Dode Vampier en Ontslag uit het Ziekenhuis.

1.4K 126 10
                                    

'Kom dan wolfje. Of ben je bang? Bang dat ik je leeg ga zuigen net als ik deed met jou vriendje? FYI hij smaakte vreselijk lekker.' zegt ze spottend.

'Dender op.' grom ik naar haar. Nog een paar kleine stukjes en ik ruk haar hoofd er af.

'Nou eigenlijk ben ik hier om af te maken waar ik aan begonnen ben.' zegt ze sluw. Tellen. Tellen. 1... 2....

'Hou je me niet tegen wolfje?' zegt ze spottend.

3....4.....5.....

'Weet je ik laat ze nek wel met rust. Ik neem hem liever. Ze zeggen dat hij heel goed is.' zegt ze duivels.

6....7....8.....

'Nou dan zie ik je zo met mijn nieuwe vampieren vriendje.' zegt ze en ze doet een hair flip.

De.Druppel.

Ik spurt op haar af en spring in haar nek. In een snelle beweging is haar hoofd er af.

Voor de zekerheid gooi ik er ook maar een vuurtje op. Je weet het nooit. Ik heb namelijk nog nooit met vampiers te maken gehad.

Een beetje ongemakkelijk loop ik terug naar huis, of Zac's huis of mijn toekomstige thuis. Het lijjt er namelijk niet op dat de deal niet door gaat.

'Heyyy beauty!' roept Zac en drukt een kus op mijn wang.

'Noem me niet zo.' pers ik nog net uit mijn lippen. Ik heb geen zin in gezelschap.

Ik storm de trap op naar Claleb zijn kamer. Ik plof op zijn bed neer en laat de tranen over mijn wangen stromen.

Hij wilde me verdomme alleen helpen, redden. Rot vampiers. Waarom is leven geen Disney sprookje. Dan zou het wezen: ik zie Caleb, kleine omstandigheden, Zac accepteerd dat Caleb mijn mate is en ik leef nog lang en gelukkig met Caleb.

Maar nee, de wereld moet mij zo erg haten om alles verkeerd te laten gaan.

Het is karma. Doe je iets fout krijg je het iets van 7× zo erg terug. Karma moet mij wel heel erg haten.

Na een tijdje huilen zijn mijn tranen op. Ik loop naar Caleb zijn kast. Ik pak een trui en joggingbroek broek en doe hem midden in de kamer aan. Ik draai me weer om naar de kast.

De kast met een kamer erachter, de kamer waar ik mijn eerste kus en eerste ruzie had met Caleb.

Ik kruip in de kast en loop de kamer in. Niet normaal die tekeningen.

Landschappen, dieren, mensen, Ik. Ik neem een tekening in mijn hand van mij. Mij in wolfszijnde.

Een prachtige witte wolf.

Ik ren naar buiten en doe tegelijkertijd Caleb zijn kleren uit. Ik ren diep het bos in en verander in een wolf.

Eindelijk wat hebben we dit lang niet gedaan.
Inderdaad.

Ik ruik in het rond en ruik allerlei geuren, bosgeuren. Een eekhoorn, het dauw, bladeren en nog zo veel meer.

Er is alleen een geur die er boven steekt.

Appel-kaneel.
Die broer.

Kut.
Oh nee.
Lekker bezig.
MADELIEF WAAR BEN JE!
In de kamer van Caleb en kom, ik heb honger.
Ik kom.
Snel.
LILAC HIJ KOMT DICHTERBIJ!
Shit!

Meteen begin ik keihard te rennen. Ik moet weg bij die idioot. Inmiddels zijn er al vier mensen die mij zien zitten: Mike, Zac, Caleb en de broer van Caleb. En ik vind alleen Caleb leuk.

Voor ik het weet lig ik op de grond met een wolf boven me. Ik kijk hem kwaad aan, zover dat mogelijk is.

Hij veranderd en trekt snel een sportbroekje aan.

'VERANDER!' commandeert hij mij. Naha. Mooi niet dat ik naar hem luister.

Slim als ik ben ga ik weer rennen. Na een paar tellen hoor ik voetstappen achter me. Gelukkig is hij slomer in mensen vorm.

