Hoofdstuk 3

137 2 1
                                    

*Thomas*

Ik hoop echt dat Katie oké is. Ik moet wel toegeven dat die Joan goed kan zoenen, maar mijn hart hoort maar bij een persoon en die persoon is Katie. Ik weet niet wat ik gedaan heb dat ze me zo erg haat. Ik liep naar het ziekenhuis. Ik had een zonnebril op een een capuchon zodat ik onherkenbaar was. "Hi ik zoek de kamer van Katie Henswoud" zei ik. Ik keek naar beneden en wachten op een antwoord. Ik kreeg die alleen niet ik keek op en zag de vrouw met een gat door haar hart op de toonbank liggen. Ik keek om en zag Joan. "Hi babe ik zou als ik jou was bij mij en van Esveld aansluiten je weet toch ook dat wij gaan winnen" zei ze. "Nee ik sluit me met geen honderd man aan" zei ik. Ze kreeg een gemene grijns op haar gezicht. Er kwamen heel veel mensen om me heen staan. "Misschien kom je wel bij honderd en één man" zei ze. Ik gaf een sarcastisch lachje en schudde mijn hoofd toen nee. Joan keek me heel chagrijnig aan. "Wil je het zo spelen? Goed dan" zei ze. Wat ze niet wist was dat ik altijd een goed geladen pistool mee heb. Ik pakte hem en begon in het wilde weg te schieten. Ik liep ondertussen naar de balie toe. Ik keek in welke kamer Katie lag. Kamer nummer 100. Makkelijk te onthouden. Ik bleef schieten en renden toen de trap op. Ik liep langs alle kamers en toen ik honderd vond liep ik naar binnen. Ik zag dat ze me bang aan keek toen ze mijn pistool zag. "Je moet met me mee Joan is beneden en ze is op mij uit" zei ik. "Alsof ik dat nog niet wist moet je trouwens niet met haar zoenen inplaats van een collega's leven redden mh" zei ze een beetje arrogant. "Ja het spijt me maar ze was zo sterk dat.." zei ik voordat Katie erdoor heen ging praten. "Ja ja ze was te sterk en ik kon haar niet van me afduwen" zei ze. "Ik ken die al Thomas het maakt trouwens niet uit ik kan prima voor mezelf zorgen" vervolgde ze. Katie stond op en ging naast me staan. "Gaan we nog of blijven we hier voor altijd" zei ze. Het verbaast me altijd hoe sterk ze wel niet is. Ik wou dat ik dat was. We rende naar beneden. Ik zag Joan nog steeds staan. "Jij bitch" riep Katie. Ze rende op Joan af en begon haar heel hard te slaan. Ik lachte erom en begon mensen neer te schieten. Ik raakte er een recht in het hart en ook een paar in hun benen. Katie stond op en Joan ook. "Ik schiet je niet neer omdat ik best respect voor je heb, maar nog één domme actie en je gaat eraan" zei Katie tegen Joan. Ze pakte mijn hand en trok me het ziekenhuis uit. Ze liep naar mijn auto en ze wachtte tot ik de deur open deed. Ik deed de deur open en ze ging zitten. Ik ging achter het stuur zitten. "Breng me naar het hoofdkwartier" zei ze. Ik reed erheen. Toen we er waren stapte Katie uit en liep naar binnen. Ik volgde haar naar binnen.

*Katie*

Ik liep naar het kantoor van de baas. Ik klopte op de deur. Ik hoorde dat ik binnen mocht komen. Ik liep naar binnen en ging op de stoel zitten en keek naar mijn handen. "Ik uhm heb hem niet kunnen vangen het spijt me zo erg" zei ik terwijl ik opkeek. "Dat weet ik en ik weet ook waarom en het maakt me niet uit maar hij loopt wel vrij rond met z'n hulpje" zei hij. Ik zei zachtjes tegen mezelf: "Ja die trut". "Ik sta erop dat je door gaat met deze zaak" begon hij. "Oh dank u ik zal ervoor zorgen dat u er geen spijt van krijgt" zei ik. "Maar je heb hulp nodig en ik weet al wie" zei hij. "Wie dan?" Vroeg ik. "Thomas" zei hij.

UncoverWhere stories live. Discover now