Hoofdstuk 18

148 7 3
                                    

Jack

Ik voel me goed. De woede die in mijn raasde is gaan liggen. Ik voel me nog wat onwennig, maar het gaat de goede kant op. Tussen Hannah en mij gaat het ook goed. We hebben lol. We kunnen lachen. We dagen elkaar uit. Ze haalt het beste, maar ook het slechtste in me naar boven. Maar dan op een goede slechte manier.. Ik snap het zelf ook niet helemaal, maar dat is niet erg.

De afgelopen dagen waren goed. Dit is de laatste dag van de tocht. Morgen is de laatste rit terug naar het basiskamp, terug naar het hotel waar we de eerste nacht zijn geweest. We zitten rond het kampvuur en iedereen is in een baldadige bui. We lachen, er is alcohol en we zijn in deze korte periode echt vrienden geworden.

"Confession time!" roept Rosalie, ze giechelt. "Iedereen moet iets vertellen wat we nog niet van elkaar weten."

Ik ben hier niet dronken genoeg voor, maar de rest lijkt het een goed idee te vinden. Snel kijk ik even naar Hannah. Ze beweegt ongemakkelijk op haar plek, maar lijkt wel mee te doen. Snel probeer ik iets te bedenken. Na wat heen en weer gepraat over wie er moet beginnen oppert Rosalie dat ze dan zelf wel begint.

"Iedereen dacht dat ik het hier verschrikkelijk zou vinden en dat ik binnen 1 week alweer thuis zou zitten." Zegt ze rustig. Iedereen is stil. "Maar ondertussen is dit mijn derde winter seizoen!" ze giechelt. "En maar goed dat je gegaan bent! Anders hadden we elkaar nooit ontmoet." Daan kijkt haar liefdevol aan.

Wat een zoetsappig gedoe toch ook, maar ik moet toch glimlachen.

Daan pakt het stokje over en kijkt even bedenkelijk. "Ik dacht echt dat je een klootzak was." Hij kijkt mij aan. Iedereen kijkt mij aan. Van schrik verslik ik me in mijn drinken. Hoestend kijk ik hem aan. "Maar weet nu dat je dat totaal niet bent." voegt hij er snel aan toe. Hij glimlacht: "Sorry man".

"Ik was ook een klootzak." is mijn antwoord. "Dat is dan ook gelijk mijn confession. Ik ben hier heen gekomen om mezelf te vinden.. Hoe cliché dat ook klinkt." Ik durf niet naar iemand te kijken dus ik staar naar het vuur.

"Dat is niet cliché." Hoor ik Hannah naast me zeggen. "Dat is dapper." Fluistert ze bijna.

"Mijn beurt dan denk ik." Zegt ze zachtjes. "Ik heb heimwee naar huis, maar ik wil absoluut niet weg."

Ik wil haar knuffelen. Ik wil haar vasthouden. Ik wil haar vertellen dat het goed komt. Dat ik bij haar ben en alles voor haar wil doen. Maar ik kan alleen maar naar haar staren. Ze zegt het zonder aarzeling in haar stem. Ze breekt niet. Ze zegt het met zoveel zelfvertrouwen dat ik haar geloof. Ze kan dit. Ik ben trots op haar.

Het enige wat ik kan doen is naar haar staren. Ik wil het allemaal zeggen, maar het lukt niet.

We gaan door met de confession van Robin en Josie, maar ik hoor ze niet. Ik kan alleen maar naar het vuur staren en af en toe naar Hannah kijken. Ik schrik op als we allemaal proosten. "Wat was het een geweldige week!" roept Josie enthousiast. Ze heeft een ondeugende twinkeling in haar ogen. "Ik denk dat twee mensen hier een duwtje in de rug nodig moeten hebben."

Rosalie beaamt het en giechelt. Ze heeft echt te veel op. Ik heb geen idee waar ze het over hebben, maar het voelt niet oké. "Hannah, doen, durven of de waarheid." Josie kijkt haar strak aan. Hannah krijgt een kleur, "Serieus?" antwoord ze. "Is dit niet iets voor pubers?" ze rolt haar ogen en schuift ongemakkelijk op haar stuur.

"Toe nou.." roept Rosalie. "Alsjeblieeeeeft."

"Doen." Antwoord Hannah uiteindelijk.

"Alsjeblieft, kiss him already." Ze wenkt naar mij.

Verschrikt kijken we elkaar aan, mijn hart bonst in mijn borstkas. We zeggen niets, maar Hannah draait zich naar me toe. Ze lijkt het te gaan doen. Ze lijkt me te gaan zoenen.

Ik wil het niet.

Ik wil het niet.

"Nee!" zeg ik fel. 

Opposites attractWhere stories live. Discover now