Hoofdstuk 1

375 19 9
                                    

Hannah

Daar sta ik dan op Schiphol, in de rij om mijn koffer in te checken. Ik kijk om me heen om te kijken wat voor mensen er om mij heen staan. Ik kijk nog een keer de weer app op mijn telefoon -20 C. Stiekem verschijnt er een glimlach op mijn gezicht. Ik ga zo'n geweldig avontuur tegemoet. Ik zucht even en kruip dieper in mijn jas. Een stukje verderop zie ik een meisje afscheid nemen van haar familie en vrienden. Een hele happening zoals ik het vanaf hier kan zien. Ik zucht en slik opkomende tranen weg. Mijn ouders mochten niet komen, mijn vrienden ook niet. Ik wilde het niet. Ik wilde absoluut geen afscheid op Schiphol. Dan had ik toch alleen maar gehuild en was ik echt niet weggegaan. 

Eenmaal in het vliegtuig settel ik in mijn stoel. Er zit nog niemand naast me bij het raam. Ik hoop sterk dat dit zo blijft. Het hele vliegtuig zit al bijna vol, het zou zomaar kunnen. Toch wordt mijn hoop snel gesust. Er stormt een jongen het vliegtuig in. Zijn blonde krullen dansen rond zijn gezicht. Ik ril. Hij stopt precies bij onze rij, kijkt ons met een scheve glimlach aan en vraagt of hij er langs mag. Weg lege plek. Van schrik weet ik niets uit te brengen. Ik voel mijn wangen gloeien. Snel probeer ik uit mijn stoel te komen om te voorkomen dat iemand mijn rode wangen ziet. Onhandig sta ik uiteindelijk in het gangpad. De dame in de andere stoel giechelt even. Ik moet me inhouden om niet te zuchten. Goed bezig Hannah. Ongemakkelijk zak ik terug in mijn stoel. De jongen met de blauwe ogen neemt zoveel ruimte in dat ik mijn eigen benen bijna niet kwijt kan. Ik vraag me af of hij überhaupt door heeft dat zijn voet tegen die van mij staat. Kop op Hannah, laat hem nou niet het begin van het avontuur verpesten. Ogen dicht en slapen. 

Verbazingwekkend genoeg val ik net na het opstijgen al in een diepe slaap. Normaal lukt het niet zo, maar ik ben blijkbaar zo moe dat ik het nodig heb. Halverwege de vlucht word ik wakker van harde muziek. De muziek komt uit de oortjes van de jongen met de blauwe ogen naast me. Zijn been neemt inmiddels zoveel ruimte in dat ik echt geen plek meer heb. Hoe durft hij; hij komt te laat het vliegtuig in, hij zit belachelijk overdreven breed, zijn muziek staat super hard en ja hoor nu wil ook zijn hele arm gebruik maken van onze gezamenlijke armleuning. Ik tik hem aan "Sorry, mag ik ook wat beenruimte?" Het komt er iets te geïrriteerder uit dat ik bedoel.

Hij kijkt me aan en haalde zijn oortje uit zijn oren. "Het kan praten!" roept hij uit. "Maar wat zei je? Met oortjes in hoor ik je niet." En nog brutaal ook.

"Of je je been bij je kan houden." Herhaal ik. Hij grinnikt maar, maar hij verzet zijn benen wel.

Ik zucht en probeer weer te slapen. Ik hoop sterk dat deze jongen niet hetzelfde gaat doen als ik. Hij haalt het bloed onder mijn nagels vandaan.

De zenuwen bekruipen me weer als we landen. Lapland. Ik ben er! Het avontuur kan beginnen!

Opposites attractحيث تعيش القصص. اكتشف الآن