Hoofdstuk 13

1.5K 92 29
                                    

Ik zit naast Seraphine in de wachtkamer. Seraphine snikt
Zachtjes. Haar vader had een hartstilstand. Hij wordt nu onderzocht wat de oorzaak was. Verder is hij oké. Ik wrijf over Seraphine's rug. Ze veegt haar tranen weg en kijkt me aan. Ik druk een kus op haar lippen. "Gaat het weer?" Fluister ik. Ze knikt dankbaar. "Als je naar huis wilt kan het hoor." Fluistert ze. Ik schud mijn hoofd. "Het is al tien uur 's avonds." Ze kijkt me bezorgd aan. "Ik ga mijn mate echt niet alleen laten in een moeilijke tijd." Zeg ik. Ze knikt aarzelend. De deur gaat open. "Jullie mogen hem even bezoeken." Zegt de zuster. We knikken en lopen de kamer in. Seraphine's vader ligt bleekjes op zijn bed. "Seraphine." Glimlacht haar vader. Seraphine knuffelt hem. "Over een paar dagen mag ik weer in mijn eigen bed liggen." Grinnikt haar vader. "Waardoor had je een hartstilstand?" Vraagt Seraphine bezorgd. "Ze weten het nog niet zeker, maar waarschijnlijk is er een hartstring geknapt." Antwoordt haar vader. Seraphine gaat naast hem op een stoel zitten. "Louis, ik blijf vanavond bij mijn vader als je het niet erg vind." Zegt ze. Ik knik en loop naar haar toe. "Slaap lekker schat." Ik geef haar een kus. Haar vader kucht even. "Beterschap meneer..." Lach ik. "Je kan me Rainard noemen." Zegt Seraphine's vader. Ik knik. "Ik haal je morgen op." Zeg ik tegen Seraphine. "Ahm... om tien uur?" Glimlacht ze. Ik knik en loop weg. Buiten praten de dokters over Seraphine's vader. Ik loop naar hen toe. "Wat is hier aan de hand?" Vraag ik. Ze buigen meteen. Ik knik. "De Alpha mag niet nog een hartstring breken, anders... overleeft hij het niet." Legt een dokter uit. De andere dokter begint ook te praten. "Als er iets ergs gebeurd of hij heeft te veel verdriet... zal er dus een hartstring knappen." Hij kijkt me ernstig aan. Betekent het dat als Seraphine van haar vader wordt gescheiden... Ja dat betekent dat er misschien nog een hartstring zal knappen. "Bedankt." Ik loop naar buiten. De maan heeft een zilver kleur. Ik stap in mijn auto en rij terug naar het paleis.

"Lieverd! Wat is er gebeurd?!" Gilt mijn moeder. "Seraphine's vader had een hartstilstand, maar alles is weer goed." Leg ik uit. Mijn moeder kijkt geschokt. "Als er nog een hartstring breekt... zal hij sterven." Ik loop naar boven. "Maar straks gaat Seraphine met je mee..." Zegt mijn vader. Ik knik. "Ik ga waarschijnlijk alleen naar het Maanpaleis." Fluister ik. Ik loop naar mijn kamer. Er staat een vrouw in mijn kamer. "Louis." Ze draait zich naar me om. De Maangodin. "Het is tijd." Glimlacht ze. Maar Seraphine weet het nog niet! "Zou ik even een brief mogen schrijven?" Vraag ik. Ze knikt. Ik pak snel een papier en een pen.

Het is tijd. Ik kom jullie over een paar dagen bezoeken.

Slechtste afscheid ooit. Weet ik ook wel, maar ik zal het ze allemaal over een paar dagen uitleggen. Ik leg mijn 'brief' op mijn bed en loop naar de Maangodin. Ze glimlacht naar me en steekt haar hand uit. Ik pak haar hand vast. Alles om me heen verdwijnt. "Sluit je ogen." Fluistert ze. Ik doe wat ze zegt. Ik voel haar handen verdwijnen. Ik open mijn ogen. Voor me buigen honderden witte wolven zich voor me. Ik ben veranderd in mijn wolf, maar nu heb ik zilveren lijnen over mijn hele lichaam. Maangod. Hoor ik de wolven groeten. Ik kijk om me heen. Er staat een enorme tafel achter me met een soort ronde glazen bol erop. Een mannelijke witte wolf loopt naar me toe. Maangod, ik ben uw naiso. Een soort Bèta. Ik knik. Hij kijkt naar de tafel. Uw taak is om de wolven op aarde te helpen. De glazen bol laat de wensen van elke wolf zien. Ik loop erheen. Hoe heet je? Kieran. Ik heet Louis. Kieran buigt diep. Heeft u een mate? Ik kijk naar Kieran. Je kan me gewoon met 'je' aanspreken. En ja, ik heb een mate. Maar haar vader heeft het moeilijk nu. Kieran knikt medelevend. Alles is hier zoals op aarde. Iedereen heeft een mate hier. Kunnen we naar onze menselijke vorm veranderen? Ja, natuurlijk! Het is vandaag je eerste dag hier, dus we wouden traditioneel zijn. De andere wolven lopen door een deur naar buiten. Ik zie een prachtige bos buiten. Laten we beginnen met de eerste wens. Kieran verandert terug. Ik volg zijn voorbeeld. "Leg uw hand op de bol." Zegt hij grijnzend. Ik leg mijn hand op de bol. Het voelt koud, maar toch fijn aan. Er verschijnt een meisje voor me. Ongeveer zeven jaar. "Ik hoop dat ik mijn mate later vind." Fluistert ze. Ik kijk naar Kieran. "Je sluit je ogen en laat je magie naar haar stromen. Haar wens zal vervult worden." Legt Kieran uit. Ik sluit mijn ogen. Het meisje verschijnt voor me. Ik steek mijn hand naar haar uit. Een witte glinsterende stof komt uit mijn handen en gaat naar het meisje. "Het is gelukt!" Zegt Kieran blij. Ik open mijn ogen weer. Er verschijnt een andere beeld op de glazen bol.

Pov Seraphine

Ik kijk nog een keer op mijn horloge. Het is al elf over elf. "Waar blijft hij?" Fluister ik. Laten we naar hem toegaan! Misschien is er iets gebeurd! Ik transformeer en ren naar het paleis.

Louis's moeder rent naar me toe. Tranen lopen over haar wangen. Ik voel me koud worden. "Seraphine." Snikt ze. Ze overhandigt me een brief.

Het is tijd. Ik kom jullie over een paar dagen bezoeken.

"H-hij is weg?" Stamel ik. Ze knikt. "Zonder mij..." Ik voel mijn hart breken. "W-waarom?'" Snik ik. Louis's moeder helpt me snel overeind. "Hij komt ons binnenkort bezoeken. Maak je maar geen zorgen! Hij heeft een goede reden." Glimlacht ze trillend. Ik maak me los en ren terug het bos in. "Seraphine!" Roept ze. Ik transformeer en ren naar een meer. Snikkend ga ik op een steen zitten. Hij heeft me beloofd mee te nemen! En nu ben ik voor eeuwig alleen! Seraphine hij heeft misschien wel een goede reden. Maar waarom is hij dan vertrokken zonder het te zeggen? Misschien had hij geen tijd meer? Dan kon hij me nog een bericht sturen ofzo! Ik blokker haar in mijn hoofd. Het begint te regenen. "Ook dat nog." Mompel ik.