Ik zie het packhuis al in zicht komen en sprint snel naar binnen. Ik ren de keuken in en verander. Handig om alfa dochter te zijn, je hoeft niet zo'n malotisch broekje en topje mee te zeulen.

'HELP!' gil ik hard. Meteen komt Zac aangerent.

'JEZUS, Lilac wat is er?' hij kijkt me bezorgt aan.

'Een creep die zegt dat hij mijn mate is.' stamel ik. Zijn gezicht betrekt. Ohja shit.

'Dus je hebt je mate ontmoet?' vraagt hij spottend met een verbitterd gezicht.

'Nee, ik heb een wildvreemde gevraagd om thee te komen drinken.' zeg ik sarcastisch.

Dit helpt ook niet. Ik laat een gefrustreerd geluidje horen en loop weg. Zac komt achter mij aan gerend.

'Wacht Lilac zo bedoel ik het niet.' smeekt hij me. Wow ik heb de grote boze wolf laten smeken. Girl power!

'Wat bedoel je niet zo!' snauw ik. Hij kijkt me aan met een gepijnigde blik. Serieus wat is er mis met dat kind.

'Weet je, ik hoef die mate niet,' zijn gezicht klaart op. 'Maar jou hoef ik ook niet.' snauw ik hem af.

Ik wil naar Caleb. En dat is ook precies wat ik ga doen. Ik ga naar Caleb. Schijt aan zac, die rot mate of iets anders.

Vergeet mij niet!
Ohja. Ik kom er aan!

Ik sjees de trap en geef haar snel voer. Is ze teminste rustig. Ik ren weer naar beneden en ga naar het ziekenhuis.

'Hey Calebje ben ik weer.' fluister ik. De hell geen idee waarom ik fluister.

'Hey Lilac.' zegt Caleb terwijl hij opstaat. Verbaasd kijk ik hem aan.

'Waarom sta je op?' vraag ik hem. Een antwoord krijg ik niet maar wel een knuffel, een beetje onwennig knuffel ik hem terug.

'Gaat het wel goed?' vraag ik hem bezorgd. Ik bedoel het gebeurde gisteren.

'Hey dom-ass ik ben weerwolf.' hij tikt tussen zijn wenkbrauwen als teken dat ik zo dom ben.

'Tja, ik heb toch niet op een weerwolven school gezeten. Ik deed havo en ben gewoon van school afgehaald.' zeg ik een beetje beschaamd.

'Owh, maar gister wou je iets vertellen?' verandert hij het onderwerp. Thank god.

'Ohja dat. Ja dat maak niks uit. Het was niks.' lieg ik. Man ik moet aan mijn lieg-strategie werken.

'Lilac ik merk dat je aan het liegen bent.' hij kijkt me streng aan, en kwaad, en teleurgesteld.

Ik kijk naar het raam. Misschien komt er een ufo ofzo dat ik uit deze vreselijk situatie kom. Maarnee de wereld haat me en stuurt me geen afleidende ramp, MAAR ALLEEN NIET VOOR DIT MOMENT!

'Lilac?!' hij dwingt me naar haar te kijken door mijn kin te pakken. Hij kijkt me intens aan. Ik HAAT het als hij dat doet.

'Ja?' vraag ik zo onschuldig mogelijk. Please please please.

Zeg het hem gewoon.
Nog niet nagedacht over de gevolgen?
Ja, hij wordt kwaad en vermoord zijn broer of hij wordt niet kwaad en beschermt je/vermoord hem. Ik zie geen probleem?
Inderdaad.

'Nou kijk uhm, tja uhm er is misschien een kans dat ik nog een mate heb. Er is ook een kans dat hij die enge creepy tweelingbroer.' mompel ik terwijl ik ergens anders heen kijk. Wat vrij lastig is btw.

'Dus Ronald is je mate?' vraagt hij gestrest. Ik kijk hem schuin aan. Wie is Ronald?

'Mijn broer, Ronald is je mate?' vraagt hij nog een keer.

Ik knik.

En het volgende wil ik niet nog een keer meemaken.

Oke ik heb nu zoveel lieve mensen die op BMaAW stemmen en lezers. Echt heel erg bedankt.

Xx
Pinky♡

Bèta Mate and Alfa WifeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu