~25~

365 8 2
                                    

Hoe gaan we dit oplossen...
We staan op en lopen de grot uit. Mijn hersenen lijken wel soep en ik kan even niet helder nadenken. Het lijkt wel alsof ik overschakel op automatische piloot. We vliegen naar het kamp en als we aankomen zie ik dat de kooi al klaar is. Ik geeuw. Peter ziet het een neemt mijn hand vast. "Je bent moe. We zullen naar mijn hut gaan, dan kun je daar wat uitrusten." Ik knik en we stijgen op. Even later landen we op het platform voor Peters huis en we gaan naar binnen.

Ik loop meteen naar het bed toe maar stop als ik doorheb dat Peter niet hetzelfde van plan is. "Wat is er? Kom je er niet bij liggen?" Hij schudt zijn hoofd. "Nee, ik kan wel even zonder slaap, maar jij niet. Ik wil er honderd procent zeker van zijn dat jou niets overkomt." Ik loop naar hem toe en hij trekt me in een knuffel. "Dankje," fluister ik tegen zijn schouder. Hij streelt over mijn haar. "Ik beloof je dat het allemaal snel voorbij zal zijn. Ga nu maar gauw slapen, dan ben je fit en uitgerust voor als Sam komt."

Hij verbreekt de omhelzing en geeft me een duwtje richting het bed. Ik slenter er naartoe en laat me op de zachte dekens vallen. Mijn hoofd en oogleden voelen zwaar van de vermoeidheid, Peter heeft gelijk: ik moet slapen. Ik nestel me lekker in de dekens en zie nog net hoe Peter plaatsneemt aan tafel en een boek openslaat. Dan vallen mijn ogen dicht en wordt alles donker...

Als ik wakker schrik ben ik, alweer, niet meer in Peters hut. Ik zweef over het oerwoud. Onder me zie ik een groep in het zwart geklede jongens over een pad marcheren: de verraders die zich hebben aangesloten bij Sam. Ze zijn onderweg! Het lijkt wel alsof ik met een onzichtbaar touw ben vastgebonden aan de groep want ik beweeg gelijk met hen vooruit. Ze stoppen en ik zie dat ze bijna bij het kamp zijn. Foute boel, foute boel! We moesten hen in de val lokken. Als ik wat dichterbij kom zie ik dat Alex even een paar woorden wisselt met de aanvoerder - denk ik - en dan de groep verlaat. Hij is waarschijnlijk op weg naar Peters hut, naar mij.

Ik schrik wakker en spring recht. Peter kijkt op en ziet de blik in mijn ogen. Hij begrijpt me meteen: het is zover. Ik neem nog snel mijn boog en pijlenkoker die ik had klaargezet en storm naar buiten, op de voet gevolgd door Peter. Ik neem een aanloop en spring van het platform. Na twee minuten vliegen zijn we bij het kamp. Peter betoverd de kooi zodat die automatisch naar de perfecte plek zal vliegen. Ook betoverd hij de kooi zodat Sam er niet uit kan. Ik ga de jongens wakker maken. Een tijdje later staat iedereen klaar voor vertrek. De meeste jongens gaan naar de kooi maar Peter, Felix en Menno blijven bij mij.

Ik voel me nog steeds een beetje schuldig omdat ik niets kan doen, ik zorg er zelfs voor dat er twee Lost Boys niet zullen zien of de kooi die ze hebben gemaakt goed zal werken. Ik hoop echt dat hij werkt, anders hebben we een groot probleem.

Er kraakt een takje achter ons en ik grijp meteen naar mijn pijl en boog. Razendsnel leg ik een pijl op mijn boog en richt ik naar de plek waar het geluid vandaan kwam. Alex komt nonchalant uit de struiken gewandeld. "Maak dat je wegkomt," sist Peter woedend. Alex heeft geen aandacht voor hem en kijkt alleen naar mij. "Nee," zegt hij zonder zijn blik van me af te wenden. "Ik kom voor haar en ik vertrek ook niet zonder haar." "Wel, dan vertrek je toch lekker niet," merkt Felix droog op. Er trekt een kleine grijns over het gezicht van Alex. "Jammer genoeg is dat ook geen optie." Hij grijpt naar een zakje aan zijn riem en tegelijkertijd ook naar zijn blaaspijp. Peter en ik waren gelukkig al voorbereid en snel komt hij voor me staan.

"Ah-ah, dacht het niet Alex. Je gaat haar niet beschieten met Droomschade." De gezichtsuitdrukking van Alex veranderd van een beetje geamuseerd naar stomverbaasd. "Hoe-" "Wist ik dat? Wel ik heb zo mijn bronnen." Met een zwaai van Peters hand verdwijnen de blaaspijp en het zakje. Menno en Felix grijpen elk een arm van Alex vast en we gaan naar de plek waar de kooi zich bevindt. Daar aangekomen zien we niet wat we wilden zien. Alle jongens die trouw gebleven zijn aan Peter zitten in de kooi en Sam staat ons met een grijns aan te staren. "Welkom bij jullie mislukte val, heren en dame. Dachten jullie nu werkelijk dat ik zó stom was?"

Mijn schouders zakten naar beneden. Dit is niet goed. Ik kijk Sam met een verslagen blik aan. "Waarom doe je dit, Sam? Wat heeft Peter je ooit aangedaan?" Sams blik verhard. "Dat zal ik je eens haarfijn uitleggen. Wendy en ik waren, en zijn nog steeds, hopeloos verliefd op elkaar. We waren zo gelukkig en toen moest hij daar," en hij wijst naar Peter, "alles verpesten. Je stuurde haar van het eiland af, terwijl je wist dat ik er niet af kon." Ik kijk Peter aan.

"Dat je er niet afkunt is je eigen domme fout, maar dat van Wendy wist ik niet. Het spijt me Sam, maar moet dit dan allemaal? Je had naar met toe kunnen komen, ik had-" "Geluisterd? Ben je serieus Pan? Denk je serieus dat je gelúísterd had? Je luisterde niet eens naar haar, laats staan naar mij." Peter kijkt naar zijn schoenen met een schuldbewuste blik. "Het spijt me Sam, wil je nog steeds naar haar terug?" "Natuurlijk wil ik dat!" Peter kijkt weer op en knikt. "Dan mag je nu gaan, ik geef je de toestemming om mijn eiland te verlaten." Sam gaapt hem onvelovig aan. "Echt?" "Ja, op voorwaarde dat je mij mijn jongens teruggeeft en je magie afstaat." Sam knikt. "Oké, deal." Hij maakt een handbeweging en de kooi gaat omhoog. Nu iedereen vrij is vertrekken we gezamenlijk naar het kamp...

•Lost Girl• (✔)Where stories live. Discover now