*één dag later*

Ik stap door de portaal heen. "Louis!" Gilt mijn moeder. Ze springt in mijn armen. Kieran gaat naast me staan. "Wolvenkoningin." Hij buigt diep. Mijn moeder knikt. "Ik ben zijn naiso. Een soort van Bèta." Stelt Kieran zich voor. "Je naam." Fluister ik. "Ik heet Kieran." Voegt Kieran nog snel eraan toe. Mijn moeder glimlacht naar hem. "Waar is Seraphine?" Vraag ik. Mijn ouders kijken me ernstig aan. "Ze is weggerend. Het bos in." Fluistert mijn moeder. "Wat?!" Ik transformeer en ren het bos in. Door mijn nieuwe krachten weet ik waar ze zich bevind. Ik zie haar op een steen zitten. Ze staart naar het water. Ik transformeer terug en ga voor haar staan. "Seraphine?!" Ik pak haar schouders vast. Ze tilt haar hoofd op en kijkt me aan. "Louis." Ze staat op en knuffelt me stevig. "Sorry Seraphine." Ik geef haar een lange kus. "Ik zal het je allemaal uitleggen en het spijt me heel erg." Fluister ik. "Na een nacht lang denken begrijp ik wel waarom je alleen was gegaan." Mompelt ze. "Oh ja?" Vraag ik. Ze knikt. "Mijn wolfgeest zei dat ze contact had met jou wolfgeest." Antwoordt ze. Ik pak haar hand vast. "Zullen we naar de andere gaan?" Stelt ze voor. "Ik ben weggerend van je moeder, dus ze is waarschijnlijk bezorgd om me." Fluistert ze. Ik knik. "Klim maar op mijn rug." Beveel ik. Ik transformeer en kijk haar afwachtend aan. Ze klimt op mijn rug. Ik ren terug naar het paleis. "Seraphine!" Mijn moeder rent naar ons toe. Ze knuffelt Seraphine stevig. "Sorry dat ik je zo bezorgd maakte." Zegt Seraphine spijtig. "Maak je maar geen zorgen over mij! Louis heeft je uiteindelijk weer gevonden!" Stelt mijn moeder haar gerust. Een zwarte auto rijdt naar ons toe. Seraphine's vader stapt uit de auto en loopt boos op me af. Ik transformeer terug. Hij blijft vlak voor me stilstaan. "Louis! Mijn lieve lieve domme schoonzoon!" Grijnst hij. Ik haal opgelucht adem en geef hem een knuffel. "Ik ben blij dat het weer goed met u gaat." Lach ik. Rainard knikt. Kieran loopt maar me toe. "Ik wil je niet storen ofzo... maar we moeten weer terug." Fluistert hij. Ik knik. "Mam, maak je niet te veel zorgen. Stress is niet goed voor een zwangere vrouw. Ik kom jullie binnenkort weer bezoeken! Vandaag had ik wat minder tijd, maar ik wou graag Seraphine spreken." Grijns ik. Ze knikken. "Rainard, zoals ik het al zei. U kunt altijd bij mijn ouders wonen." Lach ik. Rainard schudt zijn hoofd. "Niet nodig! Maar toch bedankt. Let goed op mijn dochter of ik maak je af." Dreigt Rainard. "Begrepen meneer." Ik pak Seraphine's hand. Ze kijkt me blij aan. "Wil je met me mee naar het Maanpaleis?" Vraag ik. Seraphine knikt. "Ik zal altijd met je meegaan." Antwoordt ze. Mijn ouders grinniken. "Wat?" Vraag ik. Ze kijken me onschuldig aan. "Gewoon romantisch oké?" Lacht mijn moeder. Ik schud mijn hoofd en loopt met Kieran en Seraphine naar de portaal. "Tot binnenkort!" Roep ik. Mijn ouders knikken. Rainard zwaait naar ons. We stappen door de portaal heen. Naar onze toekomst. Seraphina geeft me een kus. De wolven hebben zich voor me verzameld. De portaal sluit zich. "Dit is Seraphine, mijn mate en jullie Maangodin." Zeg ik. De wolven buigen diep. "Welkom Maangodin." Seraphine kijkt blozend naar de grond. "Ik hou van je." Fluister ik. Seraphine kijkt me aan. "En ik van jou." Glimlacht ze. "Kussen. Kussen. Kussen." Juicht Kieran. "Je verpest het moment." Grom ik. Kieran loopt snel weg. Ik kijk weer naar Seraphine. Ze geeft me een kus. Onze eeuwige toekomst samen begint nu.

My Mate Is...?! 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu