik vind het eerlijk gezegd een rotvak. Maar het zal wel nodig zijn anders zouden ze het niet in ons vakkenpakket stoppen. Zuchtend ging ik weer achterin zitten en legde alleen een pen op mijn tafel. De blaadjes werden uitgedeeld door meneer Black. Zijn naam is eigenlijk wel grappig. Hijzelf in een lang, magere, kale man met een blanke huid. Er zijn verschillende namen voor hem. Maar de bekendste is ‘docter Evil’ vanwege zijn aparte uiterlijk. Eigenlijk is hij heel aardig. Zijn proefwerken zijn ook niet zo abnormaal moeilijk. Iedereen stond voldoende behalve ik natuurlijk. Ik moet altijd weer apart zijn, is het niet?

‘’leg je pen neer. De tijd is om.’’ Zei Black na drie kwartier. Zuchtend legde ik mijn pen neer. Het is een wereldwonder als het een acht is. Überhaupt als het een voldoende is. De bel ging. Ik stopte mijn pen weg in mijn tas en verliet het lokaal. Nog vier lesuren. Dan heb ik eindelijk de maandag overleefd.

*

na school sta ik zoals gewoonlijk bij de grote eik achter de school. hier komt niemand behalve de congierge die een keer in de zoveel tijd via achteren de vuilniszakken naar de containers brengt. 

een raar, verminkt vogelgeluid klonk boven in de eik. verbaasd keek ik omhoog. nee geen vogel maar Daniel die hilarisch een vogelgeluid probeerde te maken.

''kom kalimero, en breng me naar huis.'' zei ik tegen hem. hij lachte en sprong naar beneden recht voor mijn neus. ik liep het woud ik. Daniel kwam naast me lopen.

''waarom eingelijk Kalimero?'' zei Daniel. ik haalde mijn schouders op. 

''nou, jij maakte niet bepaald een vogel geluid.'' zei ik voorzichtig tegen hem. 

''maar, Kalimero ís toch een vogel?'' vroeg hij, eigenlijk was het geen vraag, maar meer een feit die hij opstelde in een vraag.

de bladeren van de oranje bomen dwarrelden zachtjes naar beneden.

''Kalimero heeft een halve eischil op zijn kop. en aangezien jij ook niet echt spoort dacht ik gelijk om een ei op je hoofd kapot te gooien.'' zei ik plagend tegen hem. aangezien ik dat nooit voor elkaar kan krijgen zou het er wel komisch uitzien. een vampier met een ei op zijn hoofd. ja, dat verhaal word een hit.

''en bedankt...'' zei hij gekwetst. ik lachte.''kom op Dracula, je weet heus wel dat ik dat niet meen.'' dat Dracula ding flapte ik eruit. Daniel leek niet echt happy om zijn nieuwe bijnaam. Hij vond Dracula een schande voor zijn soort.

''sorry, Daniel, ik-'' maar voor ik mijn zin kon afmaken rende Daniel in een onmenselijke snelheid het woud in. ''Daniel!'' probeerde ik te roepen. maar hij antwoorde niet. godverdomme. heb ik dat weer. zuchtend ging ik op de grond zitten. dat hele eind kan ik onmogelijk zelf lopen. en ik was wel zo slim om mijn energie niet te verspillen. na een paar minuten tikte iemand op mijn schouder. met een ruk draaide ik me om.

''Daniel, verdomme.'' vloekte ik. hij lachte geamuseerd. ik dacht dat hij boos was. maar Daniel is nooit echt boos op me geweest.

''kan je herhalen wat je net zei?'' vroeg Daniel aan mij. ik stond op van de koude, vochtige grond en keek hem recht in zijn bruine ogen aan.

''dat ik je heel lief vind en dat je de geweldigste broer bent die ik me kan wensen?'' vroeg ik onzeker. Daniel knikte tevreden. normaal geef ik nooit toe. maar als ik ooit thuis wil komen zou ik wel moeten. 

''kom maar kleintje.'' zei Daniel. ik gaf hem een waarschuwende blik. hij tilde me op en rende het woud door. soms sprong hij over de boomstammen die er lagen tot wel eindelijk thuis waren.

Continue Reading

You'll Also Like

12 1 1
over een vampire girl en ze heet mandy die word verliefd
189 13 4
Zinya Joseph Mikeal is een twintig jaar oude half vampier, haar moeder heeft ze nooit gekend en haar vader weigert erover te praten. Ze is vastbeslot...
1.5K 75 6
Ik ben gelukkig met mijn normale leven. Hoewel mijn ouders dood zijn woon ik alleen em ben daar blij mee. Tot ik die ene fout maakte die niemand zou...
691 54 12
Engelenbloed maakt vampieren onverslaanbaar en onweerstaanbaar. Het zorgt ervoor dat ze nog sterker zijn dan de sterkste wezens op de wereld en nog s...