Hoofdstuk 5

164 11 0
                                    


Jack 

Josie en Robin zijn in de verste verte niet meer te zien. De honden weten de weg wel toch? "Heb jij gezien waar de anderen heen gingen?" Roep ik naar Hannah. Ze kijkt me verschrikt aan "Nee, dat is jouw taak als bestuurder. Je gaat me toch niet vertellen dat je niet weet welke kant het op is."

Ik lach "Uh, nee. Dat is niet mijn taak, maar de jouwe." Shit, het was soort van wel mijn taak. Niet dat ik dat ga toegeven. Ik spring snel op de rem en probeer nog voor de splitsing stil te staan. Er staan verse slede sporen in beide wegen. Dat is geen optie. Hannah staat op uit de slede en ik zie haar kijken. "En nu?" ze kijkt me vragend aan.

Wat een mooie ogen.

"Kan je niet een stukje vooruit lopen om te zien of er verse poep licht ofzo." Opper ik. Ze kijkt me vies aan, zucht en knikt dan. "Best goed idee." Mompelt ze. Ik grinnik, "Weet ik."

Ze loopt een stuk het ene pad op totdat ik haar niet meer zie. Als ik ongerust begin te worden zie ik haar roze muts alweer verschijnen. Ik zie haar kijken en zie haar besluiten dat ze het stuk gaat afsnijden. Ze loopt dwars door de verse poeder sneeuw naar het andere pad. Ik zie haar stuntelen. Ze valt een keer en ik lach hardop. Ze hoort me want ze kijkt me boos aan. "Ja, sorry hoor!" roep ik haar toe. Ik zie dat ze het hoort, maar ze kijkt mijn kant niet op. "Slimme actie hoor!"

Het lukt haar om weer op te staan. Ze is bijna aan de overkant als ze nogmaals valt. Dit keer blijft ze lang liggen. "Alles goed?" roep ik haar kant op. Geen gehoor. "Hannah!" Geen gehoor. Nu wordt ik ongerust. Ik probeerde haak te vinden om de honden vast te zetten. Het lukt me om hem uit de slede te vissen. "Hannah!" roep ik nogmaals. Geen gehoor. Snel zet ik de honden vast door de haak diep in de sneeuw te zetten. Op een drafje ren ik naar haar toe. "Hannah!" roep ik nogmaals.

"Ja hier." Hoor ik nog even verder op. "Waarom gaf je geen antwoord." Roep ik boos. Totdat ik haar zie zitten. De tranen staan in haar ogen. Snel probeert ze het weg te vegen. "Gaat het." vraag ik rustiger.

"Prima. Die stomme sneeuw is veel te zwaar en ja ik weet het stomme actie en.." ze stopt even en zucht "en kan je me helpen in plaats van me uit te lachen?" ze durft me niet aan te kijken. Een steek van medelijden gaat door me heen.

Snel haast ik me naar haar toe. De sneeuw is inderdaad diep. Behendig loop ik naar haar toe. "Hier heb je dus sneeuwschoenen voor." Mompel ik. Ik wankel even als er ineens wat meer sneeuw onder mijn voeten verdwijnt, maar ik blijf staan. "Moeilijker dan het eruit ziet he." Bijt Hannah me toe. Wat kan ze toch irritant zijn. "Doe eens wat aardiger tegen je redder."

Ik ben bijna bij haar en steek mijn hand uit. "Kan je erbij?" Haar hand handschoen raakt de mijne, maar echt grip hebben we niet. Ik probeer nog iets dichterbij te komen, maar ik wil niet te ver bij haar in elkaar gezakte sneeuw te komen. Het wordt dan een uitdaging om eruit te komen. Nogmaals steek ik mijn hand uit, dit keer zonder mijn handschoenen en wanten. Even schrikt mijn hand van de kou, maar het lukt om die van Hannah vast te pakken. Er gaat een rilling door me heen. Niet van de kou dit keer. Het is de connectie met de hand van Hannah.

In een ruk trek ik haar omhoog. Ik verbaas mezelf, dat ging soepel. Ze staat in ieder geval weer. "En wat zeg je dan?"

Ze kijkt me met gespleten ogen aan, "Lijdt ons eerst maar eens naar de honden redder. En je mag mijn hand loslaten nu." Snel laat ik haar hand los en doe mijn handschoenen en wanten weer aan. "Volgt u mij prinses." Grinnik ik.

In dezelfde stappen die ik op de heenweg gezet hebben lopen we terug. Als we op het pad staan kijk ik haar vragen aan "En...". "Dank je wel" ze schud haar hoofd maar lacht. "En wat nog meer?" dik ik het nog even aan. Ze kijkt me even vragend aan en zegt dan "Dankjewel mijn nobele redder Jack." Perfect.

In de verte horen we Daan roepen. Nu dan echt gered. 

Opposites attractWhere stories live. Discover now