- I -

2K 103 24
                                    

Hij blijft me even aankijken en daarna kijkt hij naar de wachter achter me. 'Breng haar naar mijn werkkamer' zegt hij met een luide en zware stem, 'en blijf bij haar.'

'Zoals u wilt Sire.'

De man draait zich om en loopt weg. Ik loop snel achter hem aan. Hij loopt snel door de gangen heen waardoor ik bijna moet rennen om hem bij te houden. De muren zijn grijs en tot halverwege zitten zwarte planken. Aan de muren hangen schilderijen van oude koningen, koninginnen en edelen. Ze kijken allemaal heel erg serieus. De deuren die er af en toe zijn van zwart hout.

Na een tijdje stopt de wachter voor een grote deur. Hij opent die en laat me naar binnen lopen. We komen in een hele lange kamer. Er staat een groot houten zwart bureau. Achter het bureau staat een leren bureau stoel. Voor het bureau staan nog twee rode fauteuils. Daartussen ligt een groot rond rood kleed. Tegen beide zijmuren staan boekenkasten.

In de achtermuur zitten twee ramen met grijze gordijnen ernaast. Tussen de twee ramen hangt een groot schilderij van de koning zelf. En natuurlijk met zijn masker. Voor de rest zijn de muren rood en de kroonlijsten zijn zwart. De wachter sluit de deur en gaat ervoor staan.

Ik doe twee stappen van hem weg maar blijf dan staan. De wachter kijkt niet naar mij maar kijkt alleen voor zich uit. Na even wachten komt de koning binnen. Ik maak een reverence en de wachter buigt. 'Je kunt gaan' zegt de koning.

De wachter buigt en gaat weg. Zodra hij de deur heeft gesloten kijkt de koning mijn kant op. Ik word best bang van zijn ijskoude blik. Geen enkele emotie is te zien in zijn ogen. 'Zit' zegt hij kort.

Ik loop snel naar één van de stoelen en ga zitten. Hij gaat in de andere stoel zitten. 'Je naam' zegt hij.

'Vanora majesteit.'

Hij knikt, 'hoe oud ben je?'

'Zestien Sire.'

'District 9 is het niet?'

'Ja Sire, dat klopt. Hoe weet u dat?'

'Je bent magerder dan de rest. Ben je gekozen?'

'Ja... nee.. nou... geloot.'

'Mmh, ik laat je leven. Alleen jij. Je word een kamermeisje van me en gaat mij bloed geven.'

'Ja Sire.'

Hij knikt kort en staat op. 'Ik breng je naar Tibby.'

Ik sta op en loop achter hem aan door de gangen. Ook hij loopt niet langzaam. Na een tijdje stopt hij voor twee grote deuren. Die duwt hij open. 'Tibby' roept hij zodra hij binnen is.

Er komt een wat oudere vrouw aanlopen. Ze heeft grijs haar wat in een knot is gedaan en felgroene ogen. Ze draagt een zwarte halflange jurk. 'Sire' zegt ze met een reverence.

'Dit is Vanora, ten eerste mijn bloedslaaf. Ten tweede is ze een nieuw kamermeisje. Help haar op weg.'

'Ja majesteit' zegt de vrouw.

De koning knikt kort en kijkt weer naar mij. 'Volg Tibby en kom vanavond weer hiernaar toe.'

'Ja Sire.'

Hij gaat weg. Ik kijk de vrouw aan. Ze glimlacht vriendelijk, 'welkom bij de club.'

Ik glimlach, 'dank u.'

'Kom, ik geef je eerst andere kleding.'

Ik loop met haar mee naar een kamer verderop. Er is een soort woonkamer en nog zes andere deuren. De woonkamer heeft lichtbruine muren. Er ligt wit tapijt op de grond. Er zijn twee grote ramen. In het midden van de kamer staan drie sofa's in een u-vorm. Het zijn rode, zachte sofa's.

'Zoek een kamer uit' zegt ze, 'we zijn maar met zijn tweeën. Ik heb de achterste rechterkamer.'

'Dan neem ik die daartegenover.'

Ze glimlacht, 'dat is goed. Ga alvast maar even kijken, ik zal je een jurk brengen.'

Ik knik en loop de kamer in. De kamer heeft grijze muren en er ligt wit tapijt op de grond. Er is een groot raam in de wand waar witte gordijnen naast hangen. Er is een bed naast het raam waar witte dekens en kussens op liggen. Er is in de linkerwand een witte deur. Die open ik. Er is een badkamer achter. Er is een bad, een wc en natuurlijk een wastafel. Ik loop de kamer weer in. Tibby komt op dat moment binnen. Ze heeft een zwarte jurk vast en een paar schoenen. 'Alsjeblieft' zegt ze glimlachend.

'Dank u' zeg ik glimlachend.

the boy with the maskKde žijí příběhy. Začni objevovat